Examen TV MW Eerste jaar Sociaal Werk

Beschrijf deze begrippen  De Karthuizer  De Diagnostische school  De Functionalistische school  Het Problem Solvingmodel  Geert Van der Laan  Marie Kamphuis  Mary Richmond

Beschrijf deze begrippen  Hans Achterhuis  Carl Rogers  Emiel Vandervelde  Maria Baers  Sorbonneverklaring  Bolognaverklaring  empowerment

Beschrijf deze begrippen  Registratie  Signaleren  Vrijwilligerswerk  Micro-, meso-, marcroniveau

Theorievragen  Psychosociale Hulpverlening: beschrijf de kwaliteitscriteria van van der Laan.  Signaleren: signaleren is gericht op de verbetering van de situatie op drie niveaus: micro-, meso-, en macroniveau. Beschrijf deze niveaus en geef telkens een voorbeeld.

Theorievragen  Signaleren: signalen worden waargenomen en genalyseerd. Welke criteria moet je nagaan in de analyse of verdere stappen noodzakelijk zijn? Geef telkens ook een voorbeeld.  Signaleren: bespreek actietype 3 in het signaleren.

Theorievragen  Signaleren: welke kwaliteiten vereist signaleren op gebied van vaardigheden en attitudes. Geef drie van elk en zeg ook steeds waarom.  Rapportage en registratie: wat zijn de methodologische eisen voor een goede registratie?

Theorievragen  Preventie: bespreek de normatieve strategie  Preventie: bespreek de rationele strategie  Preventie: bespreek de dwangstrategie

Theorievragen  Vrijwilligerswerk: geef enkele formele en informele kenmerken van het vrijwilligerswerk  Vrijwilligerswerk: geef enkele pro’s en contra’s van het betalen van vrijwilligers (minimum drie van elk).

Theorievragen  Vrijwilligerswerk: bespreek de sociaal- integratieve functie van vrijwilligerswerk

Praktijkvraag Kies uit de volgende mogelijkheden:  Schuldbemiddelaar op een OCMW  MW’er op de sociale dienst van een ziekenhuis  Justitie-assistent in een justitiehuis  MW’er op een dienst Begeleid Wonen  MW’er op een CBJ  MW’er op een CLB  MW’er op dienst terreinbezoek  MW’er op je stageplaats (kijk- en luisterstage)

Praktijkvraag a)Bespreek één kerntaak die in deze organisatie aan bod zal komen door te zeggen wat deze inhoudt (wat, doel, doelgroep,…) en waarom ze zo belangrijk is in deze organisatie. Concretiseer deze kerntaak door te verduidelijken wat voor activiteiten binnen deze kerntaak zullen vallen.

Praktijkvraag b) Geef 6 basiscompetenties waarover de MW’er in deze dienst moet beschikken en zeg waarom (2 op gebied van kennis, 2 op gebied van vaardigheden en 2 op gebied van attitudes)