Management van gedrag Hoofdstuk 8 Leiderschap 1
Definities van leiderschap Leiderschap gaat over verschil maken. Het omvat het veranderen van een organisatie en het kiezen voor een bepaald alternatief. Het is afhankelijk van de ontwikkeling van anderen en de inspanningen die men levert om bepaalde taken uit te voeren. Useem Leiderschap is een combinatie van voorbeeldfunctie, overtuiging en dwang, zodat mensen dingen gaan doen die ze anders niet hadden gedaan. Adair 3
Onderscheid tussen management en leiderschap Een manager stuurt aan onderhoudt is gericht op systemen en structuren vertrouwt op controle let op het bedrijfsresultaat doet dingen op de juiste wijze Hollingsworth Een leider vernieuwt ontwikkelt is gericht op mensen wekt vertrouwen kijkt naar de toekomst doet de juiste dingen 7
Interactie van behoeften in groepen 10 Figuur 8.2 Bron: Adair, J., Action-Centred Leadership, Goewe Press (1979), blz.10.
Belangrijke dimensies van leiderschap 15 Figuur 8.3
Algemene classificatie van leiderschapsstijlen Autoritaire (of autocratische) stijl Democratische stijl Laissez-fairestijl 16
Invloeden op de leiderschapskeuze Krachten in de manager Krachten in de ondergeschikte Krachten in de situatie Tannenbaum en Schmidt 17
Contingentiemodellen van leiderschap Enkele van de belangrijkste modellen: Gunstigheid van de leiderschapssituatie (Fiedler) Kwaliteit en acceptatie van het besluit van de leider (Vroom en Yetton) De pad-doeltheorie (House) Taakbereidheid van ondergeschikten (Hersey en Blanchard) 21
De pad-doeltheorie 25 Figuur 8.6
Transactioneel leiderschap Gebaseerd op legitiem gezag binnen de bureaucratische structuur van de organisatie De nadruk ligt op het verduidelijken van doelen en doelstellingen, taken en resultaten, en beloningen en sancties Gericht op het eigenbelang van ondergeschikten Gebaseerd op een uitwisselingsproces en relaties van wederzijdse afhankelijkheid: ‘Ik geef jou dit, als jij dat voor mij doet’ 26
Transformationeel leiderschap Een proces waarmee men ondergeschikten extra probeert te motiveren De nadruk ligt op het ontwikkelen van een visie voor de organisatie en het vermogen van de leider om de hogere idealen en waarden van ondergeschikten aan te spreken, en een gevoel van rechtvaardigheid, loyaliteit en vertrouwen te wekken Het transformeren of veranderen van de prestaties of resultaten van de organisatie 27
Macht en invloed Beloningsmacht Referentiemacht Afgedwongen macht Legitieme macht Referentiemacht Expertisemacht 31 French en Raven
De leiderschapsrelatie Welke benadering op leiderschap we ook nemen, het belangrijkste blijft de leiderschapsrelatie en de manier waarop de leider het gedrag en handelen van anderen beïnvloedt. 32