PoRaad Herman Bijsterbosch 1 maart 2013
1. Kenmerken langdurig (zeer) zwakke scholen 2. bestuurlijk handelen 3 1.Kenmerken langdurig (zeer) zwakke scholen 2.bestuurlijk handelen 3.gedifferentieerd toezicht
kenmerken langdurig zwakke scholen 1.Bestuur -onderschatting kwaliteitsproblemen (gebrek aan urgentiebesef) -besturen op afstand, geen eigen informatiebronnen -geen zicht op mogelijke oorzaken kwaliteitsproblemen 2.Schoolleiding -wisselingen in schoolleiding of bovenschools management -onvoldoende aansturing en regie -oorzaken worden buiten de school gelegd -geen analyse van oorzaken onvoldoende opbrengsten, te weinig focus op verbetering opbrengsten -te weinig sturing op professionalisering leerkrachten
kenmerken langdurig zwakke scholen 3.Personeel -leraren hebben onvoldoende ambitieniveau, lage verwachtingen van leerlingen (ouders) -leraren hebben moeite met complexe vaardigheden (afstemming op verschillen, analyseren) -wisselingen in interne begeleiding -leerlingen worden te snel als zorgleerling bestempeld 4.Leerlingenpopulatie -kleine school (< 100 leerlingen) -veel leerlingen met laag IQ 5.Anders -te snelle groei van de school -slechte huisvesting, spreiding locaties
Bestuurlijk handelen A. Voorwaarden voor bestuurlijk handelen Inrichting van het bevoegd gezag Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden in het bevoegd gezag Beleid ten aanzien van onderwijskwaliteit Beleid ten aanzien van financiën Inrichting van het intern toezicht Functioneren van het intern toezicht B. Bestuurlijk handelen ten aanzien van onderwijskwaliteit Zicht hebben op kwaliteit van scholen Evalueren en analyseren van kwaliteit van scholen Planmatig werken aan behoud en verbetering van kwaliteit van scholen Borgen van kwaliteit van scholen Verantwoording afleggen over de kwaliteit van scholen C. Bestuurlijk handelen ten aanzien van financiën Inzicht hebben in de financiële situatie Evalueren en analyseren van de financiële situatie Rechtmatig verwerven en besteden van middelen Maatregelen nemen indien situatie dat vereist Verantwoording afleggen over het financieel beleid D. Resultaten van bestuurlijk handelen Kwaliteit van onderwijs (opbrengsten en onderwijsleerproces) Kwaliteit van de financiële situatie Kwaliteit van het jaarverslag/bestuursverslag Kwaliteit van de jaarrekening Bestuurlijk handelen
Leidraad bestuurlijk handelen B. Bestuurlijk handelen ten aanzien van onderwijskwaliteit Het bestuur heeft zicht op de kwaliteit van de scholen Weet hoe scholen presteren Heeft een visie op kwaliteit Heeft doelen gesteld voor scholen Spoort risico’s op Heeft afspraken over verantwoording door scholen
Leidraad bestuurlijk handelen B. Bestuurlijk handelen ten aanzien van onderwijskwaliteit Het bestuur evalueert en analyseert de kwaliteit van scholen Stelt jaarlijks kwaliteit van scholen vast Analyseert oorzaken Vergelijkt de gegevens (benchmarking) en trekt daar conclusies uit
Leidraad bestuurlijk handelen B. Bestuurlijk handelen ten aanzien van onderwijskwaliteit Het bestuur werkt planmatig aan behoud en verbetering van kwaliteit van scholen Heeft beleidsprioriteiten geformuleerd Communiceert actief met betrokkenen Zorgt voor randvoorwaarden om te verbeteren Maakt zo nodig gebruik van externe expertise Gebruikt personeelsbeleid tbv onderwijskwaliteit
Leidraad bestuurlijk handelen B. Bestuurlijk handelen ten aanzien van onderwijskwaliteit Het bestuur borgt de kwaliteit van scholen Zet voldoende financiële middelen in Heeft afspraken over borging vastgelegd Gaat na of afspraken worden nagekomen Waarborgt continuïteit in schoolleiding Reageert op veranderende omstandigheden Gaat verschillend om met verschillende scholen
Gedifferentieerd toezicht
Gedifferentieerd toezicht - gedachten Arrangementen > beslisregels -alle leerlingen tellen mee -opbrengsten en onderwijsleerproces -cognitieve en sociale opbrengsten -eind en tussenopbrengsten -meerdere vakgebieden Aanpak van het toezicht -gedifferentieerd naar soort arrangement -bestuurskwaliteit
Vragen en dilemma’s -Excellentie: -wat is een excellente school? -hoe kan inspectie excellentie vaststellen? -Opbrengsten: -blijven opbrengsten leidend in arrangement? -zijn tussenopbrengsten indicator voor onderwijsleerproces? -wat is rol van de sociale opbrengsten?