G EDEELDE EN VERDEELDE GROND IN DE JEUGDHULP Stefanie Planckaert 1 BaSW A Informatievaardigheden: SADAN-opdracht
D E AUTERS Jean-Luc Kabergs: begeleider in het project De Vuurvogel. contacteren via: Karel De Vos: directeur van het Jongerencentrum Cidar vzw. contacteren via:
T USSENTITELS Gedoemd tot mislukken Voorgesorteerde hulp Dubbel a-priori Eenzijdig mandaat Van hetzelfde laken Hardnekkig misverstand Het residentiële voorbeeld Een ambulante uitnodiging Explosieve mix Parallelle wereld Drie clusters Zingevend onthaal Kennismaken met medewerkers Soepele versnellingen Ontsnappen aan apathie Make no plan De bemiddeling van publieke en private Kortom…
D ISCREPANTIE TUSSEN HULPVERLENER EN CLIËNT ( JONGERE ) Hulp is voorgestructureerd = “de andere” krijgt op voorhand al een bepaalde stempel opgedrukt. Wat hulpverleners ook vanuit een vooraf bestaand patroon benaderd door cliënt De hulpverlener probeert dicht bij de cliënt te komen = associatie met die ‘andere’ die sterker is en onderwerping vraagt
Jongeren en ouders worden ook voor de jeugdhulpverlener als persoon onbereikbaar. Hulpverlener roept schuldgevoel op In “De vuurvogel” wil men te weten komen hoe de band tussen de jeugdhulpverlener en zijn cliënteel uitsluiting in de hand werkt. Hulpverlening zorgt zelden voor een betere integratie van jongeren in de samenleving.
Discrepantie tussen wat jongere moet kunnen en wat hij echt kan. ofwel duperen de jongeren vooral zichzelf, ofwel gaan ze het conflict aan met de buitenwereld volgens het recht van de sterkste. Gebrekkige participatie wordt begrepen als onwil i.p.v. als onmacht. Escalaties van hun gedrag worden beantwoord met escalerende reacties. De jongeren komen niet tegemoet aan de maatschappelijke norm omdat ze die niet op zichzelf van toepassing vinden. B EELD VAN EN OVER DE CLIËNT (= DELINQUENTE JONGERE )
V OORGESORTEERDE HULP Het project de Vuurvogel = een werkontwikkelingsproject dat de voorstructureringen in de hulpverleningsrelaties in het Jongerencentrum Cidar wil bevragen. Er moet een kader gemaakt worden waarbinnen de jongere en zijn leefverband zelf tot oplossingen kan komen (Ausloos, 1999).
B EREIKBAARHEID = VOORWAARDE TOT SAMENWERKING Een aanbod van hulp wordt ervaren als een vraag of een druk tot onderwerping. maakt professionals en cliënteel on bereikbaar voor mekaar. Destructieve en soms zelfs despotische opstelling van de jongere t.o.v. hulpverlener.
D UBBEL A - PRIORI : WEG ERMEE ! ‘Er schort iets aan die minderjarige en/of aan zijn omgeving en dat kan veranderen op voorwaarde dat ze zich engageren in onze voorgestelde of opgelegde interventie.’ = dubbel a-priori Het project De Vuurvogel werd ontwikkeld om te verhelpen aan dit soort uitspraken. Er wordt geprobeerd hulpverlening op te zetten waarin andere benaderingen mogelijk worden.
P ROJECT “D E V UURVOGEL ” Het project de Vuurvogel = een werkontwikkelingsproject dat deze voorstructureringen in de hulpverleningsrelaties in het Jongerencentrum Cidar wil bevragen. doelstellingen niet op voorhand vastgelegd. Basisdoelstelling van De Vuurvogel = hulpverlening zo vorm geven dat het een gemeenschappelijk gedragen project wordt. vorm is steeds voorlopig Men werkt op basis van een proces niet op basis van rationeel plan
P ROJECT “D E V UURVOGEL ” De Vuurvogel wil een bemiddelende rol spelen tussen verbinding private – publieke sfeer Rondetafels: de betrokken partijen overleggen en brengen gegevens bij elkaar. Er is steeds een co-begeleider in elk dossier De tijd = belangrijke bondgenoot voor begeleiding Jongere kan zich tonen op een manier die niet geassocieerd is met probleemgedrag. Reactiepatroon verbreken niet verwachten dat jongere boete doet, bekend, etc.
B ESLUIT Men wil vooral een nieuw soort hulpverlening creëren waarbij de band tussen hulpverlener en cliënt beter is. Ook het betrekken van de omgeving (zoals de ouders) bij het proces is belangrijk. ze mogen elkaar niet zien als vijanden, maar moeten samen tot een oplossing zien te komen.