Strength Based benadering stelt geen grenzen aan ontwikkeling en groei van mensen is gebaseerd op krachten, talenten en mogelijkheden ziet de omgeving als bron van mogelijkheden voor herstel gebruikt de keuzes van de cliënt als grondslag voor interventies ziet de relatie tussen werker en cliënt als essentieel speelt zich af in de leefwereld van de cliënt
Hulpmiddelen in de methodiek Relatie Strength assessment: veiligheid, relatie pleger(s), relatie kinderen, wonen, dagbesteding, financiën, sociale steun, gezondheid en weerbaarheid Herstelgerichte doelen Hulpbronnen
Opbouw van de trainingsmodules Module 1: Risico’s & buffers Principes en uitgangspunten SBB Herstel Module 2: De werkrelatie Module 3: Strength based assessment Module 4: Doel- en perspectiefbepaling Herstelgerichte doelen Natuurlijke hulpbronnen Module 4: Communicatie & intervisie
Het belang van een goede relatie SBB: de relatie tussen werker en cliënt is primair en essentieel om krachten en mogelijkheden te mobiliseren Resultaten concept-map eerste opvang: persoongerichte, respectvolle omgang Focus op empowerment & herstel
Werkrelatie: respect en vertrouwen “To create a trusting and reciprocal relationship between casemanager and client as a basis for working together”
Leerdoelen module werkrelatie: Deelnemers hebben basiskennis van wat een professionele, persoonlijke werkrelatie is en weten wat er nodig is om een relatie op te bouwen van respect en vertrouwen, die ook ondersteunend is voor cliënten bij de bereiking van hun doelen (veiligheid, herstel).
Kritische elementen werkrelatie Vertrouwenwekkend en trouw Doelgericht en zingevend Wederkerig en grenzenstellend Authentiek Versterkend en voedend
Bouwstenen werkrelatie Basisveiligheid Actieve steun Persoonlijke ontmoeting
Waar herstellen vrouwen van? Geweld en trauma Armoede Verlies Sociale uitsluiting en stigma Psychische problemen Lichamelijke problemen Ziekte Negatieve ervaringen
Het belang van hoop Hoe je hoop en perspectief kunt (blijven) geven Maar ook: hoe je vrouwen kunt ontmoedigen en machteloos maken Obstakels in het opbouwen van een effectieve werkrelatie Een etiquette voor werkers
Verschillen professionele en persoonlijke relaties De werkrelatie is er voor de cliënt De werkrelatie is beperkt en in tijd gelimiteerd De werkrelatie is een geplande, gecontroleerde relatie, niet spontaan tot stand gekomen …………….
Een etiquette voor werkers (1) Eerlijk zijn, echt & oprecht, authentiek – lichaamstaal Optimistisch en opgewekt - hoopgevend Aandacht, informele ontmoetingen waarin ‘niets hoeft’ Kwetsbaar durven zijn als werker – je durven laten raken Gepaste afstand: niet te familiaal & aardig gevonden willen worden Eigen stijl en gezicht: persoon van de werker moet herkenbaar zijn Uitleg geven en verantwoording afleggen: openheid Afspraak is afspraak Geen vooroordelen & niet moraliseren Waarheid geven, duidelijk zijn Ook confronteren: subtiel met nazorg – jongere ‘niet laten zwemmen’ Regels als werker niet gebruiken als houvast voor eigen onzekerheid Niet verschuilen in kantoor en achter PC’s
Een etiquette voor werkers (2) Geen jongere in de groep aanspreken op persoonlijke zaken (discretie) Eenduidig optreden als team, betere onderlinge communicatie (niet als boemerang vertelde zaken terugkrijgen) Onderscheid maken, maar ook op gelijke wijze benaderen (niet voortrekken….) Verschil moet er zijn, maar niet in ’rang’ (niet kleinerend, niet betuttelend) Inlevingsvermogen; weten wat jongeren bezig houdt Duidelijkheid over wanneer je er als werker wel en niet voor de jongere kunt zijn Niet dwingen, maar faciliteren
Vragen, opmerkingen?
Doelen ontwikkeling probleeminventarisatie Verbeterplan Instrumenten bepalen voor probleeminventarisatie, screening en diagnosestelling bij vrouwen in VO Wetenschappelijk, theoretisch onderbouwen van instrumenten Een werkbeschrijving maken voor toepassing van instrumenten door medewerkers in VO Formuleren van plan van aanpak voor toetsing van instrumenten en voor implementatie.
Activiteiten: april – oktober 2009 Explicitering van focus van project Explicitering welke problemen in probleeminventarisatie moeten worden beoordeeld Focusgroepen bij cliënten en werkers, raadpleging van literatuur Raadpleging van management en werkers Verkenning binnen VO van huidige gebruik instrumenten en werkwijzen Raadpleging VO & Raadpleging van experts Verkenning van gebruikte instrumenten bij instellingen buiten VO Verkenning van welke instrumenten geschikt zijn voor opneming in de probleeminventarisatie, onder meer door raadpleging van literatuur en onderzoek.
Doel van screeningsinstrument Ontwikkelen van een screeningsinstrument: Bij vrouwen In de eerste opvang bij binnenkomst in VO Op betrekkelijk eenvoudige en efficiënte manier onderzoeken of vrouwen in vrouwenopvang naar alle waarschijnlijkheid een bepaald probleem hebben (bv depressie, PTSD, psychotische stoornis, beperkte verstandelijke vermogens, alcoholmisbruik ….) Zo ja, dan doorverwijzing voor verder diagnostisch onderzoek en gespecialiseerde hulp Het instrument kan niet: een stoornis daadwerkelijk vaststellen of diagnosticeren.
Eisen Instrumenten passen bij doelgroep (diversiteit!) en bij ontwikkelingen in doelgroep; Screening accuraat en gevoelig: Sensitiviteit: positieve score – hebben daadwerkelijk probleem Specificiteit: negatieve score – probleem daadwerkelijk afwezig Gevoelig voor meten veranderingen (prestatie-indicatoren) Zoveel mogelijk aansluiten bij: Instrumenten die thans in de vrouwenopvang worden gebruikt Wat gebruikelijk is in zorginstellingen waarnaar cliënten kunnen worden doorverwezen.
Focus: welke problemen & aspecten? Depressie Psychotische stoornis PTSD Alcoholverslaving Drugverslaving Lichamelijke problemen Verstandelijke vermogens Competenties ………………
Terminologie Probleeminventarisatie of screening, diagnostiek? Werkbeschrijving of procesbeschrijving (HKZ)?
Opbrengsten en baten (welke uitkomstmaten?) Vermindering van ernst en zwaarte van geweld Gerealiseerde toegang tot (vervolg)zorg Verbetering bestaansvoorwaarden (inkomen, huisvesting, financieen etc) Vermindering van psychische en lichamelijke problemen Clienttevredenheid ……….