De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

H3 Financiering van een bedrijf

Verwante presentaties


Presentatie over: "H3 Financiering van een bedrijf"— Transcript van de presentatie:

1 H3 Financiering van een bedrijf
Les 1

2 Wat zegt iets over de financiering van een bedrijf?
Jaarverslag Balans Winst & Verliesrekening

3 De balans Een balans geeft de bezittingen, schulden(vreemd) en het eigen vermogen van een bedrijf weer. Als je een balans gaat maken, moet je volgende dingen altijd doen: → Aan de linkerkant van de balans, schrijf je bovenaan de balans activa/debet . → Aan de rechterkant van de balans, schrijf je bovenaan de balans passiva/credit. → In het midden van de balans, schrijf je bovenaan de balans de datum.

4 Aan de slag! Maak oefenopgave 1 uit het stencil Zodra je de opgave hebt gemaakt, kun je hem op de volgende dia controleren.

5 Oefenopgave 1  Activa/debet Passiva/credit

6 De balans invullen (deel 1)
Elke balans wordt volgens een vaste volgorde ingevuld. Voor jullie geldt straks ook dat je deze volgorde moet hanteren! De juiste volgorde staat op de volgende dia. Het is handig als je in je boek van Pincode alvast bladzijde 58 en 59 voor je neemt, dan kun je namelijk kijken wat alles precies betekent. Ook in boekje van M&O op pagina 34 en 35 worden de begrippen uitgelegd.

7 Dit staat ALTIJD op een balans Moet je uit je hoofd leren!
De balans Dit staat ALTIJD op een balans Moet je uit je hoofd leren! Debet/activa Credit/passiva Vaste activa Eigen vermogen Lang vreemd vermogen Vlottende activa Kort vreemd vermogen Liquide middelen Totaal

8 Aan de slag! Maak oefenopgave 2&3 uit het stencil Zodra je de opgaven hebt gemaakt, kun je ze op de volgende dia controleren.

9 Oefenopgave 2 Activa 2-11-2016 Vaste activa Eigen vermogen
Passiva Vaste activa Eigen vermogen Vlottende activa Lang vreemd vermogen Liquide middelen Kort vreemd vermogen

10 Oefenopgave 3 Vaste activa= Alle activa die langer dan 1 jaar gebruikt kunnen worden. Bijvoorbeeld een gebouw waar je in zit, een bedrijfswagen, machines, inventaris. (Inventaris wordt nog uitgelegd) Vlottende activa= Alle activa die minder lang dan 1 jaar gebruikt kunnen worden en binnen een jaar in geld worden omgezet. Bijvoorbeeld een voorraad goederen en debiteuren. (Debiteuren wordt nog uitgelegd) Liquide middelen= Geldmiddelen die een bedrijf heeft. Bijvoorbeeld de kas op de (post)bankrekening. Eigen vermogen= Het geld(vermogen) dat door de eigenaar van het bedrijf zelf is ingebracht. Vreemd vermogen = Het geld(vermogen) dat door de eigenaar van het bedrijf is geleend. Lang vreemd vermogen= Schulden die niet binnen één jaar terug betaald hoeven te zijn. Kort vreemd vermogen= Schulden die wel binnen één jaar terug betaald moeten zijn.

11 De balans invullen (deel 2)
Bij opgave 2 en 3 hebben jullie gezien dat een balans altijd bestaat uit verschillende onderdelen. Onder deze onderdelen vallen weer verschillende stukjes van een bedrijf. Op de volgende dia zie je een voorbeeld van hoe een volledig ingevulde balans er uit kan zien. Één dia verder worden er wat belangrijke begrippen toegelicht.

12 De balans: Ingevuld Debet 31-12-2012 Credit Vaste activa
Eigen vermogen Gebouwen Bestelauto’s Lang vreemd vermogen Inventaris Hypothecaire lening Vlottende activa Lening familielid Voorraden Kort vreemd vermogen Debiteuren Crediteuren Liquide middelen Bankkrediet Postbank Kas € 1.000 Totaal BELANGRIJK: Als de balans volledig is ingevuld zijn de debet & credit zijn precies gelijk. Het totaal bedrag moet links en rechts hetzelfde zijn.

13 Belangrijke informatie
Het eigen vermogen is bijna nooit gegeven en moet je vaak zelf uitrekenen. Dit kan door: Eigen vermogen = Bezittingen (activa) – schuld Inventaris = Alles wat je nodig hebt om te verkopen, maar wat zelf niet verkocht wordt. Bijvoorbeeld een kassa, kledinghangers, plankjes etc. Moet je uit je hoofd leren!

14 Belangrijke informatie
Debiteuren Klanten die wel hebben gekocht, maar nog niet hebben betaald. Dat geld zijn ze jou dan nog verschuldigd, het geld is eigenlijk jouw bezit. Daarom staat dit aan de debet/bezettingen zijde. Crediteuren Leveranciers die jou goederen hebben geleverd, maar aan wie je nog betalen. Zij hebben nog geld van jou tegoed (je hebt dus een schuld!). Daarom staat dit aan de credit/schuld zijde.

15 Soorten leningen Hypothecaire lening/ Hypotheek
De bank mag jouw huis als onderpand gebruiken. Dit houdt in dat wanneer jij je lening niet kunt terug betalen, de bank je huis mag hebben. (Zo betaal je dan eigenlijk je lening af) Andere leningen/kredieten De bank heeft hierbij GEEN onderpand.

16 Vaste activa Gaan langer dan 1 jaar mee.
Worden elk jaar minder waard -> dat noemen we afschrijvingen. Op de balans zien we dit terug doordat de activa elk jaar minder waard worden. Wat gebeurt er dan met het geld dat wordt afgeschreven? Dit wordt in een soort spaarpotje gestopt! Na een aantal jaren wordt het spaarpotje leeg gemaakt om er nieuwe vaste activa van te kopen.

17 Aan de slag! Maak oefenopgave 4 & 5 uit het stencil Als je daarmee klaar bent, kun je aan de slag gaan met opgave 3 & 4 uit je boek pincode (bladzijde 59 & 60) Alles wat niet af is, is huiswerk voor de volgende les.


Download ppt "H3 Financiering van een bedrijf"

Verwante presentaties


Ads door Google