Onderwijsinspectie – Het juridische verhaal 22 september 2015
Inhoud 1.De Wet op het Onderwijstoezicht 2.Het initiatiefvoorstel Bisschop c.s. 3.Toezichtskader 4.Discussie
De wet op het onderwijstoezicht
Artikel 3 – Opdracht en taken IvhO Lid 1: ‘Toezicht op het onderwijs’ Lid 2: Taken: A) het beoordelen en bevorderen van de kwaliteit van het onderwijs B) het beoordelen en bevorderen van de naleving van de bij of krachtens een onderwijswet gegeven voorschriften C) het beoordelen en bevorderen van de kwaliteit van het stelsel voor hoger onderwijs, met inbegrip van het stelsel van accreditatie D) het beoordelen en bevorderen van de financiële rechtmatigheid E) het rapporteren over de ontwikkeling van het onderwijs F) het verrichten van andere bij of krachtens de wet aan de inspectie opgedragen taken
Kwaliteit van het onderwijs vs naleving Is onderwijskwaliteit iets anders dan het naleven van de deugdelijkheidseisen? Art. 20 lid 2: Indien de inspectie oordeelt dat een bij of krachtens een onderwijswet gegeven voorschrift niet is nageleefd, vermeldt zij dit in het rapport. MvT WOT: (…) kwaliteit is een overkoepelend begrip. Het heeft betrekking op verschillende aspecten van het onderwijs. Sommige van deze aspecten worden van zo groot belang geacht dat de wetgever daarvoor bepaalde voorschriften heeft gegeven: de in de sectorwetten opgenomen eisen (deugdelijkheidseisen en bekostigingsvoorwaarden). Van andere aspecten is het van belang dat daarover door de inspectie inzicht wordt geboden aan betrokkenen bij het onderwijs: de in dit wetsvoorstel voor het toezicht op het primair en voortgezet onderwijs opgenomen aspecten van kwaliteit.
Risicogericht toezicht Artikel 11 lid 1: De inspectie onderzoekt jaarlijks het onderwijs aan elke instelling. Naar aanleiding van het onderzoek geeft de inspectie een oordeel over de kwaliteit van het onderwijs aan de instelling en over de naleving van wettelijke voorschriften door de instelling. Artikel 11 lid 3: Indien uit het onderzoek, bedoeld in het tweede lid, een redelijk vermoeden voortvloeit dat de kwaliteit tekortschiet, stelt de inspectie nader onderzoek in, waarbij tevens de oorzaken van het tekortschieten worden onderzocht. Nader onderzoek aan de hand van kwaliteitsaspecten.
Verbetering bij tekortkomingen Artikel 11 lid 4: Indien de inspectie naar aanleiding van het onderzoek, bedoeld in het derde lid, oordeelt dat de kwaliteit tekortschiet, verricht zij na na ten hoogste één jaar onderzoek naar de kwaliteitsverbeteringen die de instelling heeft gerealiseerd. Artikel 14: Informeren minister bij ernstig of langdurig tekortschieten, bij zeer zwakke scholen na één jaar. Handhavingsbevoegdheden deels in mandaat bij inspectie, deels bij minister.
Het toezichtkader Artikel 13 WOT 1. De inspectie legt haar werkwijze voor een onderzoek als bedoeld in de artikelen 11 en 12a en voor de toepassing van artikelen 11a en 11b, vast in een of meer toezichtskaders. De toezichtskaders behoeven de goedkeuring van Onze Minister. artikelen 1112aartikelen 11a11b 2. Alvorens een toezichtskader vast te stellen of te wijzigen voert de inspectie overleg met vertegenwoordigers van het onderwijsveld en andere betrokkenen, terwijl bij onderwerpen betrekking hebbend op de vrijheid van inrichting in ieder geval overleg wordt gevoerd met de erkende richtingen.
Het initiatiefvoorstel Bisschop c.s. ‘een doeltreffender regeling van het onderwijstoezicht’
Onderscheid van toezicht en bevorderen Artikel 3 WOT 1. De inspectie heeft de volgende taken: a. het toezien op: (o.a.) de naleving van de bij of krachtens een onderwijswet gegeven voorschriften, b. het bevorderen van: (o.a.) de ontwikkeling, in het bijzonder van de kwaliteit, van het onderwijs aan instellingen als bedoeld in de onderwijswetten met uitzondering van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, Alleen oordeel in het kader van de toezichttaak
Het schoolplan als uitgangspunt De kwaliteitsaspecten uit art. 11, derde lid, van de WOT worden geschrapt en als verplichte onderwerpen opgenomen in het schoolplan. Artikel 11, derde lid, tweede volzin, komt te luiden: Dit nader onderzoek verricht zij, indien het betreft een instelling als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs, de Wet primair onderwijs BES, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het voortgezet onderwijs of de Wet voortgezet onderwijs BES, aan de hand van het schoolplan.
Wettelijke grondslag zeer zwakke school Met resultaten: De kwaliteit van het onderwijs is zeer zwak indien de leerresultaten op de school aan het eind van het zevende of het achtste schooljaar op groepsniveau ernstig en langdurig tekortschieten en het bevoegd gezag in verband met dit tekortschieten eveneens tekortschiet in de naleving van een of meer bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften. Zonder resultaten: ‘indien de school tekortschiet in de naleving van twee of meer bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften en de school dientengevolge tekortschiet in het zorg dragen voor de veiligheid op school (…) of het zodanig inrichten van het onderwijs dat leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen dan wel het afstemmen van het onderwijs op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen (…).’
Toezichtkader 1. Onze Minister stelt op voordracht van de inspectie kaders vast waarin de werkwijze voor een onderzoek als bedoeld in de artikelen 11 en 12a en voor de toepassing van de artikelen 11a en 11b is vastgelegd. In de kaders wordt onderscheid aangebracht tussen de in artikel 3, eerste lid, onderdelen a en b, bedoelde taken.