Diversiteit in gezinnen: reflecties voor het werkveld opvoedingsondersteuning Karla Van Leeuwen Onderzoekseenheid Gezins- en Orthopedagogiek 5° Vlaams congres opvoedingsondersteuning, 13 december 2012
Er is een grote diversiteit aan gezinsvormen… Schattingen tonen dat 20-25% van de kinderen een (echt)scheiding meemaakt 9.5-10% van de kinderen in een nieuwsamengesteld gezin leeft 11% van de kinderen bij een alleenstaande moeder, 2% bij een alleenstaande vader woont Bronnen: Corijn (2005); Lodewijckx (2005); Surkeyn & Willaert (2008)
en een grote diversiteit aan benamingen voor ouders biologische of natuurlijke ouder, wettige of juridische ouder, sociale ouder, stiefouder, plusouder, co-ouder, zorgouder, adoptieouder, afstandsmoeder, meemoeder, draagmoeder, wensouder, donor, pleegouder, … 3
… wat resulteert in uitdagingen voor gezinnen Bijvoorbeeld met betrekking tot Rollen in het gezin Biologisch versus sociaal ouderschap
die niet per definitie ‘problematisch’ hoeven te zijn Erkennen van diversiteit in gezinnen impliceert oog hebben voor uitdagingen voor gezinnen, maar niet vanuit een deficiëntiebenadering Vooral minder recent onderzoek vertrok vanuit deze visie, bijvoorbeeld Onderzoek echtscheiding Onderzoek holebi-ouders
Van het ‘social address’ model (Bronfenbrenner, 1986) naar focus op Gezinsprocessen Kenmerken van persoon en context Gezin als dynamische entiteit Veerkracht in gezinnen
Diversiteit in gezinnen impliceert dat er op diverse manieren wordt opgevoed, maar niet dat we het noorden kwijt zijn over hoe er kan opgevoed worden
Er is diversiteit in gezinnen, maar met betrekking tot opvoedingsvragen of zorgen komen vaak dezelfde thema’s terug, onafhankelijk van het gezinstype dit betekent niet noodzakelijk dat elke opvoedingsondersteuner expert moet zijn in elk ‘gezinstype’
Meer weten over diversiteit in gezinnen? Van Leeuwen, K., & Van Crombrugge, H. (Red.) (2012). Gezinnen in soorten. Leuven/Apeldoorn: Garant. 217 blz. ISBN 978-90-441-2929-8.