CONFLICT HANTERING MET STIJL 1 1
Waar denk je aan bij een conflict Welke associatie komt er als eerste in je op? 2
Bijvoorbeeld Ruzie Confrontatie Eindelijk openheid van zaken Uit elkaar Verdieping Windows, in het begin Onzekerheid Een externe partij inschakelen? 'Een kans er samen twee keer zo goed uit te komen...' 3
DEFINITIE CONFLICT Twee of meer mensen hebben opvattingen, belangen of wensen die onverenigbaar zijn of lijken 4
Hoe komen conflicten de opleiding binnen ? Oftewel: Binnen welke competenties kunnen ze zichtbaar worden 5
COMMUNICATIE 2.1 Past een effectieve communicatie toe met mede aios en docenten Communiceert doelgericht Neemt in discussies heldere standpunten in 2.3 Betrekt de patiënt actief bij de besluitvorming Stelt in overleg met patiënt beleid vast SAMENWERKEN 3.2 Past samenwerkingsvaardigheden doelgericht toe Houdt rekening met andere groepsleden, werkt constructief samen Neemt verantwoordelijkheid voor de groep (luisteren, motiveren, aanspreken, etc) Hanteert meningsverschillen en samenwerkingsproblemen binnen de groep PROFESSIONALITEIT 7.1 Houdt persoonlijke en professionele rollen in evenwicht Hanteert onmacht en onzekerheid (in groep en hulpverleningscontact) 7.2 Werkt systematisch en doelbewust aan verbetering van zijn beroepsmatig functioneren Staat open voor feedback en past zo nodig eigen gedrag bij 7.3 Gaat binnen het kader van de beroepsethiek bewust om met voorkomende verschillen in normen en waarden Gaat respectvol om met afwijkende opvattingen 6 6 6
Welke factoren spelen een rol bij conflicten Persoonlijke factoren Inhoudelijke factoren 7
ZOALS.... Persoonlijke factoren – Sympathie en antipathie – Vooroordelen – Waarden en normen – Invloed en macht – Agressie Inhoudelijke factoren – Tegengestelde standpunten – Verschillende belangen 8
BIJVOORBEELD Persoonlijke factoren Sympathie en antipathie Eigenlijk niet aardig Vooroordelen Aios = berekenende burger Waarden en normen Hoe zelfstandiger, hoe beter Invloed en macht Combel slecht ingevuld Agressie Geen vraag, maar dwingend Inhoudelijke factoren Tegengestelde standpunten Verschillende belangen Werken tijdens vakantie 9
DUS TWEE (a DRIE) RELEVANTE VRAGEN 1. Waar gaat het (nog meer) om ? 2. Wat ligt er op (en onder) de tafel ? 3. (Houen zo?) 10
Conflictstijlen Thomas- Kilmann lijst Twee assen Vijf stijlen 11
12
Hoe is jouw stijl ? Wissel in subgroepjes uit: Welke stijl(en) heb ik vooral ? In welke situaties is dat een effectieve stijl ? 13
Ruzie maken kun je leren... Begin bij het eind Pas op voor discussies over standpunten Agree to disagree Vermijd gezichtsverlies bij de ander Als iets niet werkt, doe het anders Falsificeer Betrek de ander bij de besluitvorming Verwar uw waarheid niet met dé waarheid Spreek af dat u niets afspreekt Zeg sorry ….. 14
Bespreek in drie tallen Kies uit de lijst drie of vier strategieen Kunnen jullie in de privé sfeer één of meer strategieen noemen die je hebt toegepast? Hoe ging dat? En wat was het effect? En in werksituaties? 15
Voor thuis Doe de test: was er een verschil met wat je had ingeschat? Bekijk conflict situaties die je meemaakt deze week vanuit de conflict stijlen en –strategieen 16