Welkom in deze paasdienst! Voorganger: Ds. H. de Bruijne Ouderling: Cors Visser Organist: Krijn van Veen Collecten: (1) Red een kind (2) Emeritikas
Zondag 31 maart 2013 – I/III Welkom en mededelingen ELB 132 – “U zij de glorie” Opwekking 400: “Vertel het aan de mensen” Aansteken Paaskaars Gezang 215 Stil gebed
Zondag 31 maart 2013 – II/III Gebeden Votum en groet Samenzang: Psalm 138 Gebed Solo Glenda Schriftlezing - Joh 20:1-23 (NBV) Gezang 365 Preek Opwekking 294 (met solo)
Zondag 31 maart 2013 – III/III Apostolische opwekking Romeinen 6:8-14 Samenzang: “De Here is waarlijk opgestaan” Collecte (met muziek van G.F. Händel) Opwekking 366: “Kroont Hem met gouden kroon” Zegen ‘Amen’ door gemeente (drievoudig)
Spreuk van de week: “De rechtvaardige wordt niet door onheil getroffen, goddelozen worden bedolven onder ellende” Spreuken 12:21
Welkom en mededelingen
ELB 132 – U zij de glorie – vs.1 U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer. Uit een blinkend stromen daald' een engel af, heeft de steen genomen van 't verwonnen graf.
ELB 132 – U zij de glorie refrein: U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer.
ELB 132 – U zij de glorie – vs.2 Ziet Hem verschijnen, Jezus onze Heer! Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer. Weest dan, volk des Heren, blijd' en welgezind, en zegt telkenkere: 'Christus overwint!' refrein
ELB 132 – U zij de glorie refrein: U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer.
ELB 132 – U zij de glorie – vs.3 Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft, die mij heeft genezen, die mij vrede geeft? In zijn godd'lijk wezen is mijn glorie groot, niets heb ik te vrezen in leven en dood. refrein
ELB 132 – U zij de glorie refrein: U zij de glorie, opgestane Heer! U zij de victorie, nu en immermeer.
Overgangsdia
Opwekking 400
Opwekking 400
Overgangsdia
© Universal Songs (met toestemming van CCLicentie)
Welkom en mededelingen + aansteken paaskaars
Gezang 215: 1, 2 en 3 Christus, onze Heer, verrees, halleluja! Heilge dag na angst en vrees, Die verhoogd werd aan het kruis, halleluja, bracht ons in Gods vrijheid thuis,
Gezang 215: 1, 2 en 3 Prijst nu Christus in ons lied, halleluja, die in heerlijkheid gebiedt, die aanvaardde kruis en graf, dat Hij zondaars 't leven gaf, halleluja!
Gezang 215: 1, 2 en 3 Maar zijn lijden en zijn strijd, halleluja, heeft verzoening ons bereid, halleluja! Nu is Hij der heemlen Heer, Englen juublen Hem ter eer,
STIL GEBED + VOTUM EN GROET
Psalm 138: 1, 2, 3 en 4 U loof ik, Heer, met hart en ziel, in eerbied kniel / ik voor U neder. Ja, in de tegenwoordigheid der goden wijd / ik U mijn beden. Naar 't heiligdom waar Gij vertoeft hef ik het hoofd, / ik zal U prijzen. Gij zult, o Here, wijd en zijd uw heerlijkheid / en trouw bewijzen.
Psalm 138: 1, 2, 3 en 4 Ten dage dat ik riep hebt Gij gehoord naar mij / en kracht gegeven. Als ik welhaast ten offer viel, hebt Gij mijn ziel / weer doen herleven. Al wat op aarde macht bezit, eenmaal aanbidt / het U, o HERE! Als Gij hun 't woord van uw verbond met eigen mond / hebt willen leren.
Psalm 138: 1, 2, 3 en 4 Dan zingen zij, in God verblijd, aan Hem gewijd, / van 's HEREN wegen. Groot is des HEREN heerlijkheid, zijn majesteit / ten top gestegen. Hij slaat, ofschoon oneindig hoog, op hen het oog / die needrig knielen. Maar ziet van ver met gramschap aan de eigenwaan / van trotse zielen.
Psalm 138: 1, 2, 3 en 4 Als ik, omringd door tegenspoed, bezwijken moet, / schenkt Gij mij leven. Wanneer mijn vijands toorn ontbrandt, uw rechterhand / zal redding geven. De HEER is zo getrouw als sterk, Hij zal zijn werk / voor mij voleinden. Verlaat niet wat uw hand begon, o Levensbron, / wil bijstand zenden.
GEBED + SOLO GLENDA
Glenda zingt: “Roll away that stone” Richard M. Hadden GEBED + SOLO GLENDA
Schriftlezing: Johannes 20 : 1-23 NBV
Johannes 20:1-23 (NBV) 1 Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was, kwam Maria uit Magdala bij het graf. Ze zag dat de steen van de opening van het graf was weggehaald. 2 Ze liep snel terug naar Simon Petrus en de andere leerling, van wie Jezus veel hield, en zei: ‘Ze hebben de Heer uit het graf weggehaald en we weten niet waar ze hem nu neergelegd hebben.’
Johannes 20:1-23 (NBV) 3 Petrus en de andere leerling gingen op weg naar het graf. 4 Ze liepen beiden snel, maar de andere leerling rende vooruit, sneller dan Petrus, en kwam als eerste bij het graf. 5 Hij boog zich voorover en zag de linnen doeken liggen, maar hij ging niet naar binnen. 6 Even later kwam Simon Petrus en hij ging het graf wel in. Ook hij zag de linnen doeken,
Johannes 20:1-23 (NBV) 7 en hij zag dat de doek die Jezus’ gezicht bedekt had niet bij de andere doeken lag, maar apart opgerold op een andere plek. 8 Toen ging ook de andere leerling, die het eerst bij het graf gekomen was, het graf in. Hij zag het en geloofde. 9 Want ze hadden uit de Schrift nog niet begrepen dat hij uit de dood moest opstaan. 10 De leerlingen gingen terug naar huis.
Johannes 20:1-23 (NBV) 11 Maria stond nog bij het graf en huilde. Huilend boog ze zich naar het graf, 12 en daar zag ze twee engelen in witte kleren zitten, een bij het hoofdeind en een bij het voeteneind van de plek waar het lichaam van Jezus had gelegen. 13 ‘Waarom huil je?’ vroegen ze haar. Ze zei: ‘Ze hebben mijn Heer weggehaald en ik weet niet waar ze hem hebben neergelegd.’
Johannes 20:1-23 (NBV) 14 Na deze woorden keek ze om en zag ze Jezus staan, maar ze wist niet dat het Jezus was. 15 ‘Waarom huil je?’ vroeg Jezus. ‘Wie zoek je?’ Maria dacht dat het de tuinman was en zei: ‘Als u hem hebt weggehaald, vertel me dan waar u hem hebt neergelegd, dan kan ik hem meenemen.’
Johannes 20:1-23 (NBV) 16 Jezus zei tegen haar: ‘Maria!’ Ze draaide zich om en zei: ‘Rabboeni!’ (Dat betekent ‘meester’.) 17 ‘Houd me niet vast,’ zei Jezus. ‘Ik ben nog niet opgestegen naar de Vader. Ga naar mijn broeders en zusters en zeg tegen hen dat ik opstijg naar mijn Vader, die ook jullie Vader is, naar mijn God, die ook jullie God is.’
Johannes 20:1-23 (NBV) 18 Maria uit Magdala ging naar de leerlingen en zei tegen hen: ‘Ik heb de Heer gezien!’ En ze vertelde alles wat hij tegen haar gezegd had. 19 Op de avond van die eerste dag van de week waren de leerlingen bij elkaar; ze hadden de deuren afgesloten, omdat ze bang waren voor de Joden. Jezus kwam in hun midden staan en zei: ‘Ik wens jullie vrede!’
Johannes 20:1-23 (NBV) 20 Na deze woorden toonde hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren blij omdat ze de Heer zagen. 21 Nog eens zei Jezus: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit.’ 22 Na deze woorden blies hij over hen heen en zei: ‘Ontvang de heilige Geest. 23 Als jullie iemands zonden vergeven, dan zijn ze vergeven; vergeven jullie ze niet, dan zijn ze niet vergeven.’
GEBED
Gezang 365: 1 en 2 De zonden zijn vergeven! Dit is een woord ten leven, bevrijdend van de schuld. Wat God ons ooit beloofde, wordt nu voor wie geloofde in Jezus' naam geheel vervuld.
Gezang 365: 1 en 2 't Is ook voor mij geschreven: ook ik mag uit Hem leven die ons genezen heeft. Zijn liefde tot de zijnen brengt ons met Hem in 't reine, wij weten dat Hij ons vergeeft.
PREEK
Opwekking 294 Glorie, glorie, glorie aan het Lam. Want Hij is waardig te ontvangen onze eer, het Lam op zijne troon. En onze stem verheffen wij tot Hem,
Opwekking 294 Heilig, heilig, heilig is het Lam. Want Hij is waardig te ontvangen onze eer, het Lam op zijne troon. En onze stem verheffen wij tot Hem,
Opwekking 294 Waardig, waardig, waardig is het Lam. Want Hij is waardig te ontvangen onze eer, het Lam op zijne troon. En onze stem verheffen wij tot Hem,
Opwekking 294 Glorie, glorie, glorie aan het Lam. Want Hij is waardig te ontvangen onze eer, het Lam op zijne troon. En onze stem verheffen wij tot Hem,
GEBEDEN
Apostolische opwekking Romeinen 6:8-14
Romeinen 6:8-14 (NBV) 8 Wanneer wij met Christus zijn gestorven, geloven we dat we ook met hem zullen leven, 9 omdat we weten dat hij, die uit de dood is opgewekt, niet meer sterft. De dood heeft geen macht meer over hem. 10 Hij is gestorven om een einde te maken aan de zonde, voor eens en altijd; en nu hij leeft, leeft hij voor God.
Romeinen 6:8-14 (NBV) 11 Zo moet u ook uzelf zien: dood voor de zonde, maar in Christus Jezus levend voor God. 12 Laat de zonde dus niet heersen over uw sterfelijke bestaan, geef niet toe aan uw begeerten.
Romeinen 6:8-14 (NBV) 13 Stel uzelf niet langer in dienst van de zonde als een werktuig voor het onrecht, maar stel uzelf in dienst van God. Denk aan uzelf als levenden die uit de dood zijn opgewekt en stel uzelf in dienst van God als een werktuig voor de gerechtigheid. 14 De zonde mag niet langer over u heersen, want u staat niet onder de wet, maar leeft onder de genade.
Overgangsdia
“De Here is waarlijk opgestaan” De Here is nu waarlijk opgestaan! Hij heeft beslissend van de dood gewonnen. Gerechtigheid droeg Hij zo voor ons aan. Nu door zijn kracht nieuw leven is begonnen, wekt Hij ons op ons leven Hem te geven. Ook wij staan op tot eeuwig, zalig leven.
Er zal gecollecteerd worden voor: Kerk en Israël Kerk Muziek van G.F. Händel
Opwekking 366
(
© Joh. De Heer & zn. (met toestemming van CCLicentie)
Zegen Te beantwoorden met
Vanmiddag om 17.00 uur gezamenlijke dienst met GKV’s in dit kerkgebouw Voorganger: ds. Ds. H. de Bruijne