Semantisatieverhaal: Ik heb een geweldig plan: Volgende week begin ik met het aanleggen, het maken van een moestuin. Een moestuin is een ander woord voor groentetuin. Kennen jullie dat? Misschien hebben jullie zelf ook wel ook wel een moestuin, of jullie opa en oma! Een moestuin aanleggen is niet gemakkelijk. Ik heb er al wel heel veel over gelezen en over nagedacht. Ik wil in mijn moestuin mijn eigen voedsel, mijn eigen eten verbouwen. Het is namelijk zo, want het is zo, dat in groenten uit een moestuin veel meer vitamines zitten. Door al die vitamines zijn deze groenten veel gezonder voor mijn kinderen. En ik wil mijn kinderen gezond groot brengen. Groot brengen betekent opvoeden, ervoor zorgen dat een mens of dier volwassen wordt. Een moestuin bijhouden is veel werk. Onkruid weghalen is bijvoorbeeld de belangrijkste taak. De taak is het werk dat je moet doen. Onkruid zal namelijk nooit vanzelf verdwijnen. Verdwijnen betekent er niet meer zijn. Dus ik moet elke dag onkruid wieden. Ik ga in ieder geval nooit vergif spuiten. In vergif zit een hele ongezonde stof. Het spul (waar iets van gemaakt is) is heel ongezond. En dat laat ik mijn kinderen natuurlijk nooit eten. Kennen jullie mensen met een moestuin? Woordenschatwoorden
Week 14 – 2 april 2019 Niveau AA Gerarda Das Mariët Koster Mandy Routledge Francis Vrielink Week 14 – 2 april 2019 Niveau AA
aanleggen
het voedsel
namelijk
groot brengen
de taak
verdwijnen
de stof
Op de woordmuur:
verdwijnen verschijnen = er niet meer zijn Onkruid zal nooit uit zichzelf verdwijnen. = zichtbaar worden Onkruid zal snel verschijnen als je niet vaak harkt.
aanleggen verwijderen = maken Ik ben een moestuin aan het aanleggen. = zorgen dat iets verdwijnt De machine is de moestuin aan het verwijderen.
uit huis gaan groot brengen een kind krijgen = opvoeden groot brengen een kind krijgen = opvoeden Ik wil mijn kinderen gezond grootbrengen.
de taak = het werk dat je moet doen oogsten planten gieten
het voedsel = het eten de groente het fruit het brood
de stof het gif de katoen de klei de stof = het spul (waar iets van gemaakt is) de katoen de klei
namelijk = want In groenten uit de moestuin zitten namelijk veel meer vitamines.