Een volledig voorbeeld Jaap Pardoes heeft een onderneming (genaamd Textra) die per 1 maart 2010 de volgende bezittingen en schulden kent: - Gebouwen € 360.000 - Lening € 185.000 - Kas € 2.500 - Nog te vorderen van afnemers € 38.000 - Inventaris € 47.500 - 8% Hypothecaire lening € 280.000 - Machines € 136.000 - Bank (tegoed) € 18.500 - Nog te betalen aan leveranciers € 72.800 - Voorraad goederen € 35.000 - Nog te betalen bedragen € 16.000 - Bedrijfsauto € 24.300 Jaap heeft uiteraard ook zelf geld in zijn onderneming gestoken. 1: Stel de balans op per 1 maart. (Denk om de volgorde, naam, datum!)
In maart 2010 voltrekken zich de volgende financiële feiten: 2/3: Ontvangen per bank van debiteuren € 5.700. 4/3: Gekocht op rekening goederen voor € 48.000; factuur en goederen ontvangen. 6/3: Door de eigenaar € 300 uit de kas gehaald. 7/3: Verkocht op rekening goederen voor € 84.600; inkoopwaarde van de goederen was € 54.800. Factuur verzonden. 9/3: Contant verkocht goederen voor € 1.500 (excl. korting); wegens contante betaling een korting verstrekt van 5%. De goederen zijn afgeleverd; de inkoopwaarde bedroeg € 1.180 12/3: Een deel van de gebouwen, met een boekwaarde van € 85.000 verkocht voor € 96.000. Het geld is per bank ontvangen. 14/3: De goederen van 7/3 zijn afgeleverd. 14/3: Aflossing betaald per bank: € 4.000 op de 8% hypothecaire lening en € 3.000 op de lening. Tevens de interest betaald per bank: € 6.400. 16/3: Een reparatie aan de bedrijfsauto € 360; contant betaald. 18/3: Aan crediteuren betaald € 18.000 per bank. 19/3: Goederen op rekening gekocht voor € 49.000 excl 6% korting. Factuur en goederen ontvangen. 22/3: Loon betaald per bank: € 6.300. Tevens de huur betaald per bank van een hoogwerker: € 1.800.
24/3: Retourgezonden: nog niet betaalde goederen met een waarde van € 1.300. Creditnota ontvangen. 24/3: De eigenaar neemt voor eigen gebruik goederen uit de zaak voor € 400. 26/3: Verkocht op rekening goederen voor € 56.000 excl korting. Een korting verstrekt van 4%. De goederen hadden een inkoopwaarde van € 44.800. Factuur en goederen verzonden. 28/3: Opgenomen van de bank en in de kas gestort € 3.000. 29/3: Ontvangen van debiteuren per bank € 3.900. 29/3: Retourontvangen 10% van de op 26/3 verkochte goederen. De goederen waren nog niet betaald. Creditnota verzonden. 2: Stel de journaalposten samen mbv de financiële feiten over maart 2010. (Controleer voor dat je verder gaat met vraag 3 of je journaalposten kloppen!) 3: Open waar mogelijk alle gebruikte grootboekrekeningen, werk ze bij en sluit ze af. 4: Stel een V&W rekening samen en bepaal de nettowinst (verlies) over maart 2010. 5: Bereken het nieuwe eigen vermogen eind maart 2010. 6: Stel de nieuwe balans op eind maart 2010. 7: Bereken de brutowinst als percentage van de omzet. (2 decimalen nauwkeurig) 8: Bereken de nettowinst als percentage van de omzet. (2 decimalen nauwkeurig) 9: Stel de kolommenbalans samen eind maart 2010. 10: Bereken de procentuele verandering van het eigen vermogen.