Geestelijk leiding geven in de praktijk Bezinning kerkenraden Centrum en Oost 8 mei 2008 Ds. Gerrit Vreugdenhil 1
Uitgangspunt: Christus is het hoofd van de gemeente. Hij regeert haar door Woord en Geest. Ambtsdragers zijn van Hem afhankelijk en dienen op Zijn leiding acht te geven. Maar hoe doen ze dat? 2
2. Bouwstenen: 1. 2. Onderscheid geestelijke – natuurlijke mens geest – ziel (psyche) – lichaam God leidt Zijn gemeente door te spreken. 3
Onderscheid Geestelijk - natuurlijk 1. Onderscheid Geestelijk - natuurlijk (1 Korinthe 2:14-15): Maar de natuurlijke mens begrijpt niet de dingen, die van de Geest van God zijn; want zij zijn hem een dwaasheid, omdat zij geestelijk onderscheiden worden. Doch de geestelijke mens onderscheidt wel alle dingen… Geestelijk – Natuurlijk Pneumatikos – psuchikos 4
2. Onderscheid geest - ziel (psyche) - lichaam 5 1 Tes. 5:23: En Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken in allen dele onberispelijk bewaard te zijn. geest ik Ziel / Psyche lichaam 5
Relatie met God Gebed ik Relatie met anderen Contact met wereld 6 geest ik Relatie met anderen Contact met wereld Psyche (ziel) lichaam 6
geest: is de landingsplek van de Heilige Geest (Rom. 8:16) psyche (ziel): het verstand, wil en gevoel lichaam: ons lichaam met z’n 5 zintuigen (reuk, smaak, zicht, tast en gehoor) 7
Heilige Geest legt boodschap van God in onze geest Gods leiding 1. geest ik 2. psyche (ziel) 3. lichaam Dienende funktie Handelen Gehoorzamen 8
Geestelijke strijd gaat over plek die psyche inneemt Autonomie geest ik psyche (vlees) lichaam 9
Onderscheid geest - psyche van belang voor… Geestelijk leven Kerkenraadswerk Ambtelijk pastoraat Onderlinge pastoraat: omzien naar elkaar 10
Omzien naar elkaar Psychische liefde bemint de ander om wie hij of zij is. Geestelijke liefde bemint de ander omwille van Christus. 11
Omzien naar elkaar 12 Christus Geestelijke Liefde Ik Ander Psychische liefde 12
Geestelijk leiding geven in de praktijk Gaandeweg Hem tegemoet. ……….. …… . 13