Normstelling Vergeldende gerechtigheid Verdelende gerechtigheid Gelijkheid als gegeven Gelijke gevallen gelijk houden Rechtszekerheid Normstelling voltooid in de abstracte fase Eenduidig Goedkoop Weinig politieke sturing Verdelende gerechtigheid Gelijkheid als eis Ongelijke gevallen gelijk maken Rechtvaardigheid Normstelling afmaken naar concrete geval toe Veel uitzonderingen Duur Veel politieke sturing
Bestuursorganen Op grond van definitie in art. 1:1 Awb twee soorten bestuursorganen: A. Organen van rechtspersonen ingesteld krachtens publiekrecht (organen van openbare lichamen) Krachtens art.2:1, lid 1 BW: Staat, provincies, gemeenten, waterschappen En andere openbare lichamen met verordenende bevoegdheden, zoals pbo Krachtens art. 2:1, lid 2 BW Andere openbare lichamen waaraan bij wet rechtspersoonlijkheid is verleend B. Andere personen of colleges met enig openbaar gezag bekleed
Bestuursorganen van openbare lichamen A-ORGANEN BESTUURS- ORGANEN OPENBAAR LICHAAM Alle handelingen van A-organen vallen onder Awb (besluiten, privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke handelingen)
Andere personen of colleges (b-organen) Bestuur wordt soms opgedragen aan organen “die op afstand” van de overheid staan: Zelfstandige bestuursorganen (bv commissariaat voor de media) Privaatrechtelijke rechtspersonen (Stichting CBR, Apk-station) Criterium is: met enig openbaar gezag bekleed B-organen zijn alleen maar bestuursorgaan voor zover zij openbaar gezag uitoefenen Van besluiten B-organen staat beroep op bestuursrechter open
Zbo’s Vorm van functionele decentralisatie Beschikken over bestuurlijke bevoegdheden en functioneren wordt overwegend beheerst door het publiekrecht Vallen buiten ministeriele verantwoordelijkheid Voordelen Scheiding beleid en uitvoering Geeft verantwoordelijkheid minister duidelijker aan Voorkomt machtsconcentratie Mogelijkheid inzetten specifieke deskundigheid Mogelijkheid inzetten belanghebbenden bij beleidsuitvoering Nadelen Vermindering overzichtelijkheid bestuur Wegvallen politieke controle (via minister)
Gedragingen overheid = Besluit volgens awb; mits schriftelijk
Legaliteitsbeginsel Onderworpenheid aan algemene regel Iedere bevoegdheid moet op algemene regel berusten (slechts in hoogst uitzonderlijke gevallen is “publieke taak” voldoende) Awb gaat verder dan “traditionele” formulering (verplichtingen burger); zie art. 4:23 lid 1 awb Fluorideringsarrest vormt bevestiging van uitgangspunt dat belangrijke besluiten voor burgers moeten berusten op wettelijke grondslag Onderworpenheid aan ander (hoger) orgaan, waarvan volksvertegenwoordiging deel uitmaakt Algemene regel en besluit moeten niet afkomstig zijn van hetzelfde orgaan Democratische legitimatie vereist betrokkenheid volksvertegenwoordiging
Wetten Wetten in materiële zin Wetten in formele zin Er zijn een beperkt aantal wetten in formele zin die niet tevens wet in materiële zin zijn: begrotingswet, naturalisatie, goedkeuring huwelijk troonopvolger Meeste wetten in formele zin zijn ook wet in materiële zin Wetten in materiële zin, die niet tevens wet in formele zin zijn, zijn de lagere regelingen uit de Stufenbau, zoals AMvB, Ministeriele regeling, Provinciale Verordening, Gemeenteverordening
(Algemeen) wettelijk voorschrift Awb gebruikt term “wettelijk voorschrift” als bedoeld wordt “algemeen verbindend voorschrift” (= avv; = wet in materiële zin) Algemeen verbindend voorschrift is publiekrechtelijke rechtshandeling Algemeen verbindend voorschrift is besluit van algemene strekking
Besluit van algemene strekking (BAS) Algemeen verbindend voorschift Beleidsregels (Sommige) plannen = BAS niet zijnde AVV
Normstelling bestuursrecht Formele wet Algemene regels (= wetten in materiele zin) Normstelling wordt steeds concreter AMvB Ministeriele regeling Verordening lagere overheid Algemene regels kunnen ruimte bieden voor beleidsafweging bij beslissing: freies ermessen Beslissing in concreet geval Beschikking Gelede normstelling (= normstelling die in gedeelten tot stand komt en pas naar het concrete geval toe wordt afgerond) is kenmerk van bestuursrecht Overheid kan voorspelbaarheid voor beslissingen in concrete gevallen vergroten door het maken van beleidsregels
Normstelling bestuursrecht Als een lagere regeling in strijd is met een hogere regeling, verklaart de rechter de lagere regeling onverbindend. Dit is ook het geval als de lagere regeling wordt overruled door een later vastgestelde hogere regeling (bv een verordening van de gemeente door een verordening van de provincie) Bestuursbevoegdheid lagere overheden op basis van autonomie (eigen huishouding) en medebewind (medewerking aan hogere regelingen) WIE STELT VAST FORMELE WET REGERING EN STATEN GENERAAL ALGEMENE REGELS (= WETTEN IN MATERIELE ZIN OF ALGEMEEN VERBINDENDE VOORSCHRIFTEN (AVV)) AMvB KROON (= MINISTER + KONINGIN) MINISTERIELE REGELING MINISTER VERORDENING LAGERE OVERHEID PROVINCIALE STATEN OF GEMEENTERAAD ALGEMENE REGELS KUNNEN RUIMTE BIEDEN VOOR BELEIDSAFWEGING BIJ BESLISSING: FREIES ERMESSEN WIE STELT VAST BIJ RIJK: DE MINISTER BESLISSING IN CONCREET GEVAL BESCHIKKING BIJ PROVINCIE: GEDEPUTEERDE STATEN BIJ GEMEENTE: COLLEGE BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OF DE BURGEMEESTER HOE KUN JE BEOORDELEN OF EEN BESTUURSORGAAN NETJES OMGAAT MET HET FREIES ERMESSEN? TOETSING AAN DE WET EN AAN DE RECHTSBEGINSELEN (A.B.B.B.) HOE KAN DE OVERHEID VOORSPELBAARHEID EIGEN GEDRAG VERGROTEN BIJ GEBRUIK FREIES ERMESSEN? GEBRUIK BELEIDSREGELS EN PLANNEN
Soorten beschikkingen Gebonden Vrij Onderscheid relevant voor: * Mogelijkheid stellen voorschriften * Intrekken/wijzigen beschikking * Toetsing rechtsbeginselen * Betrekken belangen van derden Begunstigend Belastend Onderscheid relevant voor: * Intrekken/wijzigen beschikking * Terugwerkende kracht