Zondag 18 oktober welkom in de middagdienst Voorganger: ds. M. Hogenbirk Ouderling van dienst: Cors Visser Muziek: Nanne Kamerbeek
Orde van dienst Gezang 233: 1, 2 en 4 Psalm 72: 3 en 4 Jeremia 29: 1-14 HSV Psalm 137: 1 en 3 Preek: Tekst: Jeremia 29: 7 Thema “Het gebed van de vreemdeling.” Gezang 37: 1, 2 en 5 Psalm 107: 1 en 2 Psalm 107: 18 en 20 Zegen / Gezang 456: 3
Welkom en mededelingen
Gezang 233: 1, 2 en 4 1 Heer, komt in deze tijd uw heerschappij, het einde van de strijd, de stad waar vrij, uit boze droom ontwaakt, de mensen wonen, tot een gezin gemaakt, Gods dochters en Gods zonen?
2 Heer, gaat Gij van ons heen, in deze tijd? Vermaakt Gij ons alleen uw dienstbaarheid? Laat Gij ons dan voorgoed in hoop en vrezen en mag uw vredegroet het laatste woord niet wezen?
4 Gedreven door de Geest gaan wij getroost de weg van alle vlees, die onverpoosd de Zoon des mensen gaat, te allen tijde, tot Hij weer voor ons staat, zoals Hij van ons scheidde.
Stil gebed, votum en groet
Psalm 72: 3 en 4 3 Heerse van zee tot zee zijn vrede, van land tot land zijn lof, de volken zullen tot hem treden, zijn vijand likt het stof. Tarsis en Scheba' s verre stranden, brengt hem uw overvloed. Gij koningen van alle landen, valt deze heer te voet.
Psalm 72: 3 en 4 4 Hij zal de redder zijn der armen, hij hoort hun hulpgeschrei. Hij is met koninklijk erbarmen hun eenzaamheid nabij. Hij helpt, met hun bestaan bewogen, die zijn in vrees verward. Hun bloed is kostbaar in zijn ogen. Hij draagt hen in zijn hart.
Gebed
Schriftlezing: Jeremia 29: 1-14 HSV Brief aan de ballingen in Babel 1 Dit zijn de woorden van de brief die de profeet Jeremia uit Jeruzalem gestuurd heeft aan de rest van de oudsten van de ballingen, aan de priesters, aan de profeten en aan heel het volk dat Nebukadnezar van Jeruzalem in ballingschap had gevoerd naar Babel 2 – nadat koning Jechonia, de koningin-moeder, de hovelingen, de vorsten van Juda en Jeruzalem, de ambachtslieden en de smeden uit Jeruzalem
vertrokken waren – 3 door de hand van Elasa, de zoon van Safan, en Gemarja, de zoon van Hilkia, die Zedekia, de koning van Juda, naar Babel gestuurd heeft, naar Nebukadnezar, de koning van Babel: 4 Zo zegt de HEERE van de legermachten, de God van Israël, tegen alle ballingen die Ik uit Jeruzalem naar Babel in ballingschap heb gevoerd: 5 Bouw huizen en woon erin, leg tuinen aan en eet de vrucht ervan, 6 neem vrouwen en verwek zonen en dochters, neem vrouwen voor uw zonen en geef uw dochters aan mannen, zodat zij zonen en dochters baren. Word daar talrijk en verminder niet in aantal.
7 Zoek de vrede voor de stad waarheen Ik u in ballingschap heb gevoerd. Bid ervoor tot de HEERE, want in haar vrede zult u vrede hebben. 8 Want zo zegt de HEERE van de legermachten, de God van Israël: Laten uw profeten die in uw midden zijn, en uw waarzeggers u niet bedriegen. Luister niet naar uw dromers die u laat dromen, 9 want met leugen profeteren zij tegen u in Mijn Naam. Ik heb hen niet gezonden, spreekt de HEERE. 10 Want zo zegt de HEERE: Voorzeker, pas wanneer zeventig jaren in Babel voorbij zijn, zal Ik naar u omzien en over u
Mijn goede woord gestand doen, door u terug te brengen naar deze plaats. 11 Ik immers, Ik ken de gedachten die Ik over u koester, spreekt de HEERE. Het zijn gedachten van vrede en niet van kwaad, namelijk om u toekomst en hoop te geven. 12 Dan zult u Mij aanroepen en heengaan, u zult tot Mij bidden en Ik zal naar u luisteren. 13 U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart. 14 Ik zal door u gevonden worden, spreekt de HEERE, Ik zal een omkeer brengen in uw gevangenschap en u bijeenbrengen uit alle volken en uit alle plaatsen waarheen Ik u verdreven heb,
spreekt de HEERE, en Ik zal u terugbrengen naar de plaats vanwaar Ik u in ballingschap heb gevoerd.
Psalm 137
20 Preek: Tekst: Jeremia 29: 7 Thema “Het gebed van de vreemdeling.”
Gezang 37: 1, 2 en 5 1 Zo sprak de Heer der legerscharen, de God van Israël, tot wie zo diep vernederd waren: o volk, het ga u wel! Bouwt huizen en gaat daarin wonen, plant hoven, eet uw vrucht, gewin u dochteren en zonen en leef in goed gerucht!
2 Maar zoek de vrede voor dit Babel waar gij verbannen zijt, bidt voor de stad want in haar straten daagt eens een andere tijd, ja bidt voor haar want in haar vrede schuilt ook voor u het heil. Babel en alle wereldsteden staan rondom Israël.
5 Zo heeft de Heer tot ons gesproken, de God van Israël; die in het duister zijt gedoken dit voorportaal der hel, in deze wereld moet gij wonen en huizen bij de tijd. Hier zal Ik u mijn vrede tonen en hier leid Ik u uit.
We collecteren voor: 1.Emeritikas 2.Kerk
Psalm 107: 1 en 2 1 Gods goedheid houdt ons staande zolang de wereld staat! Houdt dan de lofzang gaande voor God die leven laat. Al wie, door Hem bevrijd uit ongastvrije streken, naar huis werd heengeleid, zal van zijn liefde spreken.
. 2 Al wie verbijsterd zwierven ver buiten heg en steg en haast van honger stierven, neervallend langs de weg, - geen thuis, geen toevluchtsoord was hun nabijgekomen, had Hij hen niet gehoord en bij de hand genomen.
Geloofsbelijdenis Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van de hemel en de aarde. En in Jezus Christus, zijn eniggeboren zoon, onze Heer, die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria, die geleden heeft onder Pontius Pilatus,
is gekruisigd, gestorven en begraven, neergedaald in de hel, op de derde dag opgestaan uit de doden, opgevaren naar de hemel, en zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader; vandaar zal Hij komen om te oordelen de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest; ik geloof een heilige, katholieke, christelijke kerk, de gemeenschap van de heiligen; vergeving van de zonden, de opstanding van het lichaam en een eeuwig leven. Amen.
Psalm 107: 18 en Hij doet hen goed en zegent hun aantal ongeteld, en als hun 't lot bejegent met kommer en geweld, Hij is het die verlaagt wie hoog zich had verheven, geweldenaars verjaagt en 't volk weer op doet leven.
20 Wie wijs is, zal den HERE zijn goedertierenheid toezingen en vereren de God die ons bevrijdt. Want wie zijn hulp verlangt, Hem aanroept in gebeden, verlost Hij uit de angst en leidt Hij tot den vrede.
Zegen, gevolgd door: 3 Amen, amen, amen! Dat wij niet beschamen Jezus Christus onze Heer, amen, God, uw naam ter eer!
Wel thuis en tot volgende week!