Hoofdstuk 9 Dienstverlenende onderneming met doorstroming van (eigen) goederen

Dienstverlenende ondernemingen Algemeen kenmerk: er vindt verkoop van eigen goederen plaats, maar met een losse relatie tussen uitgaande goederen en inkomende geldstromen. Er wordt namelijk ook voor zaken betaald naast de goederen. Daarom biedt de goederen- beweging geen basis voor de controle op de volledigheid van de opbrengst- verantwoording.

Dienstverlenende ondernemingen Dienstverlenende ondernemingen met (zekere) doorstroming van goederen zijn: ondernemingen met eigen goederen (bijvoorbeeld een restaurant); ondernemingen met goederen van derden (bijvoorbeeld een reparatiebedrijf); ondernemingen die opereren via ‘vaste’ leidingen (bijvoorbeeld een elektrabedrijf).

Dienstverlenende ondernemingen Met beschikbaarstelling van ruimte: met specifieke reservering; zonder specifieke reservering. Overige dienstverlening.

Doorstroming van eigen goederen Typologische kenmerken: Wel goederenbeweging, maar geen sterke relatie met de omzet. Registratie van de verkoop is een steunpunt voor de controle. Functiescheiding tussen verkoop, beheer goederen, inkoop en productie.

Doorstroming van eigen goederen Verband in de goederenbeweging als controle achteraf, maar bepaalt niet de Soll-positie van de omzet.

Doorstroming van eigen goederen Voorbeelden: restaurants uitgeverijen

Doorstroming van goederen van derden Typologische kenmerken: geen inkoopproces, wel goederenontvangst; uitgifte van ontvangstbewijzen; goederenbeweging geen steunpunt voor de interne controle, maar de ontvangstbewijzen wel.

Doorstroming van goederen van derden Om de volledigheid van de opbrengst- verantwoording vast te stellen moet gecontroleerd worden dat: het aantal ontvangstbewijzen = het aantal uitgevoerde opdrachten = het aantal aangemaakte facturen; de per opdracht verantwoorde kosten = voorcalculatorische kosten.

Doorstroming van goederen van derden Voorbeelden: reparatiebedrijven; stomerijen; opslagbedrijven.

Doorstroming van goederen via leidingen Het gaat zowel om fysieke goederen als digitale goederen of diensten. Onderscheid tussen: facturering van vaste bedragen (abonnementen); facturering van werkelijk verbruik.

Doorstroming van goederen via leidingen Ingeval van abonnementen moet maandelijks worden gecontroleerd of het totaal gefactureerd bedrag (uit abonnementenadministratie) = totaal te factureren bedrag volgens standen- register.

Doorstroming van goederen via leidingen Indien het werkelijk verbruik wordt gefactureerd, moet dit gemeten worden. Bij fysieke goederen gebeurt dat bij de afnemer (denk aan de gasmeter). Bij digitale ‘goederen’ gebeurt dat bij de leverancier (denk aan gesprekskosten voor de telefoon).