Landbouwproductie en Ecosysteemdiensten Herbekeken evalueren van ruimtelijke alternatieven Frederik LEROUGE*, Hubert GULINCK, Liesbet VRANKEN KU Leuven.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Werkgroep: Biodiversiteit en ecosysteemdiensten voorzitter: Maarten Hens secretaris: Elke Van den Broeke.
Advertisements

Wieger Wamelink Agata Klimkowska Marjolein van Adrichem John Janssen Bruikbaarheid van WNK monitoring gegevens voor EC rapportage voor Natura 2000-gebieden.
Kostprijzen PLATO – 5 mei 2009.
Analyse van veranderend landgebruik
Ontwikkeling Rijkswaterstaat Waterdienst en het Werkpakket
Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) na 2013 Liesbet Van Laer - Natuurpunt.
Expertmeeting 3 Kansen en initiatieven tussen regionale en locale economie.
Strategisch management Samenvattend. Wie of wat is Strategisch management? Verantwoordelijken binnen een bedrijf voor het vastleggen van – Missie – Visie.
Geert Bourgeois Viceminister-president Vlaams minister van Bestuurszaken, Binnenlands Bestuur, Inburgering, Toerisme en Vlaamse Rand.
Gegevensbeheer Karin Diederiks KOAC•NPC.
Innovaties in bestuurlijke arrangementen voor de waardering van water 29 september 2006 Prof. Dr. J.J. Bouma Wetenschappelijk Directeur LmW |
bomen in de akkers voor meer rendement
Modellering ruimtelijke gevolgen van infrastructuur op GrondGebruik met de LandUseScanner.
BMF Tilburg 15 april Brabant in een dynamische context Veranderend landelijk gebied Afnemende bevolkingsgroei Afname biodiversiteit Klimaatverandering.
Natuurbescherming en vakbondswerk(?) Bert De Wel, ACV studiedienst.
© Minister van Natuurlijke Hulpbronnen Canada 2001 – Cursus Analyse Schone Energieprojecten Analyse Broeikasgasemissie met RETScreen ® Software Fotocredit:
AARDRIJKSKUNDE in het VLAAMSE S.O.
Thema-bijeenkomst 6 september 2012
Landbouw een maatschappelijk gebeuren met onderzoek in steun BVLE 28 februari 2007.
1 Beleidsaanbevelingen SP2SP symposium 8 maart 2010.
Niet-monetaire, kwalitatieve waardering van ESD Ilse Simoens, Francis Turkelboom, Hans Keune.
Recreatieve betekenis van de EHS
"Hoe klantenbinding de waarde van uw onderneming kan maximaliseren”
AARDRIJKSKUNDE.
Powerpoint template Gemeente Maasdriel.
VERANDERINGEN IN DE LANDBOUW  Nieuw contract met samenleving voedselvoorziening  voedselkwaliteit, voedselveiligheid, milieu, natuur, landschap, dierenwelzijn,
VERBREDING VAN PRAKTIJK & DEFINITIE YOTA ! PARTICIPATIE BIJ DE VORMGEVING VAN EEN STAD.
MIRA-infodag studies luchtkwaliteit 5 april 2011
Het Waasland als stedelijk netwerk Grondslag voor een RegioRailNet Regionaal Forum 1 december 2006.
Vooraf: van - naar.
MINA 5 – Lokale leefkwaliteit Regio-vergadering West-Vlaanderen (oktober 2014)
BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED 2e Arenabijeenkomst, 20 augustus 2014 Bas Verbruggen & Wim Bomhof Programma: Vaststellen verslag eerste bijeenkomst 16 juli.
Ronde Tafel “Landbouw en Ontwikkeling: coherentie in het beleid” 14 februari 2008 EU Coherence Programme.
HET GROTE AGROBEDAT Nederland, het productieland voorbij?
EU-scoping study Biodiversiteitscampagne Belangrijkste conclusies.
* KNOOPERF Achterveldse Eng Anne Jansen PCL, 16 juni 1.
Andries Visser Multifunctionele landbouw: een sector met toekomst.
Regio West-Brabant Paul Vermeulen Programmamanager Ruimtelijke Ontwikkeling, Wonen en Leefbaarheid “Ontkoppelen behoud en bereikbaarheid voorzieningen”
ILVO Agroecology in action Reflectie Erwin Wauters.
3 havo 3 Draagkracht : tussen hoop en vrees § 7-9
Veehouden in de toekomst: Dierwelzijn Jantien Lijftogt Ak27.
Vlaams Parlement, Brussel 10 december 2015 Onderzoeksresultaten en beleidsrelevantie.
Geluidshinder rond de luchthaven van Brussel: een econometrische evaluatie Thierry Bréchet (1) Alexis Gérard (2) Giordano Mion (3) (1)CORE, Chaire Lhoist.
Hoogwater Beschermings Programma Contract Spagaat voor risico’s Kabels en Leidingen Hennes de Ridder.
Vlaams Parlement, Brussel 10 december 2015 Onderzoeksresultaten en beleidsrelevantie.
Ontwerpen van 3D lesmateriaal voor biologie Ecent conferentie 20 mei 2015 Dirk Jan Boerwinkel Freudenthal Instituut voor Didactiek van Wiskunde en Natuurwetenschappen.
MODERN BOEREN OP OUDE HOEVES even voorstellen 3 partners proces; nieuwe samenwerking expeditie ruimte.
Ontwikkelingen in de veehouderij innovaties en afwegingen Monica Commandeur 4 juni 2010.
ANB Project Ecosysteemdiensten in Vlaanderen Een verkennende inventarisatie van ecosysteemdiensten en potentiële ecosysteemwinsten Workshop Ecosysteemdiensten.
Bedrijfsstijlen in de Multifunctionele Landbouw. Multifunctionele landbouw Afbouwstrategie? Toekomst van de Nederlandse landbouw? Leuk voor erbij? Uitlaatklep.
Welkom Wouter Rozendaal projectleider GLB pilot NFW Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling: Europa investeert in zijn platteland Ministerie.
Veerkracht Werkpakket 2. Veerkracht gemeenschappelijk rapport 1.Veerkracht 2.Veerkracht en klimaat 3.Veerkracht vanuit sociaalwetenschappelijke invalshoek.
Carbon Footprint Link tussen Milieubewustzijn en Bedrijfsresultaat 24 april 2012, Theun Vellinga.
1 O.T.M. BELGIAN SHIPPERS’ COUNCIL Belangenorganisatie voor Logistieke Professionals uit Handel en Industrie OTM themacafé Ecocombi's; , Deinze.
Programma Natuur en Water Radenconferentie Midden-Holland 11 februari 2013 Jan Vente.
WP3 Toekomstverkenningen van de Vlaamse ruimte Scenario Analyse & Ontwerpend Onderzoek KULeuven – UGent Presentatie: Prof. Michiel Dehaene (Labo S - UGent)
Kompas voor oriëntatie op vervolgprojecten Minor People, Planet, Profit, Rijksuniversiteit Groningen Policy Lab ‘Duurzame Ontwikkeling Ommelanden’
Verwelkoming en situering Workshop 1 Steunpunt Ruimte Brussel, 23 mei 2012 Georges Allaert, coördinator Steunpunt Ruimte (UGent)
Koppeling van sociale, economische en ecologische systemen op het platteland: landschapsbeheer en –inrichting ter vergroting van de rurale veerkracht Marleen.
LUMOS Tom Kuhlman Nga Phan-Drost René Verburg Janneke van Dijk.
Naar een CO2-arm Groningen in 2035
Studiedag Bestuurskracht Platteland VVSG 8 juni 2017 te Leuven
Ecosysteemdiensten als middel om het nemen van passende maatregelen in het watersysteem te faciliteren Peter van Bodegom.
Wegen van waarden en randvoorwaarden
Inpassing BIO in toekomstig GLB; workshop Driebergen, 5/
Beweging van niche naar het nieuwe gangbaar
Kwaliteit voor Natuur? Robert Kwak Voorheen Afdelingshoofd Bescherming
Een ander voedselsysteem? Waarom?
Vermaatschappelijking van zorg
Michiel Kamermans Rob van den Berg Bestuursleden HPF
Transcript van de presentatie:

Landbouwproductie en Ecosysteemdiensten Herbekeken evalueren van ruimtelijke alternatieven Frederik LEROUGE*, Hubert GULINCK, Liesbet VRANKEN KU Leuven Steunpunt Ruimte - Workshop 5 5 mei 2014 Brussel

Ruimtelijke context Vlaanderen Vlaanderen als ‘nevelstad’ Relatief kleinschalig, gefragmenteerd en verstedelijkt landschap (547 inw/km 2 ) Volgens het OECD criterium (<150 inw/km 2 ) zou slechts 10% van het VL grondgebied als ‘platteland’ beschouwd worden (wat niet overeenkomt met de gangbare perceptie 1 ) Polarisatie tussen verstedelijkte en ‘open’ ruimte Polarisatie binnen open ruimte, vb. natuur - landbouw Data sources: ANB, NGI 1 Lenders et al. 2006

Transitie van ruimtelijke planning in VL De manier waarop ruimtelijke planning met ruimte wil omgaan wijzigt Toenemende vraag naar ruimtelijke integratie van meerdere diensten  hogere niveaus van agro- en ecosysteemdiensten (vb. onder toenemende vraag naar ruimte voor recreatie) Ook zoeken ‘nieuwe’ functies (hernieuwbare energie, blauw-groene netwerken, locale voedselsystemen, …) hun ruimtelijke en sectorale niches  niet altijd vlot te vinden binnen het heersend ruimtelijk kader. Gevolg: multifunctionele bioproductive ruimte  hoge intrinsieke waarde Intussen: globale (r)evoluties  drijvers voor voedsel- en bio-energieproductie in Vlaanderen, terwijl beschikbare en toegankelijke bioproductieve ruimte verder afneemt

- Concept - Bioproductive space - Introduceren van bioproductieve ruimte als een fundamentele grondstof - Essentie: primaire productieprocessen (i.e. fotosynthese) voorzien in agro- en ecosysteemdiensten Bioproductieve ruimte T (°C) vs. vegetation (>3m) → regulating service

Provisionele dienst zkt. Ruimtelijke niche Historisch: nadruk op waar provisionele diensten het best zouden ontwikkeld worden, met het oog op maximale productiviteit Minder aandacht voor trade-offs en synergieën tussen agro- en ecosysteemdiensten die door bioproductive ruimte worden geleverd Daarnaast ook een lock-in in landbouwonderzoek, waarbij genetische innovaties meer aandacht krijgen dan afro-ecologische innovaties 1 Desondanks ontstaan uiteenlopende provisionele systemen in ‘marginale’ ruimtes: Wegbermen: biomassa (maar ook biodiversiteit) 2 Brownfields: biomassa mbv fytoremediëring 3 Steden, stadsrand: stadslandbouw en lokale voedselsystemen Private ruimte: tuinproductie 4 Natuurgebieden: provisionele diensten in het kader van natuurbeheer …  Productielandschappen 1 Vanloqueren & Baret 2008, e.g. Van Meerbeek et al e.g. Schreurs et al e.g. Dewaelheyns et al

Onderzoeksvragen 1.Hoe maatschappelijke baten van agro- en ecosysteemdiensten welke door bioproductieve ruimte geleverd worden, optimaliseren? (rol van biofysische factoren, context en socio- economische drivers) 2.Welke ‘marginale’ ruimten spelen een mogelijke sleutelrol bij het leveren van deze diensten, en wat voor productiemodellen ontstaan in deze ruimten? (vb. land sharing en land sparing 1 ) 3.Hoe kunnen schaal en ruimtelijke configuratie een meerwaarde bieden? (vb. land use complementation en supplementation 2 )? 1 Phalan et al 2011; Tscharntke et al Colding 2007

Onderzoeksvragen 1 Phalan et al 2011; Tscharntke et al Colding Hoe maatschappelijke baten van agro- en ecosysteemdiensten welke door bioproductieve ruimte geleverd worden, optimaliseren? (rol van biofysische factoren, context en socio- economische drivers) 2.Welke ‘marginale’ ruimten spelen een mogelijke sleutelrol bij het leveren van deze diensten, en wat voor productiemodellen ontstaan in deze ruimten? (vb. land sharing en land sparing 1 ) 3.Hoe kunnen schaal en ruimtelijke configuratie een meerwaarde bieden? (vb. land use complementation en supplementation 2 )?

Onderzoeksvragen 1 Phalan et al 2011; Tscharntke et al Colding 2007 Complementation Supplementation 1.Hoe maatschappelijke baten van agro- en ecosysteemdiensten welke door bioproductieve ruimte geleverd worden, optimaliseren? (rol van biofysische factoren, context en socio- economische drivers) 2.Welke ‘marginale’ ruimten spelen een mogelijke sleutelrol bij het leveren van deze diensten, en wat voor productiemodellen ontstaan in deze ruimten? (vb. land sharing en land sparing 1 ) 3.Hoe kunnen schaal en ruimtelijke configuratie een meerwaarde bieden? (vb. land use complementation en supplementation 2 )?

Casestudiegebied en dataverzameling Extensieve vleesproductie in een halfnatuurlijk landschap

Ruimtelijk expliciete dataset op perceelsniveau Landgebruik: Bedrijfsboekhouding en -aangifte, Groenkaart 2011&2013 (ANB) Ecologische waarde: BWK v2 (geverifieerd en gecorrigeerd), Habitatkaart v5.2, aanwezigheid van doelsoorten (regionaal & EU directieven) Fysisch systeem: Bodemtextuur en vochtklasse (AGIV 2001), overstromingsgevoeligheid (VMM 2006), grondwaterstand (DOV) Productiedata: begrazing (GVE/dag,perceel), maaien (balen/perceel) Kosten en inkomens: Bedrijfsboekhouding

Begrazing intensiteit

Maaien intensiteit

Landgebruik: normatieve scenarios Geaggregeerde agro- en ecosysteemdiensten geleverd door bioproductieve ruimte: vergelijking bestaand extensief productiemodel met intensieve productiescenarios 1 Berekening van benodigde ruimte-inname in een GIS omgeving Aggregatie voorlopig gebaseerd op Natuurwaardeverkenner 2 IntensiveMIN scenario houdt rekening met locatie-specifieke beperkingen (vb. overstromingsrisico, gebiedsbeschermingen, …), IntensiveMAX niet (=corner solution). IntensiveMIN IntensiveMAX Extensive 1 based on Gavilan et al. 2012; Raes et al Broekx et al. 2013

Resultaten: vergelijking scenarios Wanneer we de geselecteerde ecosysteemdiensten in beschouwing nemen (minimale inschattingen), levert het extensieve scenario meer maatschappelijke baten, maar enkel wanneer bestaande biofysische beperkingen in rekening gebracht worden

Discussie & conclusies Verschillende positieve agro- and ecosysteemdiensten zijn externaliteiten, hoe internaliseren? Agro-tourisme → Relatief hoge bevolkingsdichtheid: (half)natuurlijke landschappen worden sterk gewaardeerd (maar ook sterk schaal-afhankelijk!) → Plekken met hoge landschappelijke waarde verbinden: meerdaagse trektochten Ontwikkeling alternatieve lokale markt (met afwijkende kwaliteitscriteria) → Vlees van rustieke rassen niet altijd geschikt voor conventionele markt – vergt alternatieve markt met andere kwaliteitscriteria 1 → Associaties voorzien in productdiversiteit (en verhogen efficiëntie, vb. delen van zwaar gereedschap) Subsidies 1 Bedoin & Kristensen 2013; Fraser et al. 2013

Discussie & conclusies Co-adaptatie op bedrijfsniveau (productie – biodiversiteit) Strategisch belang aangepaste rustieke rassen: vb. toename levend gewicht van Kempisch Roodbont (ca. 800 g/dag) merkelijk hoger dan verschillende andere rassen die kunnen grazen op halfnatuurlijke graslanden (vb. 260 – 650 g/dag voor Galloway) 1 Feitelijke productiewaarde van extensieve productie (27 000€/j) is een stuk hoger dan wat de Natuurwaardeverkenner zou voorspellen (7 000€/j) Complementariteit van begrazingstypen 1 Bedoin & Kristensen 2013; Fraser et al. 2013

Co-adaptatie op het deelbekken niveau (extensieve – intensieve productie) Biodiversiteitsdoelen lijken in strijd met productiedoelen: is er een ‘paradox van provisie’ in (half)natuurlijke productielandschappen? Ja? Vb. Natuurdecreet  Natura2000 instandhoudingsdoelen hinderen (her)vergunning voor sommige veeteeltbedrijven met hoge emissies (cf. De standaard 25 April 2014: “Veeteelt moet wijken voor beschermde natuur”) Nee? Onze resultaten illustreren hoe een alternatief, extensief veeteeltmodel kan bufferen tegen meer intensieve vormen van landgebruik in hetzelfde bekken.  Ruimtelijke complementariteit voorziet in win-win configuraties Discussie & conclusies

Waardering ecosysteemdiensten Waardering ESD is een veelbelovende techniek voor de aggregatie van geselecteerde agro- en ecosysteemdiensten, en voor relatieve evaluatie van landgebruiksalternatieven. Maar nauwkeurigheid van inschattingen is soms onduidelijk / ontoerijkend: eenvoud van sommige functies in schril contrast met intrinsieke complexiteit van de geëvalueerde systemen (e.g. provisionele diensten, culturele diensten) In rekening brengen van potentiële ‘emergente’ eigenschappen: potentieel van land use complementations potentieel van ‘alternatieve’ productiesystemen Discussie & conclusies

Dank! Steunpunt Ruimte - Workshop 5 5 mei 2014 Brussel