Onderdelen van mijn bijdrage Wat doet de VNG? Landelijke en bovenregionale inkoop
1. Wat doet de VNG? Belangenbehartiging Platform Uitwisseling van voorbeelden, uitwisseling G4 / G32, directeuren Dienstverlening Modelverordening, handreikingen, checklists, modelcontracten enz. OTD: ondersteuningsteam decentralisaties
1. Hoe werkt de VNG? Structuur met bestuur en commissies. Jantine Kriens: voorzitter directie en portefeuillehouder Team sociaal domein met projectleiders op de drie decentralisaties Inhoudelijke werkgroepen, waaronder jeugd-GGZ Afstemming met tal van partijen, waaronder met koepels van aanbieders op ambtelijk en bestuurlijk niveau
Landelijke en bovenregionale inkoop Vooraf: uitgangspunten Bovenregionale functies; wat doet de VNG? Faciliteren van regionale inkoop door modelcontract Landelijke raamovereenkomsten VNG sluit zelf contract voor landelijke zorgfuncties, gemeenten rekenen af naar gebruik Opdrachtgeverschap namens gemeenten voor landelijk gefinancierde functies
Uitgangspunten Specialistische zorg ook nodig in decentraal stelsel, decentralisatie en specialisatie hoeven elkaar niet uit te sluiten. Landelijke afspraken of bovenregionale modellen moeten geen afbreuk doen aan regie individuele gemeenten of regio’s.
1. Modelovereenkomsten voor bovenregionale functies Uit de beoordeling van de RTA’s door de Transitiecommissie Jeugd is de aansluiting van aanbieders met bovenregionale schaal als één van de knelpunten naar boven gekomen. De VNG heeft met het opstellen van modelovereenkomsten beoogd alle gemeenten te faciliteren in het maken van afspraken over de bovenregionale functies (betere aansluiting vraag en aanbod). Het staat elke gemeente (of regionaal samenwerkingsverband) vrij om de modelovereenkomst te gebruiken voor het maken van inkoopafspraken over specifieke zorgfuncties (zie volgende sheet). Met het ontwerpen van modelovereenkomsten wil de VNG een waarborg bieden voor continuïteit van zorg en zorginfrastructuur voor de bovenregionale functies waarop de modelovereenkomsten van toepassing gaan zijn. Daarnaast beoogt de modelovereenkomst de gemeenten zodanig in een behoefte te voorzien dat onnodige administratieve lasten worden voorkomen en transitierisico’s zoveel mogelijk beperkt worden. Gemeenten zijn en blijven (al dan niet regionaal) aldus verantwoordelijk voor de inkoop van deze functies, de VNG ontwikkelt enkel een ondersteuningsinstrument. De modelovereenkomst schrijft dan ook geen tarief voor; dat is een zaak van gemeenten en aanbieders zelf. Wel bevat de modelovereenkomst een overzicht van ‘prestaties’ en de hieraan gekoppelde ‘bekostigingsstructuur’. Ook bevat de bijgeleverde instructie informatie om tot een afgewogen tariefstelling te komen tijdens het contracteringsproces.
1. Modelovereenkomst voor bovenregionale functies Aan het hand van suggesties van koepels maakt de VNG een modelovereenkomst voor de volgende functies: LVB ZZP 4 en 5 JeugdzorgPlus (gesloten jeugdzorg) Verslavingszorg K 7: Accare, Karakter, Curium, De Jutters, Bascule, Yulius en Triversum Provinciaal gefinancierde 3-milieuvoorzieningen Forensische orthopsychiatrie Aanbod LWI’s Jeugdbescherming en Jeugdreclassering Eerste modelcontracten verschijnen half mei. Producten per functie: Inkoophandreiking Modelcontract Programma van eisen
2. Landelijke inkoop Op 31 oktober 2013 is met een aantal aanbieders specifiek ten aanzien van een aantal zorgfuncties het landelijk transitie arrangement (LTA) gesloten. Het gaat om zorgfuncties met: Een zodanig klein aantal cliënten dat het per samenwerkingsverband moeilijk is daarvoor een goed aanbod te contracteren; Een zodanig landelijk georganiseerd aanbod en klein in omvang dat er risico bestaat op extra hoge transactiekosten; Een zodanig specialisme dat het organiseren van een substituut op lokaal niveau lastig kan zijn en de drempel om dat op te starten is erg hoog. Na het afsluiten van het LTA is gestart met het opstellen van de raamovereenkomst per zorgfunctie. De raamovereenkomst wordt gesloten tussen de VNG en de aanbieders van deze landelijk specialistische zorg. De raamovereenkomst beschrijft de rechten en plichten tussen de gemeenten en aanbieders. Binnen de kaders van deze raamovereenkomst kunnen regionale samenwerkingsverbanden van gemeenten of individuele gemeenten de zorg ‘afroepen’ overeenkomstig de in de overeenkomst gestelde voorwaarden. De raamovereenkomst kent geen exclusief recht (gedwongen winkelnering) op cliënten met specifieke kenmerken. Indien de gemeente gebruikmaakt van de raamovereenkomst, dan zijn de rechten en plichten voor de individuele gemeente en aanbieder wel dwingend. Een gemeente of aanbieder kan de inhoud van de raamovereenkomst niet opnieuw heronderhandelen. De inhoud van de raamovereenkomst zal voor de verschillende specialistische functies deels generiek zijn, maar kan per zorgfunctie andere voorwaarden kennen.
2. Raamovereenkomsten voor landelijke functies De raamovereenkomst bevat drie onderdelen: De raamovereenkomst: het contractdocument waarin onder andere de rechten en plichten van de opdrachtnemer en opdrachtgever staan opgenomen Het programma van eisen: een inhoudelijke beschrijving van de zorgfunctie. In het programma van eisen worden ook inhoudelijke afspraken over de ontwikkelrichting (in het kader van de transformatie) van de functie opgenomen Prestaties en tarieven De eerste twee onderdelen van de raamovereenkomst zijn zo goed als afgerond. De komende periode zal de VNG tariefsbesprekingen houden om afspraken te maken voor het derde onderdeel. Aan gemeenten is in september 2013 doorgegeven dat het beslag van de afspraken die op 31 oktober 2013 in het LTA gemaakt zijn, 2,2% van het budget bedraagt. Parallel aan de meicirculaire die in 2014 verschijnt, komt de VNG met een definitief percentage, waarin een aantal nieuwe toetreders zijn opgenomen. Naar verwachting heeft dit weinig consequenties voor het gekozen percentage.
2. Raamovereenkomsten voor landelijke functies Alle functies/aanbieders Jeugdzorgplus a) JeugdzorgPlus voor jongeren onder 12 jaar; Horizon b) Zeer Intensieveortdurende Observatie en Stabilisatie; c) Gesloten opname van tienermoeders tijdens zwangerschap of met pasgeboren kind Intermetzo GGZ a) Eetstoornissen Altrecht GGz (Rintveld) en Rivierduinen (Ursula ) b) Autisme Dr. Leo Kannerhuis en Yulius* c) Persoonlijkheidsstoornissen De Viersprong d) GGZ voor doven en slechthorenden GGMD e) Psychotrauma Centrum ‘45 f) Eergerelateerd geweld/loverboys en prostitutie Fier Fryslân g) Kinder en jeugd psychiatrie universitair / academisch* UMC Utrecht, Erasmus MC, Maastricht en delen van Curium, Bascule, Karakter en Accare h) Adoptie- en hechtingsspecifieke stoornissen* Basic Trust Jeugd sterk gedragsgestoord licht verstandelijk gehandicapt Ambiq, ’s Heeren Loo (Groot Emaus), Koraal Groep (De la Salle) en Pluryn (de Beele) Expertise en behandelcentrum op het terrein van geweld in afhankelijkheidsrelaties onder 18 jaar. Fier Fryslân en Kompaan en de Bocht Observatie, diagnostiek en exploratieve behandeling De Hondsberg Erkende gedragsinteventies a) Functional Family Therapy Zie lijst in paragraaf 3.6 van LTA b) Multidimensional Treatment Foster Care Leger des Heils Jeugdzorg & Reclassering c) Multidimensionele Familietherapie d) Multisysteem Therapie e) Ouderschap met Liefde en Grenzen De Waag Voedselweigering bij peuters* SeysCentra Forensisch-medisch onderzoek bij minderjarigen* Forensische Polikliniek voor Kindermishandeling * Nieuwe toevoegingen na 31-10-2013
3. Opdrachtgeverschap VNG Opdrachtgeverschap: VNG wordt namens gemeenten opdrachtgever voor vier organisaties: Kindertelefoon, Stichting Opvoeden, Stichting Adoptievoorzieningen en het vertrouwenswerk. Als gevolg van besluitvorming door de VNG ledenvergadering d.d. 29 november 2013 wordt de VNG financier en opdrachtgever namens gemeenten. Dit wordt gefinancierd door een uitname uit het gemeentefonds.
Vanaf 1 januari 2015 De VNG richt landelijke coördinatie in vanaf 1 januari 2015, met de volgende taken: Contractbeheer van landelijke raamovereenkomsten Opdrachtgeverschap van functies waar VNG namens gemeenten financier van is Expertisepunt voor gemeenten voor bovenregionaal aanbod Landelijke coördinatie is zowel voor jeugd als WMO.