Zondag 4 mei 2014 morgendienst
Welkom in deze dienst. Voorganger: Student Arrie Mak (Almere) Ouderling: Egge Groenewold Organist: Krijn van Veen
Lied 328: 1 en 3 Psalm 95: 1 en 3 Lied 463: 1 Psalm 19: 3 en 5 E.L. 133: 1 – 4 Lied 293: 1 – 4 Opwekking 710 Johannes 20: 19 – 31
Sing-in Sing-in
Geen andere naam dan de naam van Jezus, Opwekking 420 Refrein: Geen andere naam dan de naam van Jezus, Geen andere naam dan de naam van de Heer. Geen andere naam dan de naam van Jezus Is waard te ontvangen, de glorie en ere, De kracht en de lof in eeuwigheid.
Zijn naam is verheven boven heel de aard’. Opwekking 420 Zijn naam is verheven boven heel de aard’. Zijn naam is hoger dan de hemel. Geef glorie en eer Hem en prijs nu zijn naam.
Geen andere naam dan de naam van Jezus, Opwekking 420 Refrein: Geen andere naam dan de naam van Jezus, Geen andere naam dan de naam van de Heer. Geen andere naam dan de naam van Jezus Is waard te ontvangen, de glorie en ere, De kracht en de lof in eeuwigheid.
Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Opwekking 456 Refrein: Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Onze kracht is de naam van de Heer (2x)
Door de naam van Jezus worden wij gered; Hij hoort uit de hemel, Opwekking 456 Door de naam van Jezus worden wij gered; Hij hoort uit de hemel, antwoordt elk gebed.
Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Opwekking 456 Refrein: Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Onze kracht is de naam van de Heer (2x)
Door het bloed van Jezus Wast de Heer ons schoon Opwekking 456 Door het bloed van Jezus Wast de Heer ons schoon Hef nu zijn banier op; juichend voor Gods troon!
Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Opwekking 456 Refrein: Niet de macht van wapenen, Niet het werk van mensenhanden: Onze kracht is de naam van de Heer (2x)
Genade, zo oneindig groot. Dat ik, die ’t niet verdien het leven vond, Opwekking 428 Genade, zo oneindig groot. Dat ik, die ’t niet verdien het leven vond, want ik was dood en blind, maar nu kan ’k zien. Genade die mij heeft geleerd te vrezen voor het kwaad. Maar ook – als ik mij tot Hem keer – dat God mij nooit verlaat.
Want Jezus droeg mijn zondelast en tranen aan het kruis. Opwekking 428 Want Jezus droeg mijn zondelast en tranen aan het kruis. Hij houdt mij door genade vast en brengt mij veilig thuis.
Als ik daar in zijn heerlijkheid mag stralen als de zon, Opwekking 428 Als ik daar in zijn heerlijkheid mag stralen als de zon, dan prijs ik Hem in eeuwigheid, dat ik genade vond. Dan prijs ik Hem in eeuwigheid,
De Leeuw maar ook het Lam, Gezeten op de troon. Bergen buigen neer, Opwekking 638 Wie is als Hij? De Leeuw maar ook het Lam, Gezeten op de troon. Bergen buigen neer, De zee verheft haar stem Voor de allerhoogste Heer.
Alle naties van de aard’, Alle heiligen; aanbid Hem. Opwekking 638 Prijs Adonai, Wanneer de zon opkomt Totdat zij onder gaat. Alle naties van de aard’, Alle heiligen; aanbid Hem.
Welkom en mededelingen
zijn wij hier bijeengekomen. Laat in 't hart dat naar U hoort Gezang 328: 1 en 3 1. Here Jezus, om uw woord zijn wij hier bijeengekomen. Laat in 't hart dat naar U hoort uw genade binnenstromen. Heilig ons, dat wij U geven hart en ziel en heel ons leven.
3. O Gij glans der heerlijkheid, licht uit licht, uit God geboren, Gezang 328: 1 en 3 3. O Gij glans der heerlijkheid, licht uit licht, uit God geboren, maak ons voor uw heil bereid, open hart en mond en oren, dat ons bidden en ons zingen tot de hemel door mag dringen.
Stil gebed Votum en groet Stil gebed Votum en groet
1. Steekt nu voor God de loftrompet, Hem die ons in de vrijheid zet. Psalm 95: 1 en 3 1. Steekt nu voor God de loftrompet, Hem die ons in de vrijheid zet. Komt voor zijn aanschijn met verblijden. Brengt Hem de dank van al wat leeft, Hem, die ons heil gegrondvest heeft. Viert Hem, de koning der getijden.
3. Komt, werpen wij ons voor den Heer Psalm 95: 1 en 3 3. Komt, werpen wij ons voor den Heer die ons gemaakt heeft biddend neer, wij, die het volk zijn van zijn weide. Want onze God, Hij gaat ons voor, Hij trekt met ons de diepte door. Zijn hand zal ons als schapen leiden.
Verootmoedigingsgebed/schuldbelijdenis
1. O Heer die onze Vader zijt, vergeef ons onze schuld. Gezang 463: 1 1. O Heer die onze Vader zijt, vergeef ons onze schuld. Wijs ons de weg der zaligheid, en laat ons hart, door U geleid, met liefde zijn vervuld.
Tien geboden Tien geboden
1. Dien geen andere God. Vertrouw alleen op Mij.
2. Maak geen beeld van Mij. Vereer Mij zoals Ik wil.
3. Vloek niet. Spreek goed over Mij.
Vier samen mijn feestdag. 4. Werk niet altijd. Vier samen mijn feestdag.
5. Wees niet ongehoorzaam. Heb respect voor je ouders.
6. Dood niemand. Zorg goed voor elkaar.
7. Maak je huwelijk niet stuk. Blijf elkaar trouw.
8. Steel niet. Ga goed om met wat je hebt.
9. Lieg niet. Spreek goed over elkaar.
10. Wees niet jaloers. Wees tevreden.
God zegt: Houd van Mij en houd van mensen.
die ons verkwikt en redt, waarbij de ziel herleeft. Psalm 19: 3 en 5 3. Volmaakt is 's Heren wet, die ons verkwikt en redt, waarbij de ziel herleeft. Getrouw en gans gewis is Gods getuigenis, dat dwazen wijsheid geeft. …
zijn hart wordt opgetogen. Recht is het woord van God Psalm 19: 3 en 5 Des Heren woord is goed, wie zijn bevelen doet, zijn hart wordt opgetogen. Recht is het woord van God en louter zijn gebod, een licht voor onze ogen.
5. Zo helpt Gij, God, uw knecht, en houdt zijn paden recht Psalm 19: 3 en 5 5. Zo helpt Gij, God, uw knecht, en houdt zijn paden recht in 't spoor door U gewild. Wie uw geboden acht, wie trouw uw wet betracht beloont Gij ruim en mild. …
verdwaal ik altijd weer op zelfgekozen wegen. O, reinig metterdaad Psalm 19: 3 en 5 Maar zonder U, o Heer, verdwaal ik altijd weer op zelfgekozen wegen. O, reinig metterdaad mij van 't verborgen kwaad, en leid mij met uw zegen!
Gebed Gebed
We lezen Johannes 20: 19 – 31 uit de Nieuwe Bijbelvertaling. De lezing wordt verzorgd door Cors Visser.
Johannes 20: 19 – 31 Verschijningen 19 Op de avond van die eerste dag van de week waren de leerlingen bij elkaar; ze hadden de deuren afgesloten, omdat ze bang waren voor de Joden. Jezus kwam in hun midden staan en zei: ‘Ik wens jullie vrede!’ 20 Na deze woorden toonde hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren blij omdat ze de Heer zagen.
Johannes 20: 19 – 31 21 Nog eens zei Jezus: ‘Ik wens jullie vrede! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie uit.’ 22 Na deze woorden blies hij over hen heen en zei: ‘Ontvang de heilige Geest. 23 Als jullie iemands zonden vergeven, dan zijn ze vergeven; vergeven jullie ze niet, dan zijn ze niet vergeven.’ 24 Een van de twaalf, Tomas (dat betekent ‘tweeling’), was er niet bij toen Jezus kwam.
Johannes 20: 19 – 31 25 Toen de andere leerlingen hem vertelden: ‘Wij hebben de Heer gezien!’ zei hij: ‘Alleen als ik de wonden van de spijkers in zijn handen zie en met mijn vingers kan voelen, en als ik mijn hand in zijn zij kan leggen, zal ik het geloven.’ 26 Een week later waren de leerlingen weer bij elkaar en Tomas was er nu ook bij. Terwijl de deuren gesloten waren, kwam Jezus in hun midden staan.
Johannes 20: 19 – 31 ‘Ik wens jullie vrede!’ zei hij, 27 en daarna richtte hij zich tot Tomas: ‘Leg je vingers hier en kijk naar mijn handen, en leg je hand in mijn zij. Wees niet langer ongelovig, maar geloof.’ 28 Tomas antwoordde: ‘Mijn Heer, mijn God!’ 29 Jezus zei tegen hem: ‘Omdat je me gezien hebt, geloof je. Gelukkig zijn zij die niet zien en toch geloven.’
Johannes 20: 19 – 31 30 Jezus heeft nog veel meer wondertekenen voor zijn leerlingen gedaan, die niet in dit boek staan, 31 maar deze zijn opgeschreven opdat u gelooft dat Jezus de messias is, de Zoon van God, en opdat u door te geloven leeft door zijn naam.
Evangelische Liedbundel 133: 1, 2, 3 en 4 1. Thomas heeft Jezus niet gezien, hij was die avond weg. En ongelovig roept hij uit: "Ik geloof niet wat je zegt.
Evangelische Liedbundel 133: 1, 2, 3 en 4 2. Wanneer mijn ogen zelf niet zien de tekenen van het slaan, geloof ik niet dat Jezus leeft, dat Hij is opgestaan."
Evangelische Liedbundel 133: 1, 2, 3 en 4 3. Maar Jezus komt en laat hem zien zijn handen en zijn zij, en Thomas stamelt: "Lieve Heer, de twijfel is voorbij."
Evangelische Liedbundel 133: 1, 2, 3 en 4 4. "Nu jij Mij ziet, geloof je wel dat Ik ben opgestaan. Maar zalig zij, die zonder zien geloven in mijn Naam".
De kinderen mogen nu naar de bijbelklas. Er zal verteld worden over Haman die de Joden haat en hun uitroeiing plant. (Esther 2:19 – 3:15)
Niet zien en toch geloven!
Preek Preek
Opwekking 738 - Aan uw tafel U nodigt mij aan tafel, om dicht bij U te zijn; te proeven van het leven, dat U deelt door brood en wijn. U leidt mij in de stilte, ik volg U met ontzag: een plaats van rust waar ik U ontmoeten mag.
Opwekking 738 - Aan uw tafel U ziet mijn hart en leven, de onrust die verwart; mijn onbesproken vragen, die er leven in mijn hart. U kent al mijn gedachten, verbergen kan niet meer: in vertrouwen leg ik alles voor U neer.
Opwekking 738 - Aan uw tafel De beker in uw handen, neem ik vol liefde aan, uit handen die verwond zijn, waarin de tekens staan. Geen woorden meer van oordeel, genade onverdiend, die aan tafel wordt geproefd en wordt gezien.
Opwekking 738 - Aan uw tafel U deelt met mij de maaltijd, reikt mij verzoening aan. Uw liefde is nog groter dan de schuld die is voldaan. U toont mij uw genade, die werkzaam is in mij: door de kracht van uw genade ben ik vrij!
1. Wat de toekomst brengen moge, mij geleidt des Heren hand; Gezang 293: 1, 2, 3 en 4 1. Wat de toekomst brengen moge, mij geleidt des Heren hand; moedig sla ik dus de ogen naar het onbekende land. Leer mij volgen zonder vragen; Vader, wat Gij doet is goed! Leer mij slechts het heden dragen met een rustig, kalme moed!
2. Heer, ik wil uw liefde loven, al begrijpt mijn ziel U niet. Gezang 293: 1, 2, 3 en 4 2. Heer, ik wil uw liefde loven, al begrijpt mijn ziel U niet. Zalig hij, die durft geloven, ook wanneer het oog niet ziet. Schijnen mij uw wegen duister, zie, ik vraag U niet: waarom? Eenmaal zie ik al uw luister, als ik in uw hemel kom!
3. Laat mij niet mijn lot beslissen: zo ik mocht, ik durfde niet. Gezang 293: 1, 2, 3 en 4 3. Laat mij niet mijn lot beslissen: zo ik mocht, ik durfde niet. Ach, hoe zou ik mij vergissen, als Gij mij de keuze liet! Wil mij als een kind behandlen, dat alleen de weg niet vindt: neem mijn hand in uwe handen en geleid mij als een kind.
4. Waar de weg mij brengen moge, aan des Vaders trouwe hand, Gezang 293: 1, 2, 3 en 4 4. Waar de weg mij brengen moge, aan des Vaders trouwe hand, loop ik met gesloten ogen naar het onbekende land.
Dankzegging en voorbeden
Als de kinderen terug zijn uit de bijbelklas zal er gecollecteerd worden voor: Diaconie Kerk
Zegen mij op de weg die ik moet gaan. Opwekking 710 Zegen mij op de weg die ik moet gaan. Zegen mij op de plek waar ik zal staan. Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt. O God zegen mij alle dagen lang!
Vader maak mij tot een zegen, ga mij niet voorbij. Opwekking 710 Vader maak mij tot een zegen, ga mij niet voorbij. Regen op mij met uw Geest Heer, Jezus kom tot mij. Als de Bron van leven die ontspringt diep in mij, breng een stroom van zegen, waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij.
Zegen ons waar we in geloof voor leven. Opwekking 710 Zegen ons waar we in geloof voor leven. Zegen ons waar we hoop en liefde geven. Zegen om de ander tot zegen te zijn! O God zegen ons tot in eeuwigheid.
Vader maak ons tot een zegen, hier in de woestijn, Opwekking 710 Vader maak ons tot een zegen, hier in de woestijn, wachtend op Uw milde regen om zelf een bron te zijn. Met een hart vol vrede zijn wij zegenend nabij, van uw liefde delend waarin wij zelf tot bron van zegen zijn.
Zegen, door de gemeente te beantwoorden met:
Er is nu gelegenheid om elkaar te ontmoeten onder het genot van een kopje koffie of thee. Vanmiddag begint de dienst om 17.00 uur. In deze dienst gaat student Arrie Mak uit Almere weer voor.