Zondag 7 December 2014 middagdienst
Hartelijk welkom in deze middagdienst Voorganger:ds. H.D. Rietveld, Nijkerk Ouderling:Anne Geurtsen Organist:Krijn van Veen
Lezing: Schriftlezing: 1 Kor. 1: HSV Gezang 481: 1, 4 Psalm 32: 1, 2, 4 Psalm 2: 3, 4 Gezang 158: 1, 2, 3 Psalm 103: 1, 3 Schriftberijming 31: 1, 2
Welkom
1 O grote God die liefde zijt, o Vader van ons leven, vervul ons hart, dat wij altijd ons aan uw liefde geven. Laat ons het zout der aarde zijn, het licht der wereld, klaar en rein. Laat ons uw woord bewaren, uw waarheid openbaren.0 Gezang 481 : 1, 4
4 Wij danken U, o liefde groot, dat Christus is gekomen. Wij hebben in zijn stervensnood uw diepste woord vernomen. Nog klinkt dat woord; het spreekt met macht en het wordt overal volbracht waar liefde wordt gegeven, wij uit uw liefde leven. Gezang 481 : 1, 4
Stil gebed Votum en groet
1 Heil hem, wien God zijn ontrouw heeft vergeven en toegedekt al wat hij had misdreven, God rekent hem zijn dwalingen niet aan - heil hem, die recht voor God is komen staan! Ik kwijnde weg, zolang ik zwijgen wilde, in zelfbeklag mijn levenskracht verspilde, want dag en nacht woog zwaar op mij uw hand, mijn leven werd zo dor als dorstig land. Psalm 32: 1, 2, 4
2 Nu heb ik, H EER, mijn zonde U beleden: ik weet dat ik uw wet heb overtreden. Ik was ontrouw, ik was van kwaad vervuld, maar Gij vergaaft het, Gij verzoent mijn schuld. Laat daarom tot U komen uw beminden, stoot hen niet af, doch laat U door hen vinden. Duistere vloeden stormen op hen aan, Gij stelt een perk, Gij zult ons vast doen staan. Psalm 32: 1, 2, 4
4 Zo spreekt de H EER : “Mijn weg zal Ik u wijzen, u ziet mijn oog, waarheen gij ook zult reizen. Wees niet een dier dat koppig tegenstreeft, zich slechts aan toom en bit gewonnen geeft.” Wie God ontvliedt heeft ondergang te vrezen - wie tot Hem komt, mag bij Hem veilig wezen. Gij die oprecht van hart en wandel zijt, verheugt u in den H EER te allen tijd! Psalm 32: 1, 2, 4
Gebed
We lezen uit de Herziene Statenvertaling 1 Korintiërs 1: Schriftlezing
17 Want Christus heeft mij niet gezonden om te dopen, maar om het Evangelie te verkondigen, niet met wijsheid van woorden, opdat het kruis van Christus zijn inhoud niet verliest. 18 Want het woord van het kruis is voor hen die verloren gaan wel dwaasheid, maar voor ons die behouden worden, is het een kracht van God. 19 Want er staat geschreven: Ik zal de wijsheid van de wijzen verloren doen gaan en het verstand van de verstandigen zal Ik tenietdoen. 1 Korintiërs 1: 17-31
20 Waar is de wijze? Waar de schriftgeleerde? Waar de redetwister van deze wereld? Heeft God niet de wijsheid van deze wereld dwaas gemaakt? 21 Want omdat, in de wijsheid van God, de wereld door haar wijsheid God niet heeft leren kennen, heeft het God behaagd door de dwaasheid van de prediking zalig te maken hen die geloven. 22 Immers, de Joden vragen om een teken en de Grieken zoeken wijsheid; 23 wij echter prediken Christus, de Gekruisigde, 1 Korintiërs 1: 17-31
voor de Joden een struikelblok en voor de Grieken een dwaasheid. 24 Maar voor hen die geroepen zijn, zowel Joden als Grieken, prediken wij Christus, de kracht van God en de wijsheid van God. 25 Want het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen. 26 Let namelijk op uw roeping, broeders: er zijn onder u niet veel wijzen naar het vlees, niet veel machtigen, niet veel aanzienlijken. 1 Korintiërs 1: 17-31
27 Maar het dwaze van de wereld heeft God uitverkoren om de wijzen te beschamen, en het zwakke van de wereld heeft God uitverkoren om het sterke te beschamen. 28 En het onaanzienlijke van de wereld en het verachte heeft God uitverkoren, en wat niets is, om wat iets is teniet te doen, 29 opdat geen vlees voor Hem zou roemen. 30 Maar uit Hem bent u in Christus Jezus, Die voor ons is geworden wijsheid van God en 1 Korintiërs 1: 17-31
gerechtigheid, heiliging en verlossing, 31 opdat het zal zijn zoals geschreven staat: Wie roemt, laat hij roemen in de Heere. 1 Korintiërs 1: 17-31
3 Ik roep op aarde 't woord des H EREN uit. Hij sprak tot mij: “Zie Ik verwek u heden. Gij zijt mijn zoon naar mijn vrij raadsbesluit. Vraag Mij: Ik zal u met gezag bekleden. Zie, al het volk tot in de verste streken, de ganse aarde geef Ik in uw macht. Gij zult het aarden vat met ijzer breken, ja, het verbrijz’len door uw grote kracht.” Psalm 2: 3, 4
4 O machtigen, o koningen, weest wijs. Laat u gezeggen, rechters zonder rede. Vreest God den H EER en dient Hem naar zijn eis, verheugt u bevend, zoekt bij Hem uw vrede. Kust toch de zoon, opdat gij niet te gronde gaat op uw weg. Te licht wordt hij getart en kan zijn gramschap tegen u ontbranden. Maar zalig zijn die schuilen aan zijn hart. Psalm 2: 3, 4
Verkondiging
1 Christus, met eer gekroonde, Zoon Gods in eeuwigheid, die bij en in God woonde en uitging in de tijd, Gij zijt de morgensterre die opging van zeer verre, uw licht straalt wijd en zijd. Gezang 158: 1-3
2 Gij zijt als mens geboren, eenmaal de tijd vervuld, opdat geen mens verloren zou gaan in zonde en schuld, Gij hebt de dood gedood en Gods hemel weer ontsloten, het leven ons onthuld. Gezang 158: 1-3
3 Geef dat we in uw genade toenemen meer en meer en gaan met U te rade en U beminnen zeer, opdat wij hier reeds proeven wat wij zozeer behoeven: 't zoet van uw heil, o Heer. Gezang 158: 1-3
Gebed
We staan onze gaven af voor: de emeritikas (1) de kerk (2) Collecte
1 Zegen, mijn ziel, de grote naam des H EREN, laat al wat binnen in mij is Hem eren, vergeet niet hoe zijn liefd' u heeft geleid, gedenk zijn goedheid, die u wil vergeven, die u geneest, die uit het graf uw leven verlost en kroont met goedertierenheid. Psalm 103: 1, 3
3 Hij is een God van liefde en genade, barmhartigheid en goedheid zijn de daden van Hem die niet voor altijd met ons twist, die ons niet doet naar alles wat wij deden, ons niet naar onze ongerechtigheden vergeldt, maar onze schuld heeft uitgewist. Psalm 103: 1, 3
Geloofsbelijdenis
Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van de hemel en de aarde. En in Jezus Christus, zijn eniggeboren zoon, onze Heer, die ontvangen is van de Heilige Geest, geboren uit de maagd Maria, die geleden heeft onder Pontius Pilatus, Geloofsbelijdenis
is gekruisigd, gestorven en begraven, neergedaald in de hel, op de derde dag opgestaan uit de doden, opgevaren naar de hemel, en zit aan de rechterhand van God, de almachtige Vader; vandaar zal Hij komen om te oordelen de levenden en de doden.
Ik geloof in de Heilige Geest; ik geloof een heilige, katholieke, christelijke kerk, de gemeenschap van de heiligen; vergeving van de zonden, de opstanding van het lichaam en een eeuwig leven. Amen.
1 Gij zijt waardig te ontvangen de heerlijkheid, de lofgezangen en macht en rijkdom, wijsheid, kracht: die de zegels moogt verbreken, die eens het oordeel uit moogt spreken, want Gij zijt als een lam geslacht. Gij kocht ons met uw bloed, Gij zijt oneindig goed, halleluja! Gij hebt voor God ons vrijgekocht uit elke stam, uit ieder volk. Schriftberijming 31: 1, 2
2 U zij lof en roem en ere, o onze God en onze Here, die op de troon gezeten zijt. Aan het Lam zij lof gegeven: die ons tot vorsten heeft verheven, die ons tot priesters heeft gewijd. In hemel, aard' en zee juicht alle schepsel mee: halleluja! Alles wat leeft, wat adem heeft, looft Hem die overwonnen heeft. Schriftberijming 31: 1, 2
Zegen, door de gemeente te beantwoorden met: Psalm
Wel thuis en een goede week gewenst. Diensten D.V. zondag 14 december 10:00 uur: ds. J. Jonkman (Zeewolde) 17:00 uur: ds. J. Jonkman (Zeewolde)