Semantisatieverhaal: Vorige week ging mijn buurvrouw met haar kikkers op vakantie naar de bergen. Alle kikkers gingen met haar mee in de auto naar Oostenrijk. Met zijn allen logeren zij nu in een flink, dat betekent erg groot, vakantiehuis. Alle kikkers hebben een eigen slaapkamer! Mijn buurvrouw houdt van sneeuw en gaat elke dag skiën. De kikkers hebben het snel koud en blijven in huis. Een paar dagen geleden is het erg hard gaan sneeuwen. En het houdt maar niet op. De buurvrouw kan haar straatje niet meer sneeuwvrij houden. Sneeuwvrij betekent zonder sneeuw. Het huis van de buurvrouw is onbereikbaar geworden. Onbereikbaar betekent waar je niet kunt komen. De buurvrouw kan niet meer met de auto van de berg naar beneden. En andere auto's kunnen niet meer naar boven! Door al die sneeuw is er een groot gevaar voor een lawine. Een lawine is een groot pak sneeuw dat van de berg naar beneden glijdt. Een lawine is erg gevaarlijk! Daarom is voor de veiligheid de weg naar het huis afgesloten. Afsluiten is zorgen dat niets of niemand er meer door kan. Als de buurvrouw in een lawine terechtkomt is het waarschijnlijk, is het bijna zeker, dat ze het niet overleeft. De hulpverleners kunnen haar dan niet helpen. Een hulpverlener, dat is iemand die voor zijn werk anderen helpt. De buurvrouw en haar kikkers zijn nog steeds in het huis bovenin de bergen. Ze doen veel spelletjes en kijken naar de televisie. Wanneer is de sneeuw weg en kunnen ze eindelijk naar beneden?
Week 3 – 15 januari 2019 Niveau AA Gerarda Das Mariët Koster Mandy Routledge Francis Vrielink Week 3 – 15 januari 2019 Niveau AA
flink
sneeuwvrij
onbereikbaar
de lawine
afsluiten
waarschijnlijk ?
de hulpverlener
Op de woordmuur:
de lawine = een groot pak sneeuw dat van een berg naar beneden glijdt Door alle sneeuw is er een groot gevaar voor een lawine. 1. flink: erg groot 2. sneeuwvrij: zonder sneeuw 3. onbereikbaar: waar je niet kunt komen 4. de lawine: een groot pak sneeuw dat van een berg naar beneden glijdt 5. afsluiten: zorgen dat niets of niemand er meer door kan 6. waarschijnlijk: bijna zeker 7. de hulpverlener: iemand die voor zijn werk anderen helpt