3F maken van een verslag

Voorblad Het voorblad ziet er aantrekkelijk uit. Op het voorblad vermeld je het volgende: thema / onderwerp van het verslag aantrekkelijke afbeelding naam en klas datum

Titelblad Op het titelblad vermeld je het volgende: titel (eventueel ondertitel) naam leerlingnummer klas naam docent vak (bij stage vermeld je ook de gegevens van het bpv-bedrijf en bpv-periode. datum van inleveren

Voorwoord Het voorwoord schrijf je nadat je het verslag hebt geschreven. In het voorwoord vermeld je: doel van het verslag waarom schrijf je het verslag? hoe heb je het aangepakt? indien van toepassing kun je mensen bedanken die je hebben geholpen. bijv. je stagebegeleider Let op: ga niet in op de inhoud, dit doe je bij de inleiding!

Inhoudsopgave Maak gebruik van een automatische inhoudsopgave. Kies de indeling die jij wilt maar let er op dat er paginanummers bij vermeld staan. Denk er aan ook eventuele bijlagen te nummeren.

Hoofdstukken en paragrafen Let op het nummeren! O.a. (Voorbeeld): Hoofdstuk 1 De Machine 1.1 Werking machine 1.2 Bediening 1.3 Samenwerkende onderdelen Hoofdstuk 2 Bewegende, aangedreven onderdelen 2.1 Bewegende delen 2.2 Mechanismes 2.2 Onderdelen Hoofdstuk 3 Hydrauliek systeem 3.1 Hydrauliek onderdelen 3.2 Hydrauliek schema 3.3 Hydrauliek schema in (alle) bediende situaties 3.4 Uitleg/toelichting hydrauliek onderdelen

Inleiding In de inleiding beschrijf je wat de lezer kan verwachten wanneer hij je verslag leest. Denk aan het volgende: inhoud van het verslag / opdrachten de onderwerpen die aan de orde komen opbouw van het verslag

Samenvatting / Conclusie Dit is het slot van je werkstuk of rapport. Je geeft een samenvatting van de belangrijkste informatie. Eventueel beantwoord je hier de onderzoeksvraag uit de inleiding.

Bronvermelding of literatuurlijst Hier vermeld je alle bronnen die je hebt gebruikt. Bijvoorbeeld boeken of artikelen die je hebt gelezen. Meestal worden bronnen in alfabetische volgorde opgesomd. Maar het mag ook in de volgorde waarin je ze genoemd hebt.

Overig Lettertype: Arial of Calibri (of in overleg met de docent) Lettergrootte: 11 (Kopjes mag lettergrootte 14) Alleen functionele afbeeldingen.

Overig Maak gebruik van de checklist Let op de uiterste inleverdatum Gebruik de spellingscontrole Laat je verslag door iemand nalezen

En als laatste… Veel succes met het maken van je verslag. Voor vragen kun je altijd bij het studiecentrum terecht!