Samen werken aan Passend Onderwijs? op bestuurs- en schoolniveau KEI-conferentie d.d. 2 oktober 2013 Wijnand Gijzen
De drie-eenheid van deze tijd Handelingsgericht werken (1-zorgroute) Opbrengstgericht werken Passend onderwijs Hoe organiseren we dit op zo’n manier dat het voor een leraar te begrijpen en te behappen is?
Opbrengstgericht – handelingsgericht - passend Hogere opbrengst Passend onderwijs – 2 onderwijsbehoeften School Gemiddelde opbrengst Passend onderwijs - 1 onderwijsbehoeften Kenmerken Opbrengst
Kenmerken van een schoolpopulatie Opleidingsniveau van de ouders Mate van intellectuele stimulansen vanuit de gezinnen Verwachtingen van ouders over presteren kinderen op school (John Hattie – Visible Learning) Opvoedingskenmerken (gedrag, zelfsturende vaardigheden)
Schoolpopulatie Het onderwijscontinuüm van een school is de verbinding tussen de populatiekenmerken en de gewenste leer- en sociale opbrengsten. De kern van dit continuüm is de middenmoot, de grootste gemene deler van leerlingkenmerken en onderwijsbehoeften.
Onderwijscontinuüm
Passend op de populatie (grondslagen OC) Instroom Onderwijsdoelen-methodiek Basisarrangement Opbrengst Lage SES Standaard (VMBO-T/1S) Intensieve basis Gemiddeld Gemiddelde SES Geen Hoge SES Standaard (VMBO-T/1S+) Verzwaard/versneld basisaanbod Hoog SBO VMBO-KB/BB (1F) Basisaanbod passend bij 1F Laag ZMLK VSO/ZML Aangepast aanbod (delen uit 1F) Zeer laag
Onderwijsbehoeften Aanbod Cluster van specifieke onderwijsbehoeften Verrijkt 25% complexe toepassingsopgaven cognitieve autonomie korte instructie matige hoeveelheid inoefening meervoudig strategiegebruik Basis 50% Geen specifieke onderwijsbehoeften Intensief 15% meer instructie (enige tijd met concreet materiaal) inoefening van specifieke deelvaardigheden hulp bij strategiegebruik ondersteuning van de competentiegevoelens Zeer intensief 10% veelvuldige instructie (lange tijd met concreet materiaal) regelmatige reflectie op leerproces tijdens verwerking langdurige inoefening van specifieke deelvaardigheden enkelvoudig strategiegebruik
PO-scholen Havo/VWO VMBO-T VMBO-T VMBO-B/K 10% 15% 50% 25% 10% 15% 50% 25% VMBO-T 10% 15% 50% 25% VMBO-T 10% 15% 50% 25% VMBO-B/K 10% 15% 50% 25%
Visie op passend onderwijs ‘Elke leerling is uniek, maar dat betekent niet dat een eigen leerprogramma noodzakelijk, wenselijk of mogelijk is’ (Struiksma) Omgaan met verschillen… … is omgaan met overeenkomsten!
Behapbaar Redeneer van algemeen naar specifiek School passend onderwijsprogramma voor de populatie Groep passend onderwijsprogramma voor de groep Individu finetuning indien (nog) nodig
De middenmoot als didactisch vertrekpunt
Passend op de groep
Passend op de groep
Passend op de groep
Sturen op de eindopbrengsten Na het bepalen van de gewenste eindopbrengsten in de populatie leerlingen die de school bezoekt, kiezen we: … een maat waarin we de tussenopbrengsten meten … de wijze van weergeven van opbrengsten
Opbrengstmaten Tussenopbrengsten: Vaardigheidsscores (Cito) Niveauwaarden ParnasSys DLE’s OC-index (DataCare)
Opbrengstweergaven 134 4,2 A 133 4,1 125 4,0 25% 124 3,9 B 122 3,7 118 3,5 104 2,8 C 75% 98 2,5 95 2,1 90% 87 1,9 D Gemiddelde: 113,5 (3,25) A: 25% B: 33% C: 33% D: 8% E: 0% Niveau Niveauwaarde Landelijke standaard A 25% 4-5 Gevorderd (25%) B 25% 3-4 C 25% 2-3 Voldoende (75%) D 15% 1-2 Minimum (90%) E 10% 0-1
Welke maat/weergave moet ik kiezen? Het uitgangspunt is de leraar, want die moet passend onderwijs maken. Hij moet sturen op de opbrengsten in zijn groep. Interne sturingsmiddel versus externe verantwoording. Inspectie zit op gemiddelde vaardigheidsscores, maar ga intern gerust je eigen gang…
Een goede maat/weergave… geeft een leraar inzicht in zijn groep (de middenmoot als didactisch vertrekpunt) is concreet en makkelijk interpreteerbaar mag best iets minder betrouwbaar zijn
Ambitie schoolstandaarden Elke school formuleert de normen waaraan: 25% van de leerlingen moet voldoen – gevorderde standaard 75% van de leerlingen moet voldoen – voldoende standaard 90% van de leerlingen moet voldoen – minimumstandaard Want… dan zitten we in de richting van de gewenste eindopbrengsten (aan het einde van de basisschool).
Casus: PO-school CITO NW A (25%) 4-5 B (25%) 3-4 C (25%) 2-3 D (15%) 1-2 E (10%) 0-1 Ambitie: 75% van leerlingen stroomt uit naar HAVO/VWO 95% van leerlingen stroomt uit naar VMBO-T en hoger (1S) Schoolstandaarden: Ambitie schoolstandaarden, in niveauwaarden Technisch lezen 3-8 Begrijpend lezen 3-8 Spelling 3-8 Rekenen 1-8 Woordensch. 3-8 Taal 1-2 Land. normen Gevorderd 25% 4.0 4.3 4.5 4,0 Voldoende 75% 2.0 3.0 3.5 2,0 Intensief 90% 1.0 2.5 1,0
Casus: PO-school (gemiddelde uitstroom) CITO NW A (25%) 4-5 B (25%) 3-4 C (25%) 2-3 D (15%) 1-2 E (10%) 0-1 Huidige uitstroom van beide locaties: 30% van leerlingen stroomt uit naar HAVO/VWO 65% van leerlingen stroomt uit naar VMBO-T en hoger (1S) 95% van leerlingen stroomt uit naar VMBO-BB en hoger (1F) Schoolstandaarden begrijpend lezen: Schoolstandaarden (huidig) Locatie 1 Locatie 2 P25 4,2 (ambitie: 4,5) 3,2 (ambitie: 4,0) P75 2,6 (ambitie: 2,6) 1,6 (ambitie: 2,0) P90 1,6 (ambitie: 1,6) 0,9 (ambitie: 1,0)
Toewijzen van leerlingen aan arrangementen
Opbrengstgericht passend onderwijs Ambitie bestuursstandaarden bestuursbeleid (onderwijsplan) Ambitie schoolstandaarden schoolbeleid (onderwijsplan) Groepsstandaarden groepsbeleid (groepsplan) Inzoomen op de individuele leerling (groepsplan/ihp)