Inwerkingtreding 01/01/2018.

Presentatie over: "Inwerkingtreding 01/01/2018."— Transcript van de presentatie:

1 Inwerkingtreding 01/01/2018

2 Wat vooraf ging? Cao I : Codo-statuut: compromis eigenheid sector en decreten rechtspositie onderwijs Cao II : Werkgroep sociale partners en overheid Haalbaarheid overgang onderwijsstatuut? Cao III : Eigen statuut haalbaar Startschot uitwerking decreet betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie

3 STATUUT Algemene krijtlijnen

4 Op wie van toepassing? ALLE codo’s en niet-codo’s in een functie
Huidige codo’s: personeelsleden die een salaristoelage ontvangen van het Vlaams Ministerie van Onderwijs (decretale middelen en projectmiddelen) Huidige niet-codo’s: aangesteld met eigen middelen of werkingsmiddelen van het centrumbestuur Niet: contractuele personeelsleden gesubsidieerd met eigen middelen Bv. onderhoudspersoneel

5 Wat verandert er niet? Prestatieregeling (36 u./week) Vakantieregeling
Salarisschalen Bezoldiging

6 Ambten en betrekkingen
Betrekking: de concrete werkgelegenheid Elke aanstelling van een personeelslid gebeurt steeds in een betrekking: in een bepaald CBE, in een bepaald ambt en voor een bepaalde opdrachtbreuk

7 Functies → ambten NU: functies 2018: ambten Wervingsambten
Leraar basiseducatie Stafmedewerker Beleidsondersteunend administratief medewerker Uitvoerend administratief medewerker Ervaringsdeskundige in de armoede Directeur 2018: ambten Wervingsambten Leraar basiseducatie Stafmedewerker Beleidsondersteunend administratief medewerker Uitvoerend administratief medewerker Ervaringsdeskundige in de armoede Selectieambt NIEUW! Adjunct-directeur Bevorderingsambt Directeur

8 Bekwaamheidsbewijzen
ambten VOLDOENDE ANDERE Directeur Bachelor + BPB Bachelor Adjunct-directeur NIEUW! Stafmedewerker / Leraar Administratief (u) Geen vereiste Administratief (o) Tenminste HSO Ervaringsdeskundige Certificaat of getuigschrift

9 Bekwaamheidsbewijzen
Onderscheid voldoende en andere bekwaamheidsbewijzen: bezoldiging: hogere salarisschaal verbonden aan voldoend geacht bekwaamheidsbewijs dan ander bekwaamheidsbewijs vaste benoeming: enkel mogelijk indien een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs!

10 Administratief statuut
Binnen een statutaire tewerkstelling zijn er 3 administratieve standen Dienstactiviteit Non-activiteit Terbeschikkingstelling

11 1. Dienstactiviteit Aan het werk
In dienstactiviteit = recht op salaris, recht op verhoging van salaris De meerderheid van de verlofstelsels zijn gelijkgeschakeld met dienstactiviteit Loopbaanonderbreking, zorgkrediet, VVP,… Ook: (bezoldigd) ziekteverlof, bevallingsverlof,…

12 Dienstanciënniteit Van belang bij
tijdelijke aanstelling en vaste benoeming (ook bij overgangsmaatregel) Ontslag: opzegtermijnen Gewerkte periodes, uitgedrukt in kalenderdagen Gelijkgestelde periodes: alle verlofstelsels met uitzondering van de periodes non-activiteit. Voorbeeld: personeelslid werkt vanaf 01/01 tem 10/01 en dan opnieuw van 20/01 tem 31/01: deze periodes tellen mee voor de dienstanciënniteit. Dit betekent 22 dagen dienstanciënniteit.

13 2. Non-activiteit Niet op de werkvloer
In non-activiteit = geen recht op een salaris en geen recht op verhoging van het salaris Doet zich voor in volgende gevallen: Politiek verlof Tijdelijk rustpensioen (beslissing Medex) Bij niet-bezoldigde ziektedagen Tijdens een Afwezigheid voor Verminderde Prestaties (AVP) Ongewettigde afwezigheid

14 3. Terbeschikkingstelling (TBS) wegens ziekte
Dienstanciënniteit Voor vast benoemde personeelsleden Na uitputting van het ziektekrediet Gevolg: oproeping voor Medex – pensioencommissie

15 Vragen?

16 STATUUT Tijdelijke aanstelling en vaste benoeming

17 Codo → aanstelling of vaste benoeming
Tijdelijke aanstelling van bepaalde duur Tijdelijke aanstelling van onbepaalde duur Vaste benoeming

18 Aanstellingsvoorwaarden
Burgerlijke en politieke rechten genieten Van onberispelijk gedrag zijn Onderdaan zijn van de EU of EVA (of afwijking genieten) Geschikt bekwaamheidsbewijs Voldoen aan vereisten inzake de onderwijstaal Medisch geschikt zijn

19 Tijdslijn aanstellingen
Na 2 jaar DA binnen periode van max. 3 jaar Nieuw personeelslid Tijdelijke aanstelling bepaalde duur Huidige personeelsleden Tijdelijke aanstelling onbepaalde duur

20 Einde tijdelijke aanstelling
Zonder opzeg – onmiddellijke uitwerking: Niet voldoen aan aanstellingsvoorwaarden Vaste benoeming Geen subsidiëring meer van betrekking Terugkeer titularis of personeelslid dat hem tijdelijk vervangt Einde termijn aanstelling Aanstelling bepaalde duur: uiterlijk op het einde van het schooljaar Rustpensioen Ongewettigde afwezigheid van tien kalenderdagen Ontslag om dringende reden Toepassing burgerlijke en strafwetten die de ambtsneerlegging tot gevolg heeft

21 Einde tijdelijke aanstelling
Door het personeelslid: aanstelling bepaalde duur: opzeg tijdens de eerste helft van de overeengekomen duurtijd (conform regeling Wet op de arbeidsovereenkomsten) Dienstanciënniteit beperkt tot de laatste ononderbroken aanstellingsperiode vb. aanstelling 6 maanden: opzeg tijdens de eerste drie maanden → drie weken opzeg bij dienstanciënniteit tussen zes maanden en minder dan twaalf maanden aanstelling onbepaalde duur: opzeg: afhankelijk van dienstanciënniteit (1-13 weken)

22 Einde tijdelijke aanstelling
Door de werkgever: Ontslag om dringende reden Beroepsmogelijkheid kamer van Beroep N.a.v. bijsturingscyclus Beroepsmogelijkheid college van Beroep In onderling akkoord: geschrift Ondertekening beide partijen Datum ambtsneerlegging

23 Vaste benoeming Aanstellingsvoorwaarden: wie komt in aanmerking?
24 maanden dienstanciënniteit binnen een periode van max. 36 maanden op 31/08 in het ambt in het centrum voorafgaand aan vaste benoeming Houder van een voldoend geacht bekwaamheidsbewijs Geen evaluatie “onvoldoende” Volume vaste benoeming = volume aanstelling onbepaalde duur vooravond (31/12), voor zover het urenpakket van het centrum dit toelaat Leraar heeft aanstelling onbepaalde duur voor 18/36 op 31/12  Volume 18/36 vaste benoeming bij voldoende uren beschikbaar

24 Vaste benoeming – max. 90 % Max. percentage :
Opvangen schommelingen subsidiëring 90% van de decretale VTE’s leraren 90% van de decretale puntenenveloppe ondersteunend personeel In een centrum: rekening houdende met de projectmiddelen: gemiddeld 67 % van de personeelsleden is vastbenoemd. IJkpunt: 15 september voorafgaand aan de vaste benoeming Vaste benoeming steeds op 1 januari

25 Tijdslijn vaste benoeming
31/08: lijst anciënniteit 15/09: ijkpunt decretale VTE en punten-enveloppe 15/10 mededeling vacante betrekkingen 01/01: vaste benoeming volume vooravond

26 Einde vaste benoeming Onmiddellijke uitwerking en zonder opzeg:
Niet meer voldoen aan aanstellingsvoorwaarden Afwezigheid van meer dan tien kalenderdagen Na een geoorloofde afwezigheid zonder geldige reden Zonder geldige reden de betrekking verlaten Toepassing door burgerlijke en strafwetten Definitief vroegtijdig pensioen wegens gezondheidsredenen of lichamelijke ongeschiktheid Na terugroeping in actieve dienst weigeren de betrekking te bekleden Rustpensioen

27 Einde vaste benoeming Door het personeelslid
Vrijwillig: geheel of gedeeltelijk (maximaal te herleiden tot halftijdse opdracht) Opzeg Door de werkgever Bijsturingscyclus Beroepsmogelijkheid College van Beroep Ontslag om dringende reden Beroepsmogelijkheid Kamer van Beroep

28 Ontwikkelcyclus - ontslag
Tijdelijke personeelsleden Evaluatie met eindconclusie “onvoldoende” tijdens de bijsturingscyclus Vastbenoemde personeelsleden 2 opeenvolgende definitieve evaluaties met eindconclusie “onvoldoende” of 3 definitieve evaluaties met eindconclusie “onvoldoende” voor het ambt in kwestie tijdens de loopbaan

29 Beroepsorganen College van Beroep:
Beroepsprocedure tegen een evaluatie met eindconclusie “onvoldoende” Kan “onvoldoende” vernietigen Procedureregels nageleefd? Volgens regels en in de geest van functiebeschrijving en evaluatie? Redelijke verhouding tussen feiten en “onvoldoende”? Kamer van Beroep: Beroep tegen een ontslag om dringende reden: Kan ontslag bevestigen/vernietigen

30 Vragen?

31 VERLOFSTELSELS

32 Verlofstelsels Tot 31/12/2017 Vanaf 01/01/2018
Loopbaanonderbreking (ouderschapsverlof, medische bijstand, palliatieve zorgen) Loopbaanonderbreking (ouderschapsverlof, medische bijstand, palliatieve zorgen Zorgkrediet Verlof voor verminderde prestaties Afwezigheid voor verminderde prestaties Verlof voor het opnemen van een andere tewerkstelling Verlof omwille van dwingende redenen

33 Verlofstelsels Verdwijnen van het verlof voor het opnemen van een andere tewerkstelling Wordt vervangen door het ‘Verlof tijdelijk andere opdracht’ (TAO) en ‘Verlof wegens (bijzondere) opdracht’ Verlof TAO Voor vast benoemde personeelsleden Opnemen van tijdelijke opdracht buiten vaste benoeming Naar projectmiddelen (NT2) Naar andere onderwijsniveaus Verlof wegens (bijzondere) opdracht ‘Detachering’ Voor vast benoemde en tijdelijke personeelsleden Naar federatie basiseducatie, vakorganisaties,…

34 Voorbeeld Een personeelslid A is vast benoemd als leraar basiseducatie. De directeur van het centrum wordt ziek. Personeelslid A neemt een verlof TAO en vervangt de directeur. Krijgt salaris als leraar basiseducatie + salarissupplement tot het salaris van directeur Tijdens die aanstelling blijft personeelslid beschouwd als vast benoemde voor ziekteverlof en bevallingsverlof Aanstelling uiterlijk tot 31 augustus

35 Mobiliteit tijdelijke personeelsleden

36 Mobiliteit vast benoemde personeelsleden

37 Verlofstelsels Verdwijnen van het verlof omwille van dwingende redenen en klein verlet Wordt vervangen door het ‘omstandigheidsverlof’ en verlof wegens overmacht Omstandigheidsverlof Voor vast benoemde en tijdelijke personeelsleden Voor specifieke gebeurtenissen Bevalling partner Staatsburgerlijke verplichtingen Huwelijk of wettelijk samenwonen Overlijden Aantal dagen toegestane afwezigheid, afhankelijk van de gebeurtenis verlof wegens overmacht ziekte of ongeval van inwonend persoon

38 Ziekteverlof - tijdelijke personeelsleden Nieuwe regeling
Salaris betaald door het werkstation Recht op bezoldigd ziekteverlof voor 1 dag per reeks van 10 dagen waarvoor salaris werd verstrekt (max. 30 dagen per jaar). Uitkeringen betaald door het ziekenfonds Voor periodes buiten ziekteverlof betaald door het werkstation: geen recht meer op bezoldigde ziektedagen 60% van een begrensd brutoloon

39 Ziekteverlof – vast benoemde personeelsleden Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2018
Verlof wegens ziekte Recht op 30 kalenderdagen betaald ziekteverlof per 12 maanden sociale anciënniteit Genoten ziekteverlof wordt in mindering gebracht Sociale anciënniteit = geldelijke anc. + diensten gepresteerd voor de minimumleeftijd Minimumleeftijd is verbonden aan salarisschaal: 22 jaar voor barema 301 en 346 24 jaar voor barema 501 en 502 Salaris verder uitbetaald

40 Ziekteverlof – vast benoemde personeelsleden Nieuwe regeling vanaf 1 januari 2018
Terbeschikkingstelling wegens ziekte Na uitputting recht op ziekteverlof Recht op een wachtgeld tussen 50 en 75% van een salaris voor voltijdse opdracht Oproep door de Pensioencommissie

41 Ziekteverlof – overgangsregeling
Rugzak op 1 januari 2018 Voor iedereen: tijdelijke en vast benoemde personeelsleden Recht op 15 dagen bezoldigd ziekteverlof per jaar Het opgenomen ziekteverlof uit het verleden wordt niet aangerekend Recht op ziekteverlof berekend op basis van de geldelijke anc. op 1 januari 2018: dit is de anciënniteit op basis waarvan uw salaris wordt vastgesteld

42 Ziekteverlof – overgangsregeling
Voorbeeld Een leraar basiseducatie heeft tot 1 januari 2018 een geldelijke anciënniteit van 20 jaar en 3 maanden en heeft in die periode 80 dagen ziekteverlof opgenomen. Rugzak 20 x 15 = 300 Het personeelslid heeft recht op 300 dagen bezoldigd ziekteverlof, De reeds opgenomen ziektedagen worden niet in mindering gebracht.

43 Ziekteverlof – overgangsregeling
Heeft uitsluitend betrekking op de periode vóór 1 januari 2018 Vóór 1/1/2018: personeelsleden die uitsluitend aangesteld geweest zijn in CBE Vanaf 1/1/2018: rugzak blijft voor die groep van personeelsleden behouden zolang het personeelslid uitsluitend in de CBE blijft werken

44 Verlof verminderde prestaties
Twee verlofstelsels Verlof verminderde prestaties wegens ziekte (VVP ziekte) Langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens medische redenen (VVP med)

45 Verlof verminderde prestaties wegens ziekte
Opnieuw opnemen van oorspronkelijke opdracht na periode van deeltijdse prestaties Voorwaarden Meer dan 50% aangesteld zijn Nog minstens halftijds blijven presteren Verlof moet aansluiten op een afwezigheid wegens ziekte of op verminderde prestatie wegens ziekte/arbeidsongeval Aanvraag op verzoek personeelslid/arts Salaris loopt verder

46 Langdurig VVP medische redenen
Geen volledige werkhervatting meer mogelijk Voorwaarden Meer dan 50% vast benoemd zijn Ten minste halftijds blijven werken Blijven presteren tussen 50 en 75% van een fulltime Aanvraag op verzoek personeelslid/geneesheer- specialist Salaris: bij voltijdse aanstelling en halftijds werken: 80% van oorspronkelijk salaris

47 VVP ziekte – Langdurig VVPmed
Doel De oorspronkelijke opdracht opnieuw kunnen opnemen na periode van deeltijds werken De oorspronkelijke opdracht kan niet meer hernomen worden. Personeelslid blijft deeltijds werken Wie V + T Minstens 50% vastbenoemd zijn Aanvang Na ziekte Na periode van 30 dagen ziekteverlof Aanvraag Via behandelende arts Via geneesheer-specialist Goedkeuring Controleorgaan Duur Volgens plan- per 2 maanden Onbepaald – per jaar Prestaties Minstens 50 % van FT Tussen 50 en 75% van FT Betaling Salaris loopt verder 60% voor het niet uitgeoefende deel Ziektekrediet Vereist Niet vereist Aanrekening Tussen 50 en 75 %: ½ dag per dag Vanaf 75%: ¼ de dag per dag Geen aanrekening van opgenomen ziekteverlof

48 Bevallingsverlof De huidige regeling (duurtijd) blijft ongewijzigd
Vastbenoemde personeelsleden: salaris betaald door het werkstation Tijdelijke personeelsleden: uitkering via mutualiteit Geboorteverlof ingeval van hospitalisatie of overlijden van de moeder

49 Vragen?

50 Contactgegevens Omzendbrief Vragen?

51 Meer info: https://onderwijs.vlaanderen.be/statuut-basiseducatie