RISICO-INVENTARISATIE EN EVALUATIE De risico-inventarisatie en evaluatie vormt de basis voor het te voeren arbeidsomstandigheden beleid. Op basis van een dergelijke inventarisatie worden plannen voor verbetering opgesteld. In deze presentatie zal aangegeven worden waar het om draait bij het uitvoeren van een goede risico-inventarisatie en evaluatie.
ZONDER RIE GEEN GOED BELEID P L A N I G Interne omgeving Arbowet RIE PVA Jaarplan Externe omgeving OHSAS 18001 BELEID
ARBOWET Iedere werkgever moet een inventarisatie maken van alle gevaren binnen de organisatie, deze gevaren evalueren en in een plan van aanpak aangeven hoe de gevaren beheerst zullen worden Het uitvoeren van een risico-inventarisatie en evaluatie is verplicht voor alle werkgevers in Nederland. De inventarisatie kan men laten uitvoeren door een gecertificeerde arbodienst, of men kan het zelf doen. In het laatste geval dient de inventarisatie en evaluatie door de arbodienst getoetst te worden. Ook het plan van aanpak dat voortkomt uit de inventarisatie en evaluatie maakt onderdeel uit van de risico-inventarisatie en evaluatie. Ook dit plan moet dus getoetst worden door de arbodienst.
GEVAAR Alle factoren in de arbeidssituatie die kunnen leiden tot het intreden van ongewenste effecten (ongevallen, verzuim, beroepsziekten) Bij de risico-inventarisatie en evaluatie gaat het om het zichtbaar maken van de gevaren binnen een organisatie. Daartoe gaat men op zoek naar situaties die de potentie in zich hebben om tot ongewenste effecten te leiden. De gevaarlijke situatie behoeft dus niet reeds daadwerkelijk te bestaan. Een vloer kan onder normale omstandigheden bijvoorbeeld voldoende stroef zijn om uitglijden te voorkomen. Wanneer een vloer met water schoongemaakt wordt, kan zich wel degelijk een gladde vloer, met de mogelijkheid van uitglijden, openbaren. Dergelijke gevaren dient men bij de inventarisatie en evaluatie te onderkennen.
GEVAREN Gevaarssoort Gevaarsbron Gevaren kunnen worden ingedeeld in gevaarssoorten en gevaarsbronnen. Met behulp van de volgende sheets wordt duidelijk gemaakt waar het daarbij om gaat.
GEVAARSSOORT Veiligheid Gezondheid Welzijn Werktijden Gevaren kunnen worden ingedeeld naar soort. Veiligheidsgevaren zijn gevaren waarbij het ongewenste effect zich veelal heel direct openbaart. Iemand die met een onbeveiligde cirkelzaag werkt, merkt na contact met het zaagblad direct wat het effect is. Hetzelfde geldt voor iemand die een stoel op wieltjes als trap gebruikt en er afvalt. Bij gezondheidsgevaren praten we meestal over een uitgesteld effect. Iemand kan jaren ogenschijnlijk ongestraft verkeerd op een stoel zitten, maar na enige jaren begint hij rugpijn te krijgen. Ook bij het werken met gevaarlijke stoffen (denk hierbij maar eens aan asbest) kan het heel lang duren voordat men ziek wordt. Bij welzijn gaat het om gevaren die voortkomen of uit een verkeerde aanpassing van de werksituatie aan de persoonlijke eigenschappen van de werknemer (ergonomie, in hoogte verstelbare tafels en stoelen) of om een verkeerde taakinhoud. Dat wil zeggen een taakinhoud die niet of onvoldoende afgestemd is persoonlijke eigenschappen van de werknemer (alleen maar zware taken, geen contactmogelijkheden, tempo van het werk wordt door anderen of door een lopende band bepaald). Werktijden kunnen ook gevaren met zich meebrengen, zowel op het gebied van de veiligheid (foutieve handelingen door te lange dagen) als op het terrein van de gezondheid (biologische klok die voortdurend van streek is als gevolgd van ploegendiensten).
GEVAARSBRON Bedrijfsmiddelen Bedrijfsstoffen Organisatie Mens Bij gevaarsbron kijken we meer naar de oorsprong van de gevaren. Deze kunnen gelegen zijn in de middelen en de stoffen die we gebruiken. Bedrijfsmiddelen kunnen gevaarlijk zijn omdat bijvoorbeeld bewegende delen niet afgeschermd zijn. Bedrijfsstoffen kunnen brandgevaarlijk of giftig zijn. Maar ook de organisatie kan de bron van veel ellende zijn. Wanneer we bijvoorbeeld werken met gevaarlijke stoffen in een gesloten systeem, zal er geen blootstelling aan gevaarlijke stoffen zijn. Maar dan moet het systeem wel goed functioneren. Als er iets defect raakt moet dit onderkend worden, bijvoorbeeld door het regelmatig uitvoeren van onderhoud en periodieke inspecties. Misschien nog wel de grootste gevarenbron is de mens zelf. De mens is wel eens roekeloos, gebruikt zijn beschermende middelen niet altijd en doet wel eens even snel iets zonder aan de veiligheid te denken. Ook op deze gevaren moeten we bedacht zijn.
WETTELIJKE EISEN Alle gevaren inventariseren Verdiepende onderzoeken Bijzondere groepen Plan van aanpak De wet geeft aan dat alle gevaren op het gebied van veiligheid, gezondheid, welzijn en werktijden onderkend moeten worden. Veiligheids-, gezondheids- en werktijdgevaren zijn meestal redelijk direct zichtbaar in een organisatie. Welzijnsproblemen, en dan met name die voortkomende uit de functie en taakinhoud zijn meestal niet zichtbaar. Daartoe moet men alle medewerkers, of vertegenwoordigers van functiegroepen interviewen of enquêtes afnemen. In veel gevallen zal nader onderzoek noodzakelijk zijn. In het arbobesluit is benoemd om welke situaties het daarbij gaat. Zo moeten ten aanzien van geluid metingen uitgevoerd worden volgens een bepaald protocol. Maar ook wanneer men onvoldoende informatie heeft om tot goede beheersmaatregelen te kunnen komen, dient men nader onderzoek uit te voeren. Specifieke aandacht is vereist voor bijzondere groepen. Deze krijgen veelal met meer specifieke gevaren te maken. Denk daarbij aan jeugdigen, ouderen, niet Nederlandstaligen en vrouwen in de zwangerschap. Ook een plan van aanpak moet deel uit maken van de risico-inventarisatie en evaluatie.
RISICO-EVALUATIE Risico = Kans x Effect Nadat de gevaren in kaart gebracht zijn moet nagegaan worden hoe groot het risico van dat gevaar is. Daartoe gaat men na hoe groot de kans is dat het gevaar zal leiden tot het ongewenste effect (K) en hoe groot dat ongewenste effect dan zal zijn (E). Hoe hoger het getal dat uit deze vermenigvuldiging voortkomt, hoe groter het risico ( R ).
RISICOBEHEERSING Welke maatregelen zijn reeds genomen Welke maatregelen moeten nog genomen worden Naast het bepalen van de grootte van het risico, moet men ook nagaan welke maatregelen getroffen moeten worden om de gevaren te reduceren. Voor een deel kan met dit ontlenen aan de wet- en regelgeving, de beleidsregels en normen. Maar ook de stand van de techniek speelt hierbij een belangrijke rol.
PLAN VAN AANPAK Prioritering op basis van grootte gevaar Arbeidshygiënische strategie Wie, wat, wanneer In het plan van aanpak geeft men aan op welke wijze de risico’s beheerst zullen worden en welk tijdspad daarbij gehanteerd wordt. Bij de wijze van risicobeheersing speelt de zogenaamde arbeidshygiënische strategie een belangrijke rol. Altijd eerst starten met maatregelen om de bron van het gevaar weg te nemen. Pas als dat niet kan mag men gaan werken met methoden om de mens en het gevaar te scheiden. Het laatste redmiddel is het toepassen van persoonlijke beschermingsmiddelen. Het tempo waarin met maatregelen treft is afhankelijk van de grootte van het gevaar. Sommige gevaren zijn zo groot dat er direct maatregelen getroffen moeten worden. Andere gevaren mogen best nog even wachten. Men moet echter steeds beginnen met de grootste gevaren en dan pas gaan werken aan de andere gevaren.