CIZ, Expertisecentrum juli 2006 Functiegerichte indicatiestelling AWBZ: het wegingskader en de functies ondersteunende en activerende begeleiding
Functiegerichte indicatiestelling Vaststellen of iemand is aangewezen op een of meer AWBZ aanspraken (functies) en in welke omvang (klasse) Vanwege ziekte, stoornis, handicap of aandoening (‘grondslag’) Op basis van onderzoek naar beperkingen participatieproblemen En volgens uniform afwegingskader (‘trechtermodel’)
Overzicht grondslagen Somatische ziekte Psychogeriatrisch probleem Psychiatrisch probleem Verstandelijke handicap Lichamelijke handicap Zintuiglijke handicap Psychosociaal probleem
Overzicht functies Huishoudelijke verzorging (per 01012007 naar WMO) Persoonlijke verzorging Verpleging Ondersteunende begeleiding (-alg; -dag) Activerende begeleiding (alg- dag) Behandeling Verblijf Vervoer (bij OB-dag en AB-dag)
Relatie grondslag en functie een cliënt/verzekerde is aangewezen op een functie in verband met een of meerdere grondslagen (zie BZA-AWBZ, artikelen 3 t/m 9) niet alle functies zijn gerelateerd aan alle grondslagen (beperkingen: geen VP vanwege een verstandelijke of zintuiglijke handicap; geen AB en behandeling vanwege een psychosociaal probleem) Op 1 januari 2207 verdwijnt de functie HV uit de AWBZ, voor alle grondslagen Op 1 januari 2007 verdwijnen de functies AB, BH en VP op een psychiatrische grondslag naar de Zorgverzekeringswet
Afwegingskader: het trechtermodel Vaststellen grondslag (bij aanvraag) Onderzoek naar beperkingen en participatieproblemen = bruto zorgbehoefte Afwegen - andere (wettelijke) regelingen gaan voor - gebruikelijke zorg gaat voor - mantelzorg aanwezig? - algemene gebruikelijke voorzieningen gaan voor = netto zorgbehoefte besluit
Onderzoek (bruto) zorgbehoefte Ziekte, aandoening, stoornis of handicap Beperkingen bij activiteiten en participatieproblemen Beperkingen op het terrein van sociale redzaamheid, mobiliteit, persoonlijke zorg, huishoudelijk leven Participatieproblemen: sociaal netwerk en maatschappelijk leven, deelname aan onderwijs of werk . Omgevingsfactoren: wonen en woonomgeving, gezinssamenstelling
persoonlijke factoren ICF ziekte / aandoening functies / anatomische eigenschappen (stoornissen) activiteiten (beperkingen) participatie (participatie- problemen) In deze sheet staat het nieuwe schema om de interactie van de verschillende componenten aan te duiden. Behalve de pijlen wordt een andere opvallende toevoeging gevormd door de externe en persoonlijke factoren. Het is een schematische weergave van de gezondheidstoestand. Persoonlijke factoren zijn b.v. leeftijd, ras, geslacht, opleiding, ervaringen, persoonlijkheid, karakter, bekwaamheden, levensstijl, levensgewoonten, opvoeding, sociale achtergrond en beroep. Ze kunnen een invloed hebben op functioneringsproblemen op elk niveau. De ICF bevat geen lijst van persoonlijke factoren. externe factoren persoonlijke factoren
Voorliggende voorzieningen Onderscheid wettelijke en niet wettelijke voorzieningen Wettelijk: geen aanspraak ook als voorziening niet is gerealiseerd (bijvoorbeeld Wsw, WJZ, WEC, WVG) Niet wettelijk: geen aanspraak als voorziening aanwezig (toegankelijk, beschikbaar en bereikbaar) is m.a.w. indien voorhanden en in redelijkheid een oplossing: bijvoorbeeld: boodschappendienst, kinderopvang, alarmering etc.
Gebruikelijke zorg in de AWBZ Cliënt is niet aangewezen op AWBZ zorg in geval van gebruikelijke zorg Mantelzorg (bovengebruikelijke zorg) is vrijwillig en gebaseerd op wat mantelzorger op zich wil en kan nemen Weging gebruikelijke zorg alleen voor functies HV, PV en OB Indien overbelasting dan aanspraak ook indien er sprake is van gebruikelijke zorg
Hoofdpunten OB en AB Doelen Normering Aandachtspunten
Ondersteunende begeleiding GRONDSLAGEN: alle DOELEN: Ondersteuning handhaven zelfredzaamheid, gericht op behoud van verworven vaardigheden: noodzakelijk in verband met blijvende beperkingen op het terrein van de sociale redzaamheid Mogelijk maken van maatschappelijke participatie en voorkomen van sociaal isolement Ondersteuning mantelzorg - let op! afweging gebruikelijke zorg is aan de orde
Ondersteunende begeleiding (2) BEPERKINGEN: In regelvermogen, communicatie, sociale redzaamheid Op meerdere gebieden: ADL, mobiliteit enz. leidend tot: (dreigend) sociaal isolement Overbelasting mantelzorg
Ondersteunende begeleiding (3) Onderscheid in typen: OB alg en OB dag Combinatie Ob-alg en OB-dag is mogelijk, maar tijdens OB-dag in vorm van dagprogramma geen inzet van andere functies mogelijk Combinatie ZIN èn PGB is voor deze functie mogelijk Bij OB dag: vervoer indien medisch noodzakelijk OB dag is ook respijtzorg voor minder dan een etmaal (bijv nachtopvang)
OB normering Normering niet door optelsom van tijd per activiteit (geen normtijden) Normering gerelateerd aan interventiefrequentie en cliëntkenmerken OB ALG Wekelijkse begeleiding: K1-2 Dagelijks : K2-3 Meerdere contacten per dag in combinatie met ernst beperkingen/gedragsmatige problemen: > klasse 4 Als respijtzorg bij complexe problematiek en ernstige beperkingen: max K 3 OB DAG Als vervanging van werk of onderwijs: klasse 9
OB aandachtspunten Vertoeven in een gemeenschappelijke ruimte met toezicht is inherent aan verblijf Begeleiding bij maatschappelijke participatie en voorkomen van isolement: let op beschikbaarheid vrijwilligers en noodzaak PV Aanvullende richtlijnen: onderwijs en zorg, maatschappelijke opvang, palliatieve zorg
Activerende Begeleiding GRONDSLAGEN: Geen AB vanwege een psychosociaal probleem DOEL: Gericht op opheffen of voorkomen van verergering van gevolgen van ziekte, aandoening, stoornis of handicap Aanleren van vaardigheden en omgaan met beperkingen Waarbij op basis van prognose doelgerichte en methodische interventies leiden tot (blijvende) verbetering een professionele aanpak met door de professie als effectief beoordeelde methode.
Activerende begeleiding (2) Kan nooit indirect aan de vrager ten goede komen Is nooit gebruikelijke zorg Zowel individueel als in groepsverband Vervoer bij AB-dag indien medisch noodzakelijk AB is kortdurend: evaluatie na max. 1 jaar AB dag en alg. samen te indiceren, ZIN en PGB
Knelpunten CVZ: “De onduidelijkheid over het huidige onderscheid tussen de functies activerende begeleiding, ondersteunende begeleiding en behandeling komt voort uit: onvoldoende onderscheidende terminologie; onvoldoende aansluiting van terminologie bij het referentiekader van professionals en verzekerden(conceptueel wel gescheiden, in praktijk niet) een als gekunsteld ervaren uiteenrafeling van zorg die alleen zinvol is als integraal aanbod (indicatie per functie en integrale levering in praktijk) Mogelijke samenloop AWBZ en Zvw” Oplossing CVZ: Herdefiniëring aanspraken: splitsen en laten vervallen van functie AB (deel naar behandeling en deel naar OB).
Vragen?