Welkom en mededelingen
Hij voert mij al zachtkens aan waatren der rust. Gezang 14: 1, 3 De Heer is mijn Herder! 'k Heb al wat mij lust; Hij zal mij geleiden naar grazige weiden. Hij voert mij al zachtkens aan waatren der rust.
geen kwaad zal ik vrezen, Gij zult bij mij wezen; Gezang 14: 1, 3 De Heer is mijn Herder! Al dreigt ook het graf, geen kwaad zal ik vrezen, Gij zult bij mij wezen; o Heer, mij vertroosten uw stok en uw staf!
Waarlijk, dit is rechtvaardig dat men den HERE prijst, Psalm 92: 1, 2 Waarlijk, dit is rechtvaardig dat men den HERE prijst, dat men Hem eer bewijst: zijn naam is eerbied waardig. Wij loven in de morgen uw goedertierenheid, ook als de nacht zich spreidt houdt ons uw hand geborgen.
waarmee Hij wordt geprezen; laat alom musiceren, Psalm 92: 1, 2 Gezegend zal Hij wezen die ons bij name riep, die zelf de adem schiep waarmee Hij wordt geprezen; laat alom musiceren, met stem en instrument, maak wijd en zijd bekend de grote naam des HEREN.
Stil gebed, votum en groet
Lof zij den HEER, goed is het leven als 's Heren lof wordt aangeheven. Psalm 147: 1, 2 Lof zij den HEER, goed is het leven als 's Heren lof wordt aangeheven. Lieflijk en recht te allen tijde is 't onze God ons lied te wijden. Hij bouwt de stad, door Hem verkoren, het volk in ballingschap verloren brengt Hij er samen, heelt hun wonden, hoezeer hun harten zijn geschonden.
Hij telt het leger van de sterren, Hij roept bij name hen van verre. Psalm 147: 1, 2 Hij telt het leger van de sterren, Hij roept bij name hen van verre. Groot is de Here, groot in krachten, er is geen grens aan zijn gedachten. Die zich ootmoedig aan Hem geven, schenkt Hij een overvloed van leven. Maar Hij vernedert goddelozen, die trots hun eigen weg verkozen.
10 geboden
Vernieuw Gij mij, o eeuwig Licht! God, laat mij voor uw aangezicht, Gezang 437: 1, 2, 3 Vernieuw Gij mij, o eeuwig Licht! God, laat mij voor uw aangezicht, geheel van U vervuld en rein, naar lijf en ziel herboren zijn.
Schep, God, een nieuwe geest in mij, Gezang 437: 1, 2, 3 Schep, God, een nieuwe geest in mij, een geest van licht, zo klaar als Gij; dan doe ik vrolijk wat Gij vraagt en ga de weg die U behaagt.
Wees Gij de zon van mijn bestaan, dan kan ik veilig verdergaan, Gezang 437: 1, 2, 3 Wees Gij de zon van mijn bestaan, dan kan ik veilig verdergaan, tot ik U zie, o eeuwig Licht, van aangezicht tot aangezicht.
Gebed
Schriftlezing I: Openbaring 2: 12-17 (NBG51)
12 En schrijf aan de engel der gemeente te Pergamum: Dit zegt Hij, die het tweesnijdende scherpe zwaard heeft: 13 Ik weet, waar gij woont, dáár waar de troon des satans is; en gij houdt vast aan mijn naam en hebt het geloof in Mij niet verloochend, ook niet in de dagen van Antipas, mijn getuige, mijn getrouwe, die gedood werd bij u, waar de satan woont.
14 Maar Ik heb enkele dingen tegen u: dat gij daar sommigen hebt, die vasthouden aan de leer van Bileam, die Balak leerde de kinderen Israëls een strik te spannen, dat zij afgodenoffers zouden eten en hoereren. 15 Zo hebt ook gij sommigen, die op gelijke wijze aan de leer der Nikolaïeten vasthouden.
16 Bekeer u dan; maar zo niet, dan kom Ik spoedig tot u en Ik zal strijd tegen hen voeren met het zwaard mijns monds. 17 Wie een oor heeft, die hore, wat de Geest tot de gemeenten zegt. Wie overwint, hem zal Ik geven van het verborgen manna, en Ik zal hem een witte steen geven en op die steen een nieuwe naam geschreven, welke niemand weet, dan die hem ontvangt.
Schriftlezing II: Efeziërs 2: 8-10 (NBG51)
8 Want door genade zijt gij behouden, door het geloof, en dat niet uit uzelf: het is een gave van God; 9 niet uit werken, opdat niemand roeme. 10 Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen om goede werken te doen, die God tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen.
De Heer heeft mij gezien en onverwacht Gezang 487: 1, 3 De Heer heeft mij gezien en onverwacht ben ik opnieuw geboren en getogen. Hij heeft mijn licht ontstoken in de nacht, gaf mij een levend hart en nieuwe ogen. Zo komt Hij steeds met stille overmacht en zo neemt Hij voor lief mijn onvermogen.
Gij geeft het uw beminden in de slaap, Gezang 487: 1, 3 Gij geeft het uw beminden in de slaap, Gij zaait uw naam in onze diepste dromen. Gij hebt ons zelf ontvankelijk gemaakt zoals de regen neerdaalt in de bomen, zoals de wind, wie weet waarheen hij gaat, zo zult Gij uw beminden overkomen.
De kinderen gaan naar de bijbelklas, Het onderwerp is: Paulus in Athene Handelingen 17 : 15-34
Preek
Hoe liefelijk is uw gelaat; als Gij uw ogen op mij slaat, Gezang 157: 4, 5 Hoe liefelijk is uw gelaat; als Gij uw ogen op mij slaat, dan doet de vreugd mij beven. Gij Jezus, zijt zo trouw en goed; uw woord en geest, uw vlees en bloed, zij zijn mijn ziel, mijn leven.
Herder, neem mij in uw armen. Gezang 157: 4, 5 Heer des hemels laat, getrouwe, mij aanschouwen uw erbarmen. Herder, neem mij in uw armen.
Voor Gij de wereld hebt gemaakt, heeft mij uw liefde aangeraakt, Gezang 157: 4, 5 Voor Gij de wereld hebt gemaakt, heeft mij uw liefde aangeraakt, mijn sterke held, mijn Vader. Uw Zoon komt tot mij, kiest mij uit, Hij is mijn liefste, ik zijn bruid, ik treed Hem zingend nader.
eeuwig zal mijn hart Hem loven. Gezang 157: 4, 5 Hij de mijne, die het leven mij zal geven hoog daarboven, eeuwig zal mijn hart Hem loven.
Voorbeden en dankzegging
Collecten: Werelddiaconaat:Water- voorziening Kampong Speu in Cambodja Kerk
Ik zag een nieuwe hemel zich verheffen, een nieuwe aarde ontstond Gezang 114: 1, 2, 3 Ik zag een nieuwe hemel zich verheffen, een nieuwe aarde ontstond om het geheim des levens te beseffen, niet meer in zee gegrond. Ik zag een stad verblindend naderkomen, een middelpunt van feest, Jeruzalem, zoals het in Gods dromen vanouds moet zijn geweest.
Jeruzalem is als een bruid getreden voor God in wit en goud Gezang 114: 1, 2, 3 Jeruzalem is als een bruid getreden voor God in wit en goud en in haar heldre ogen staat een vrede door niemand ooit aanschouwd. Een stem roept in het rond: nu gaat beginnen, de koninklijke tijd, de koning zal de koningin beminnen die Hem is toegewijd.
De Koning die zijn troon heeft in den hoge, houdt bij de mensen hof Gezang 114: 1, 2, 3 De Koning die zijn troon heeft in den hoge, houdt bij de mensen hof en alle tranen zal Hij van hun ogen afwissen tot zijn lof. Er zal geen rouw, er zal geen dood meer wezen, nergens verdriet meer zijn, de eerste dingen werden uitgewezen, voorbij ging alle pijn.
Zegen
Vanmiddag begint de dienst om 17.00 uur. Allen hartelijk welkom!