Spr.3:20 door zijn kennis zijn de waterdiepten gekliefd en druppelen de wolken dauw.

Ps.36:7 uw gerechtigheid is als de bergen Gods, uw gericht is een geweldige watervloed.

Hand.7:50 Heeft niet mijn hand dit alles gemaakt?

Deut.8:7 Want de HERE, uw God, brengt u in een goed land, een land van beken, bronnen en wateren, die in de dalen en op de bergen ontspringen;

Ps.17:7 Maak uw gunstbewijzen wonderbaar, Verlosser van hen die voor tegenstanders schuilen bij uw rechterhand.

Hos.14:10 Want de wegen des HEREN zijn recht: rechtvaardigen wandelen daarop, maar overtreders struikelen er.

Ps. 27:1 De HERE is mijn licht en mijn heil, voor wie zou ik vrezen Ps.27:1 De HERE is mijn licht en mijn heil, voor wie zou ik vrezen? De HERE is mijns levens veste, voor wie zou ik vervaard zijn?

Op.8:1 En toen Hij het zevende zegel opende, kwam er een stilte in de hemel, ongeveer een half uur lang.

2Kor.3:18 En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.

Pred.1:7 Alle beken stromen naar de zee, nochtans wordt de zee niet vol; naar de plaats waarheen de beken stromen, daarheen stromen zij altijd weer.

1Kor.2:9 Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en wat in geen mensenhart is opgekomen, al wat God heeft bereid voor degenen, die Hem liefhebben.

Ps.147:18 Hij zendt zijn woord en doet ze smelten, Hij doet zijn wind waaien, – daar vloeien de wateren.

1Kron.16:33 dan zullen de bomen des wouds jubelen voor de HERE, want Hij komt om de aarde te richten.

Ps.5:3 Sla acht op mijn hulpgeroep, o mijn Koning en mijn God, want tot U richt ik mijn gebed

Math.9:37 Toen zeide Hij tot zijn discipelen: De oogst is wel groot, maar arbeiders zijn er weinig.

Ps.5:4 HERE, des morgens hoort Gij mijn stem, des morgens leg ik het U voor, en zie uit.

Ps.17:7 Maak uw gunstbewijzen wonderbaar, Verlosser van hen die voor tegenstanders schuilen bij uw rechterhand.

Ps.119:15 Uw bevelen zal ik overdenken en op uw paden zal ik letten.

Joh.4:11 Zij zeide tot Hem: Here, Gij hebt geen emmer en de put is diep; hoe komt Gij dan aan het levende water?

Efez.3:10 opdat thans door middel van de gemeente aan de overheden en de machten in de hemelse gewesten de veelkleurige wijsheid Gods bekend zou worden,

Spr.15:32 Wie de tucht in de wind slaat, veracht zijn leven; maar wie naar terechtwijzing luistert, verkrijgt verstand.

Hoogl.12:12 De bloemen vertonen zich op het veld, de zangtijd is aangebroken, en ’t gekir van de tortel wordt gehoord in ons land.

Ik ben de alfa en de omega, de eerste en de laatste, Openb.22:13 Ik ben de alfa en de omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde. Shalom Vanwege het team We love you www.messiaanshetlevendwater.be