De Geest: niet tegenwerken, maar meewerken!
Hoe kan je leven vol zijn van de Geest? Hoe ga jij om met de Geest? Hoe word en blijf je vol van de Heilige Geest? Je kunt de Geest bedroeven, uitdoven, verachten Je kunt ook het vuur van de Geest brandend houden (2 Tim 1)
1. Je gebed Luk 11,11-13: Welke vader onder jullie zou zijn kind, als het om een vis vraagt, in plaats van een vis een slang geven? Of een schorpioen, als het om een ei vraagt? Als jullie dus, ook al zijn jullie slecht, je kinderen al goede gaven schenken, hoeveel te meer zal de Vader in de hemel dan niet de heilige Geest geven aan wie hem erom vragen.’ Wat als je niks met de Geest hebt?
2. Laat je leiden door de Geest Gal 5: Ik zeg u dus: laat u leiden door de Geest, dan bent u niet gericht op uw eigen begeerten. Wat wij uit onszelf najagen is in strijd met de Geest, en wat de Geest verlangt is in strijd met onszelf. … Wanneer de Geest ons leven leidt, laten we dan ook de richting volgen die de Geest ons wijst. Niet bewust zondigen (Hebr 10), geen ingeving van de Geest verachten (1 Tess 5)
3. Je innerlijk Wees altijd verheugd, bid onophoudelijk, dank God onder alle omstandigheden, want dat is wat hij van u, die één bent met Christus Jezus, verlangt. Doof de Geest niet uit … (1 Tess 5) Zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de Geest u ingeeft. Zing en jubel met heel uw hart voor de Heer (Ef 5) Hoe kun je altijd blij en dankbaar zijn? Boosheid en wrok: gevaarlijk (Ef 4)!
4. Je lijf Seks (1 Kor 6): Ga ontucht uit de weg! Geen enkele andere zonde die een mens kan begaan tast het lichaam aan, maar wie ontucht pleegt zondigt tegen het eigen lichaam. Of weet u niet dat uw lichaam een tempel is van de heilige Geest, die in u woont en die u ontvangen hebt van God? …(D)us bewijs God eer met uw lichaam. Alcohol (Ef 5): Bedrink u niet, want dat leidt tot uitspattingen, maar laat de Geest u vervullen. Waarmee vul je je lijf?
5. Je mentaliteit Daarom spoor ik je aan het vuur brandend te houden van de gave die God je schonk toen ik je de handen oplegde. God heeft ons niet een geest van lafhartigheid gegeven, maar een geest van kracht, liefde en bezonnenheid (2 Tim 1) Wanneer ben je laf? Wanneer ben je sterk, liefdevol, bedachtzaam?
6. Je omgang met anderen Geen leugen, geen vuile taal, geen geschreeuw en gevloek Wel waarheid, goede en opbouwende worden, goed en meelevend zijn (Ef 4) Geen vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit Maar de vrucht van de Geest is liefde, vreugde en vrede, geduld, vriendelijkheid en goedheid, geloof, zachtmoedigheid en zelfbeheersing (Gal 5)
De Geest: niet tegenwerken,maar meewerken! Je gebed: bid om vervulling met de Geest Laat je leiden door de Geest Je innerlijk: blij, dankbaar, aanbidding Je lijf: vol van de Geest, niet van seks of alcohol Je mentaliteit: niet laf maar sterk Je omgang met anderen: je taal, een houding van liefde