competentie ontwikkeling en assessment & competentie ontwikkeling en assessment Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen
programma: Hoe verloopt het ontwerp proces…. Waar ontwerp je een KP (binnen dit proces)? Wat staat er in een KP? Waar ontwikkel je de PvB (binnen dit proces)? Wat staat er in de PvB? Wat en hoe toets je? Staat toetsen gelijk aan evalueren? Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2010
de ontwerpfase Wat is het probleem? leernoodzaak Wat willen we bereiken? opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering ontwikkelen de ontwerpfase Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
ist soll Huidige situatie gewenste situatie Wat is het probleem? leernoodzaak Wat willen we bereiken? opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering ist soll ontwikkelen Huidige situatie gewenste situatie Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
soll ist Huidige situatie gewenste situatie Wat is het probleem? leernoodzaak Wat willen we bereiken? opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering soll ontwikkelen ist Huidige situatie gewenste situatie Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
ist soll Huidige situatie gewenste situatie Wat is het probleem? leernoodzaak Wat willen we bereiken? opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering ist ontwikkelen soll Huidige situatie gewenste situatie Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
soll ist Huidige situatie gewenste situatie Wat is het probleem? leernoodzaak Wat willen we bereiken? opleidingsdoel taakanalyse soll leerdoelformulering ist ontwikkelen Huidige situatie gewenste situatie Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
wie wat leernoodzaak opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering A = doelgroep wat opleidingsdoel B = gedrag taakanalyse C = omstandigheden leerdoelformulering D = bekwaamheid ontwikkelen Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
kwalificatieprofiel leernoodzaak kwalificatieprofiel: Omschrijving van de benodigde kwalificaties voor een bepaalde functie opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering kwalifictatie = het vermogen van een individu dat hem in staat stelt op een adequate wijze taken uit te voeren, oplossingen te vinden en te realiseren in de dagelijkse arbeidssituatie kwalificatieprofiel ontwikkelen Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
formulering in een kwalificatieprofiel … er is geen uniform format leernoodzaak Werkzaamheden en verantwoordelijkheden Beoordelingscriteria Opgave Hulpmiddelen Competenties opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel ontwikkelen Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
formulering in een kwalificatieprofiel … er is geen uniform format leernoodzaak Werkzaamheden en verantwoordelijkheden Beoordelingscriteria Opgave Hulpmiddelen Competenties opleidingsdoel beschrijving van de functie en ‘het werk’? taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel ontwikkelen wanneer doe je het goed? wat maakt ‘het werk’ moeilijk? wat helpt bij ‘het werk’? welke (kern) competenties zijn daarbij nodig? Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
kwalificatieprofiel Proeve v B leernoodzaak opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel evaluatie ontwikkelen Proeve v B Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
kwalificatieprofiel Proeve v B Proeve van bekwaamheid: Een (mix van) toets(methoden) in een realistische beroepscontext waarmee wordt vastgesteld of een kandidaat in staat is adequaat te handelen volgens beroepseigen methoden en technieken. leernoodzaak opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel evaluatie ontwikkelen Proeve v B De proeve kan bestaan uit, bijvoorbeeld: pen- en papiertoets (kennis) portfolio (bewijslast) creatieve opdracht (presentatie, verslag) simulatieproef (gecontroleerde omgeving) arbeidsproef (op de ‘werkvloer’) Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
wie omstandigheden bekwaamheid gedrag kwalificatieprofiel Proeve v B leernoodzaak opleidingsdoel bekwaamheid gedrag taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel evaluatie ontwikkelen Proeve v B uitgangspunt: toets in de praktijk (als het kan) Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
leerlijnen en leerstappen leiden tot de proeve…. leernoodzaak opleidingsdoel taakanalyse leerdoelformulering kwalificatieprofiel evaluatie ontwikkelen Proeve v B leerlijnen leerstappen leerlijnen en leerstappen leiden tot de proeve…. Ontwerpen van leerarrangementen niveau 3 - Competentiegericht ontwerpen & ontwikkelen & assessen - Paul Jacobs nov 2007
Beschrijven van Taken, werkzaamheden en criteria Gedrag concreet en meetbaar maken
Hulpschema bij beschrijving Taken en werkzaamheden JA NEE Concreet (beschreven) Benoem de taak en de werkzaamheden waaruit de taak bestaat. Gebruik werkwoorden, bijv. (uitvoeren, bestellen, adviseren, construeren, rapporteren, bouwen, leiden,….) criteria JA NEE meetbaar (beschreven) Geef de kwaliteit van de taakuitvoering aan d.m.v. competenties en indicatoren, bijv. (competenties: in goede samenwerking, vakbekwaam , storingsvrij, zorgvuldig, organisatorisch bekwaam, op hygiënische wijze, op duurzame wijze ….) normering JA NEE Wat is voldoende? Kwalificeer en/of kwantificeer de norm, bijv. (de helft, pijnloos, nooit, 4 van de 5, maandelijks, binnen budget, binnen foutmarge…. ) differentiëren Deze verfijning opnemen als je de ‘positief norm’ wilt specificeren Beschrijf wat het verschil maakt tussen ‘voldoende’ en ‘goed’? Wat doet of laat iemand dan? Wat gaat er anders? Wat is meer dan ‘de standaard’ of het (minimale) vereiste? Wanneer is het beter/goed?
voorbeeld concreet vaag De Conciërge zorgt voor het gebouw en haar werknemers Controleert regelmatig de brandveiligheid van het gebouw Zorgt in de kersttijd dat er geen brandgevaarlijke situatie ontstaat De Conciërge bewaakt de orde en veiligheid in het gebouw Controleert jaarlijks met de brandweer het gebouw op brandveiligheid en legt dit dmv rapportage vast Is in de kersttijd extra alert dat er geen brandgevaarlijke situatie ontstaat en weet de balans te vinden tussen gezelligheid en veiligheid Taak: Een van de werkzaamheden: Opgave:
voorbeelden concreet De feitelijke activiteit De Conciërge bewaakt de orde en veiligheid in het gebouw Controleert jaarlijks met de brandweer het gebouw op brandveiligheid en legt dit dmv rapportage vast Is in de kersttijd extra alert dat er geen brandgevaarlijke situatie ontstaan en weet de balans te vinden tussen gezelligheid en veiligheid Taak: Concreet gemaakt Een van de werkzaamheden: Opgave: Wat doet de lerende ‘extra’?
= voorbeelden concreet De Conciërge bewaakt de orde en veiligheid in het gebouw Controleert jaarlijks met de brandweer het gebouw op brandveiligheid en legt dit dmv rapportage vast Taak: Een van de werkzaamheden: Competenties voor een goede taakuitvoering 1 In bekwame samenwerking 2 Organisatorisch bekwaam 3 Vakbekwaam Competentieindicatoren van een goede toepassing van de competenties in de taakuivoering 1a 1b 1c 2a 2b 2c 3a 3b 3c
formatieve en summatieve toetsvormen Waarom toetsen we?
formatieve en summatieve toetsvormen ..is toetsen evalueren? Niveaus van evalueren: Kirkpatrick (1975) Level One: Reaction (reactieniveau) Level Two: Learning (leerdoelniveau) Level Three: Behavior (gedragsniveau) Level Four: Results (organisatie(impact)niveau)
Niveaus van evalueren: Waren ze tevreden over de kwaliteit? Hebben ze het geleerd? Passen ze het ook toe? Welke impact heeft het? Wat krijg ik er voor terug? leer- omgeving Niveaus van evalueren: Kirkpatrick (1975) werk- omgeving
formatieve en summatieve toetsvormen WAAROM toets je? (wat wil je bereiken?) WAT toets je? (inhoud) WELKE WIJZE toets je? (vorm) WANNEER toets je? (moment binnen het leren) WIE neemt de toets af? (wie beoordeelt?) WAAR toets je? (plaats, leerplek of werkplek?) WAARMEE toets je? (hulpmiddelen) Wat is de WAARDE van de toets? (formatief / summatief, welke cesuur, voorwaardelijk)