Mat 4:17 ‘Kom tot inkeer,’ zei hij, ‘want het koninkrijk van de hemel is nabij!’ Mat 4:17
Matteüs 16:13-28 Johannes de Doper, Elia (v 14) Petrus neemt het woord (v 16) Lijden aangekondigd (v 21) Geloofsbelijdenis van Petrus: « Je bent de Christus, de zoon van de levende God», v 16 Verzoeking: geen lijden Matteüs 17:1-13 Joh. de Doper, Elia (v 3, 10-13) Petrus neemt het woord (v 4) Lijden aangekondigd (v 12) Getuigenis van God: « Dit is mijn geliefde zoon, in hem vind ik vreugde, luister naar hem! », v 5 Verzoeking: op de berg blijven
13 Toen Jezus in het gebied van Caesarea Filippi kwam, vroeg hij zijn leerlingen: ‘ Wie zeggen de mensen dat de Mensenzoon is?’ 14 Ze antwoordden: ‘Sommigen zeggen Johannes de Doper, anderen Elia, weer anderen Jeremia of een van de andere profeten.’ 15 Toen vroeg hij hun: ‘En wie ben ik volgens jullie?’ 16 ‘U bent de messias, de Zoon van de levende God,’ antwoordde Simon Petrus. Mat 16 :13-19
1. « Wie is Jezus voor jullie ? » Welke antwoorden verwacht je indien je dit zou vragen aan vrienden en kennissen ? Hebben de mensen vandaag nog interesse in deze vraag ? Zo ja, hoe kun je helpen om het goede antwoord te vinden ? Indien niet, waarom ? En hoe te reageren ?
13 Toen Jezus in het gebied van Caesarea Filippi kwam, vroeg hij zijn leerlingen: ‘ Wie zeggen de mensen dat de Mensenzoon is?’ 14 Ze antwoordden: ‘Sommigen zeggen Johannes de Doper, anderen Elia, weer anderen Jeremia of een van de andere profeten.’ 15 Toen vroeg hij hun: ‘En wie ben ik volgens jullie?’ 16 ‘U bent de messias, de Zoon van de levende God,’ antwoordde Simon Petrus. Mat 16 :13-19
13 Toen Jezus in het gebied van Caesarea Filippi kwam, vroeg hij zijn leerlingen: ‘ Wie zeggen de mensen dat de Mensenzoon is?’ 14 Ze antwoordden: ‘Sommigen zeggen Johannes de Doper, anderen Elia, weer anderen Jeremia of een van de andere profeten.’ 15 Toen vroeg hij hun: ‘ En wie ben ik volgens jullie ?’ 16 ‘U bent de messias, de Zoon van de levende God,’ antwoordde Simon Petrus. Mat 16 :13-19
1.Wat zou jij antwoorden op de vraag wie Jezus is? Wat vooral spreekt je aan in hem? Welke invloed heeft hij op je dagelijkse leven? 2.Kun je begrijpen dat de messiasverwachting in Jezus’ tijd zich vooral toespitste op politieke en militaire bevrijding? Bestaat die tendens nog vandaag om de religieuze verwachtingen aan te passen aan de onmiddellijke noden? Is dit zonder gevaar?
KEFAS KEFAS
1.Hoe kun je concreet Christus tot hoeksteen maken van je leven / je kerk? Is er een verband met de waarden van Gods Koninkrijk, zoals Jezus ze verkondigde in woord en daad? 2.Wanneer Jezus het heeft over de oprichting van zijn kerk, waar heeft hij het dan over? Een gebouw – een (lokale) gemeenschap van gelovigen – een groep zoekenden – een kerkgenootschap – het geheel van alle gelovigen (de ‘onzichtbare kerk’)… 3.Hoe kun je een levende steen zijn en daadwerkelijk bijdragen tot de (op)bouw van de kerk (zie 1 Petrus 2:4,5)? Wat zijn volgens jou de kenmerken van een ‘levende steen’?
1.Hoe verklaar je dat Petrus ‘Satans spel speelt’ (hij handelde toch uit religieuze overtuiging?)? Kan ons dat overkomen? 2.Hoe reageren als dit zou gebeuren met iemand van de kerk? Met een hard ‘Ga weg!’? 3.Hoe begrijp jij Jezus’ uitnodiging om het kruis op te nemen en hem te volgen? Is dit een verheerlijking van vervolging?
1.Kun je de aantrekkingskracht van het spectaculaire begrijpen - in het dagelijkse leven? in het kader van godsdienst en kerk? Zijn hieraan gevaren verbonden? 2.Je kunt je makkelijk voorstellen dat ook voor Jezus de verleiding reëel was om zich te ‘installeren’ op de berg. Misschien is het ook voor ons / voor de kerk een verleiding? Heeft uw kerk de neiging om in een ivoren toren te leven? 3.Voor Jezus betekende ‘afdalen naar het dal’: zich weer onder de mensen begeven, oog hebben voor hun noden en eraan tegemoet komen. Hoe kan je kerk ‘afdalen naar het dal’?