HOFAM - Financieel Management Module 3B

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Bedrijfseconomische analyse
Advertisements

- Kengetallen: ratioanalyse
De NV H2 Het EV van de NV Nominale waarde van een aandeel = de waarde die op het aandeel staat. Maatschappelijk kapitaal = Maatschappelijk aandelenvermogen.
Hoofdstuk 7 Kasstroomanalyse.
Uitgaven aan zorg per financieringsbron / /Hoofdstuk 2 Zorg in perspectief /pagina 1.
Investeringsselectie
Waardering van de onderneming
‘Is er geld nodig voor de onderneming?’
H1 Stichting of vereniging
Case Steel NV 4a. Geef de definitie van het begrip rentabiliteit. Rentabiliteit betekent winstgevendheid. Rentabiliteitskengetallen geven een indicatie.
Lomoz, 16 maart 2011 Analyse jaarrekeningen in de zorgsector
Herhaling Examenstof M&O
CAFI Week 3 Vreemd vermogen Deel 1.
Agenda  Lessen (6)  tot  hs 30
Agenda  Lessen 53 tm 56  wk 8 en wk 9  hs 43
Agenda  Lessen 49 tm 52  wk 6 en wk 8  hs 42  bestuderen 42.1 tm 42.4 maken 42.1 tm
Goedemiddag H3b.
Goedemorgen H3b.
Hoofdstuk 13 Bedrijfswaardering
Analyse van de jaarrekening in het licht van de kredietaanvraag
BSN - Financieel Management Executive A 8 april 2009
Kennis van corporate finance
Basisboek Bedrijfseconomie
Hoofdstuk 9 Werkkapitaalbeheer.
H 17 Kasstroomoverzicht (Staat van herkomst en besteding van middelen)
Beoordeling financiële structuur
Budgetteren in de praktijk
Financiering en inkoop
TransActie Netwerk Nederland …. traag betalende overheden en grote bedrijven worden een deugd voor het MKB bedrijfsleven.
Balans Resultatenrekening aankopen en kosten waar is dat geld naartoe
P1 Kennismaken Bedrijfseconomie. P1 Kennismaken Bedrijfseconomie.
Boekhouden is het op regelmatige basis registreren en rapporteren
Finance MOAD
1 CCC & CCM - Mod IBA Integrale Bedrijfsanalyse H3. Bedrijfsanalyse: werkkapitaal Drs. J.H. Gieskens AC CCM QT.
1 CCC & CCM - Mod IBA Integrale Bedrijfsanalyse H3. Bedrijfsanalyse Drs. J.H. Gieskens AC CCM QT.
Ondernemen moet je doen
Hoger Onderwijs Wolters Noordhoff
Wolters Noorhoff Hoger Onderwijs Financiële overzichten
Bedrijfseconomie H7 Kengetallen Junior accountmanager.
BUSINESS IT & MANAGEMENT Instituut voor Bedrijfskunde.
Business IT & Management
BUSINESS IT & MANAGEMENT Instituut voor Bedrijfskunde.
Hoofdstuk 6 Investeringsselectie 6.1 Bepalen investeringsbedrag 6.2 Investeringsbeoordeling 6.3 Investering bij onzekerheid 6.4 Keuze uit projecten 6.5.
1 Hoofdstuk 8 Investeringsselectie 8.1 Lange- en korte termijnbeslissingen 8.2 Investeringsselectie 8.3 Beoordelen 8.4 Methoden 8.5 Keuze uit projecten.
1 Hoofdstuk 6 Investeringsselectie. 2 Bepalen investeringsbedrag Kasstroom = cashflow Kasstroom = winst + afschrijvingen Of Ontvangsten – uitgaven (vanwege.
Liquiditeit en solvabiliteit Uitgangspunt is onderstaande (verkorte)balans … Activa Passiva Vaste activaEigen vermogen Vlottende activaLanglopende schulden.
Liquiditeit en solvabiliteit Uitgangspunt is onderstaande balans … ActivaPassiva Gebouwen Eigen vermogen Inventaris Hypothecaire lening.
Basisboek Bedrijfseconomie hoofdstuk 3 Financiële overzichten Achtste druk © 2008 Noordhoff Uitgevers © 2010 Economie Leer Kracht.
Jaarrekening H 12.6 t/m Analyse vd financiële structuur.
1 WERKKAPITAALBEHEE R strategisch en... statisch! Jaarcongres Credit Management Houten, donderdag 22 maart 2012 Drs. Jean Gieskens AC CCM QT.
Aantekeningen hoofdstuk 8. Een ondernemingsplan maken 1. Een goed idee en jezelf kennen als ondernemer. 3. Zoek naar benodigde vergunningen, diploma’s.
Kengetallen, analyseren en opzet begrotingen. Hoofdstuk 2 Financiering ZekerhedenObjectVerstrekkingsnormMogelijke looptijd HypotheekOnroerende zakenMax.
Ondernemerschap E43.
Touroperator SunShine
Ondernemerschap E43.
Liquiditeit en solvabiliteit
Ondernemerschap E43.
Hoofdstuk 25.1 Permanentie: Kosten & Uitgaven
Hoe als vennoot de financiële situatie van een coöperatie inschatten?
Opfriscursus kengetallen
Opfriscursus kengetallen
Opfriscursus kengetallen
Rekening courant krediet Crediteuren €
Hfst 31 t/m 36 Externe verslaggeving Activa Passiva Resultatenrekening
De Eindbalans De prognose eindbalans wordt opgesteld na 1 jaar met als basis de openingsbalans en de prognose resultatenrekening.
Financiële overzichten en vreemd vermogen
Financiële kengetallen
Financiering van de onderneming
Touroperator SunShine
Recreatiepark Surae Het gaat niet goed met het recreatiepark, er zijn te weinig bezoekers!
Transcript van de presentatie:

HOFAM - Financieel Management Module 3B

Algemeen Gele planbladen geven het programma weer Sheets zijn niet meer dan een ondersteuning Examen: Open boek 1 uur en 30 minuten Meestal 3 vragen 60 % sommen, 40 % inzicht / theorie Tijdsdruk !!

De voornaamste financieringdoelstellingen Financieringslasten minimaliseren: Rente / provisies / premies FINANCIELE MARKTEN BELEID Risk management: Insolventie, rente, valuta, fraude Asset – liability management: Funding, EV – VV, VV lang - kort

Cashflow in hoge mate van belang Subjectiviteit van het winstbegrip: “profit is an opinion, cash is a fact” Cashflow vormt basis voor waardebepaling

Cash flow en resultaat verschillen. Vragen: Zijn alle kosten = uitgaven? Zijn alle uitgaven = kosten? Zijn alle opbrengsten = ontvangsten? Zijn alle ontvangsten = opbrengsten?

Module 3B: de onderwerpen Inleiding, denken in termen van kasstromen, vermogensbehoefteplanning stuurvariabelen en hefboomwerking Werkkapitaalbeheer, rente- en valutamanagement Investeren bij zekerheid Investeren onder onzekerheid + vermogensmarkten Rente- en valutamanagement: instrumenten Waardebepaling en financiering Vermogensstructuur en –kostenvoet; afsluiting

Leseenheid 1 module 3B Financieel Management 1  Inleiding Financieel Management  Relatie met andere modules (w.o. Portfolio)  Besturingsconcept  Managementinformatie over kasstromen en risico's  Vertaling van informatie over kasstromen en risico's naar beleid Relatie tussen sturen op kasstromen, Fair Value Accounting en IFRS Rendementseisen van de financiers van de onderneming (de kostenvoet van het vermogen) Voorbereidende studie  Uit "Vlottend Financieel Management": Hoofdstuk 1,2 en 3.

Lange en korte termijn planning Liquiditeitsplanning korte termijn Vertaalslag van controlling gegevens naar gegevens voor de cash manager Lange termijn planning Het cashflow begrip, zijnde de som van toekomstige vrije kasstromen Van netto resultaat naar vrije kasstroom

Het waardebegrip: gekapitaliseerde kasstromen Onder waarde wordt verstaan: de contante waarde van toekomstige vrije kasstromen

Waarde onderneming Contante waarde van de (te verwachten) vrije kasstromen V = Kas1/(1 + Ko) +Kas2/(1+Ko)2 + Kas3/(1+Ko)3 +….. Waarbij: V = waarde van de onderneming Kas1 = vrije kastroom jaar 1 Ko = vermogenskostenvoet van de onderneming

Vermogenskostenvoet Ko Ko = (EV/TV) x Ke + (VV/TV) x (1-f) x Kv Waarbij: EV = eigen vermogen VV = vreemd vermogen Ke = kostenvoet eigen vermogen Kv = kostenvoet vreemd vermogen f = belastingpercentage

Vermogenskosten Risicovrije rentevoet Optimale vermogensstructuur

Strategie gericht op creëren van waarde: De waardestuwers: duur van de waardegroei omzetgroei investeringen vermogenskosten kasstroommarge

Van resultaat naar kasstroom……. Winst na belasting + afschrijvingen ---------------------- cashflow + dotatie voorzieningen - onttrekking voorzieningen + of - rentelasten x (1-f) ------------------------ kasstroom op winstbasis + of- mutaties netto werkkapitaal --------------------------- kasstroom op operatiebasis - investeringen vrije kasstroom

Van resultaat naar kasstroom (2) Omzet - operationele kosten (loon, etc.) - afschrijvingen ---------------------- IVIB (-rente) Bruto resultaat Vennootschapsbelasting (in geval van verlies een “+”) netto winst +afschrijvingen (+rentelasten x (1-f)) ------------------------ + of- mutaties netto werkkapitaal ( als het werkkapitaal groeit per saldo een “-”) - investeringen (vaak alleen in jaar “0”) vrije kasstroom

Het begrip vrije kasstroom Kasstroom bepaling volgens de indirecte methode Herkomst Besteding . Kasstroom op operatiebasis Kasstroom op winstbasis mutaties geïnduceerd netto werkkapitaal (uitgezonderd de mutaties in de liquide middelen) ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Investeren in duurzame activa Afstoting van duurzame activa Bruto investering in duurzame activa (tegen boekwaarde) ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Mutaties in het autonome vermogen Storting door verschaffers van Terugbetaling aan verschaffers van eigen vermogen eigen vermogen vreemd vermogen lang vreemd vermogen lang vreemd vermogen kort vreemd vermogen kort ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Vergoeding voor het ter beschikking stellen van vermogen rentelast minus belastingeffect van de rentelast (contant) dividend ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Mutaties in liquide middelen afneming liquide middelen toeneming liquide middelen ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Vrije kas- stroom Financierings- kasstroom Resultante

Kasstroom bepaling volgens de directe methode

Waarde management – overige begrippen Marktwaarde versus boekwaarde Aanpassing NL regels conform IFRS Begrip fair value staat centraal Werkelijke waarde < boekwaarde kan leiden tot impairment Off balance financiering Operational lease en financiële lease factoring

Leseenheid 2 module 3B Het voorspellen van de vermogensbehoefte Onderwerpen Het voorspellen van de vermogensbehoefte Stuurvariabelen Hefboomwerking kostenstructuur Hefboomwerking vermogensstructuur Prestatiemeting Waarde management Voorbereidende studie Uit "Vlottend Financieel Management": Hoofdstukken 2 (§ 2.2), 6 en 10. Uit "Vermogensstructuur en Vermogensmarkt": Hoofdstuk 2.

Voorspellen van de vermogensbehoefte Onderscheidt geïnduceerd en autonoom vermogen Geïnduceerd vermogen: vermogen a.g.v. operationeel proces (bv crediteuren) Autonoom vermogen: vergt een beslissing (bijv. bankkrediet) van het management

Percentagemethode Vermogensbehoefte als percentage van de toename van de omzet: Stap 1: verdeelposten op de balans in wel of niet afhankelijk van omzetmutatie Stap 2: druk omzetafhankelijke balansposten uit als een percentage van de omzet Stap 3: bereken de procentuele additionele vermogens- behoefte per eenheid omzetgroei Stap 4: bepaal de verwachte omzet voor de komende periode Stap 5: bereken additionele vermogensbehoefte van verwachte omzettoename Stap 6: bepaal interne voorziening vermogensbehoefte Stap 7: bepaal externe voorziening vermogensbehoefte

Ratio’s De klassieke indeling: Liquiditeitsratio’s Financiële hefboomratio’s Rentabiliteitsratio’s Activiteitenratio’s

Kengetallen liquiditeit Current ratio kortlopende activa / kortlopende passiva Acid-test (=quick) ratio (kortlopende activa – voorraden) / kortlopende passiva netto werkkapitaal Kortlopende vorderingen + voorraden – crediteuren (inclusief andere kortlopende schulden)

Gebruikelijke indeling t.b.v. ratio’s Balans per ………… Vaste activa Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Financiële vaste activa Eigen Vermogen Geplaatst kapitaal Diverse reserves Niet verdeelde winst Vreemd vermogen (VV) Langlopende schulden (=LVV) - Bancair Voorzieningen overig Kortlopende schulden (= KVV): Crediteuren bancair Vlottende activa Voorraden Vorderingen (= debiteuren) Overig kortlopend Liquide middelen

De verlies- en winstrekening Omzet …………… variabele kosten …… vaste kosten …… --------------- Bruto bedrijfsresultaat (EBITDA) ….… afschrijvingen ….… dotatie voorzieningen (soms) ------- Resultaat voor rente en belastingen (EBIT) ……. rentelasten ……. -------------- Resultaat voor belastingen …………… Vennootschapsbelasting …………… netto resultaat …………… reserves dividend

Financiële hefboomratio’s Weerstandsvermogen (vaak solvabiliteit genoemd) Eigen vermogen / totaal vermogen Debt ratio vreemd vermogen / totaal vermogen Interest coverage ratio Inkomen voor interest en belastingen / renteverplichtingen

Rentabiliteitsratio’s Rentabiliteit totaal vermogen (RTV) Inkomen voor interest en belastingen / totaal vermogen Rentabiliteit eigen vermogen (REV) Netto winst / eigen vermogen Bruto- en netto winstmarge Winst / omzet Basisrentabiliteit (1 – f) x RTV Financieringsbijdrage (1 – f) x (RTV – kv) x (VV / EV) waarbij kv = kostenvoet VV

Activiteitenratio’s omloopsnelheid voorraden Omzet / voorraden Gemiddelde voorraadtermijn (Voorraden / omzet) x 365 dagen omloopsnelheid debiteuren Omzet / debiteuren Gemiddelde krediettermijn (debiteuren / omzet) x 365 dagen omloopsnelheid van het totaal vermogen Omzet / totaal vermogen

Ratio’s: uiterst beperkt in het gebruik bedrijfstakvergelijking tijdreeks

Schijnzekerheid en de onbetrouwbaarheid van ratio’s Manipulatie 1: te hoge omzet Manipulatie 2: immateriële activa Manipulatie 3: verschuiven van kosten en winsten Manipulatie 4: balansmishandeling Manipulatie 5: financiële berichtgeving

DuPont analyse

Altman Insolventie methode Z = 1,2 X1 + 1,4 X2 + 3,3 X3 + 0,6 X4 + 1,0 X5 Z > 2,99 solvabel Z < 1,81 insolvabel X1 = NWK/TV X2 = Winstreserve/TV X3 = Bedrijfsresultaat/TV X4 = Marktwaarde EV/boekwaarde VV X5 = Omzet/TV

Operationele hefboomwerking Break-even analyse: bepaling van die afzet waarbij de totale kosten precies worden gedekt

Hefboomwerking Van de kostenstructuur Van de vermogensstructuur % verandering van winst t.o.v. % verandering van de omzet Van de vermogensstructuur impuls van financiering met vreemd vermogen op REV

Hefboomwerking van de kostenstructuur mutatie jaar 1 jaar 2 Omzet 150.000 180.000 20 % Variabele kosten 90.000 108.000 Vaste kosten 50.000 50.000 ---------- ---------- Operationele Winst 10.000 22.000 120 % Hefboomfactor is 120 / 20 = 6

Financiële hefboomwerking Met behulp van extra vreemd vermogen de winst per aandeel beïnvloeden Zonder belastingen: REV = RTV + (RTV - kv) x VV/EV Met belastingen: REV = (1 – f)(RTV + (RTV - kv) x VV/EV)

Samenvattend

Economic Value Added EVA = OW – k0 x GV Waarbij OW = operationele winst na belasting; dit is de kasstroom op winstbasis minus afschrijvingen k0 = vermogenskostenvoet GV = geïnvesteerd vermogen

Kanttekeningen bij de EVA Marktwaardebalans beter dan boekwaardebalans EVA houdt geen rekening met toekomstige kasstromen

De Cash Value Added CVA = (r – k0) x GV Waarbij: R = rendement op het geïnvesteerd vermogen k0 = de vermogenskostenvoet GV = geïnvesteerd vermogen

Enkele andere ratio’s Dividend per aandeel winst per aandeel koers / cashflow verhouding EBITDA kernwinst

Return on Capital Employed (ROCE) EBIT ROCE = Total assets – current liabilities Operating Profit = Equity Shareholders’ Funds

Bestuur versus aandeelhouder Centrale vraag: Wat is de waarde van de toekomstperspectieven van de onderneming Toekomstperspectieven zijn immaterieel en worden bij gebrek aan een bonnetje in de boekhoudkundige jaarrekening niet gewaardeerd.

Hoofdstuk 2 V&V: Waarde management

Waarde management Angelsaksisch model versus Rijnlands model rentestructuren Risico’s op de vermogensmarkt Aflossingsrisico Insolventierisico Valutarisico Renterisico Verhandelbaarheidrisico