Alles is gave Wederkerigheid in de zorg
(vraag van Machteld Huber:) Welk belang hecht u aan de spirituele dimensie van de gezondheid? Lage score: beleidsmakers, verzekeraars, onderzoekers en artsen Hoge score: patiënten, verplegers, burgers
Spiritualiteit Spiritualiteit is betrokkenheid waarin mensen, omgeving en God wederzijds tot gestalte komen Betrokkenheid die gestalte krijgt in de wederkerige relatie tussen zorgverleners en zorgontvangers Betrokkenheid die perspectief biedt op het leven in goede verhoudingen Betrokkenheid die diepere waarden communiceert: ‘sporen van God’ De sporen zijn compassie, barmhartigheid, vertrouwen, aanwezigheid, en de gave In verhouding tot risicomanagement, begeerte naar kennis, controle, berekening en de verdienste
Eerste verhaaltje, waarin Franciscus plotseling een tekort ontdekt Franciscus accepteert zijn afhankelijkheid en vraagt mensen om hulp ‘ter liefde Gods’ een economie waar mensen hun noden en hun gaven delen je mag elkaar gerust je nood kenbaar maken (Regel Minderbroeders) geen bezit: mensen kunnen alleen delen wat zij ontvangen hebben
Tweede verhaaltje, waarin Franciscus ontdekt dat wij elkaar nodig hebben Omdat jullie je op goddelijke ingeving tot dochter en dienares van de allerhoogste, meest verheven Koning, de hemelse Vader, hebben gemaakt en tot bruid van de Heilige Geest door te kiezen om te leven volgens de volmaaktheid van het heilig evangelie, wil en beloof ik, dat ikzelf en mijn broeders, altijd voor jullie - net als voor hen – nauwgezette zorg en bijzondere aandacht zullen hebben.
Derde verhaaltje, waarin Franciscus ontdekt dat het om goede verhoudingen gaat De hongerige broeder en de ontdekking van de goede verhoudingen Compassie met de eigen noden van ieder mens Bouwen op barmhartigheid Een delende gemeenschap zijn Aanwezig zijn Een gave gave laten zijn
De onuitstaanbare patiënt die Franciscus iets belangrijks leert Zorg is niet onze orde, niet ons stelsel De vraag: “Wat wil je dat ik doe?” De goede verhoudingen strelen de huid en ‘worden vlees’ in een gezond lijf en een verzoende ziel Tegelijkertijd raakt de streling ook de zorgverlener zelf en herstelt zij de goede orde van het zorgstelsel Vierde verhaaltje, waarin Franciscus ontdekt dat hij zich moet afstemmen op de goede verhoudingen
Vijfde verhaaltje, waarin de doodzieke Franciscus de muziek van de goede verhoudingen hoort, en tot een lied maakt Zuster moeder aarde van Birgitte Kleyn-Altenburg Begin: in het midden van zijn volle leven ervoer Franciscus plotseling dat het niet goed zit Uiteindelijk: te midden van zijn ellende ervaart Franciscus plotseling dat het goed zit
De vera et perfecta cura Over de ware en volmaakte zorg
Allerhoogste, almachtige, goede Heer, van U zijn de lof, de roem, de eer en alle zegen. U alleen, Allerhoogste, komen zij toe en geen mens is waardig uw naam te noemen. Wees geprezen, mijn Heer, door al uw schepselen, vooral door mijnheer broeder zon die de dag is en door wie Gij ons verlicht. En hij is mooi en straalt met grote pracht; van U, Allerhoogste, draagt hij het teken. Wees geprezen, mijn Heer, door zuster maan en de sterren. Aan de hemel hebt Gij ze gevormd, helder en kostbaar en mooi. Wees geprezen, mijn Heer, door broeder wind en door de lucht, bewolkt of helder, en ieder jaargetijde, door wie Gij het leven van uw schepselen onderhoudt. Wees geprezen, mijn Heer, door zuster water die heel nuttig is en nederig, kostbaar en kuis.
Wees geprezen, mijn Heer, door broeder vuur door wie Gij voor ons de nacht verlicht; en hij is mooi en vrolijk, stoer en sterk. Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster moeder aarde die ons voedt en leidt, en allerlei vruchten voortbrengt, bonte bloemen en planten. Wees geprezen, mijn Heer, door wie omwille van uw liefde vergiffenis schenken, en ziekte en verdrukking dragen. Gelukkig wie dat dragen in vrede, want door U, Allerhoogste, worden zij gekroond. Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster de lichamelijke dood, die geen levend mens kan ontvluchten. Wee hen die in doodzonde sterven; gelukkig wie zij in uw allerheiligste wil vindt, want de tweede dood zal hun geen kwaad doen. Prijs en zegen mijn Heer, en dank en dien Hem in grote nederigheid.