Hoe competentiegericht is uw opleiding? Lidwien Sturing
Inhoud Aanleiding Onderzoek Matrix voor competentiegericht beroepsonderwijs Hoe competentiegericht is uw eigen opleiding? Voorbeelden/good practices bij elk principe
Aanleiding Wat is competentiegericht onderwijs? Matrix voor competentiegericht beroepsonderwijs 8 principes 4 implementatiefasen Vervolgonderzoek nodig: Taalgebruik Verschillen tussen fasen niet altijd helder Alleen in groene beroepsonderwijs
Onderzoek Welke aanpassingen zijn nodig om de matrix toe te passen in de onderwijspraktijk? Groepsessies 57 docenten 5 ROC’s Individuele vragenlijst 151 docenten 28 ROC’s Mate van competentiegerichtheid van de opleiding Voorbeelden
Matrix voor competentiegericht beroepsonderwijs De opleiding is gebaseerd op kerntaken, werkprocessen en competenties (het kwalificatiedossier) Complexe beroepstaken staan centraal Leeractiviteiten vinden plaats in verschillende, concrete, betekenisvolle praktijksituaties Kennis, vaardigheden en houding komen geïntegreerd aan bod De deelnemers worden gedurende de opleiding regelmatig beoordeeld Deelnemers worden uitgedaagd tot (zelf)reflectie Het opleidingsprogramma is zodanig opgebouwd dat de zelfsturing van de deelnemers voortdurend toeneemt Het opleidingsprogramma is flexibel De (inhoudelijke) begeleiding is gevarieerd en afgestemd op de leerbehoeften van de deelnemers Er is aandacht voor leer-, loopbaan- en burgerschapcompetenties in het opleidingsprogramma
Hoe competentiegericht is uw opleiding? Neem uw eigen opleiding onder de loep. Geef per principe aan hoe competentiegericht de opleiding is.
Principe 1: De opleiding is gebaseerd op kerntaken, werkprocessen en competenties (het kwalificatiedossier) Gedeeltelijk/grotendeels cgo (M = 3,87) 88% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: KD gebruikt voor ontwikkelen opdrachten en examinering, SLB en is verwerkt in de lesstof. Studiedagen/cursussen/netwerken/werkveldbijeenkomsten met het werkveld Dossier is gebruikt als basis/leidend/bijbel voor het ontwikkelen van de opleiding Knelpunten: Samenwerken/afstemmen opleidingsprogramma met praktijk Alleen ontwikkelaars op de hoogte van het kwalificatiedossier, docenten niet De inhoud van de opleiding is in afstemming met de beroepspraktijk en uitgewerkt in een regioprofiel. Het regioprofiel is een beschrijving van kennis en kunde (componenten) die nodig zijn om beroepshandelingen te kunnen uitvoeren. De beroepshandelingen en de componenten zijn door de docenten samen met het bedrijfsleven ingevuld. De componenten zijn afgestemd met het kwalificatiedossier (relatie: competentie kerntaken en werkprocessen). Hierdoor zijn de componenten gekoppeld aan de prestatieindicatoren van het kwalificatiedossier en is de cirkel rond.
Principe 2: Complexe beroepstaken staan centraal Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,77) 86% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Beroeptaken kapstok / rode draad van de opleiding! Knelpunten: Complexiteit? Is dit wel nodig? Is dit niet teveel gevraagd voor een student aan het begin van de opleiding? ‘Wij werken met mini-proeves waarin de student laat zien dat hij bijvoorbeeld een uitgebreid verkoopgesprek in een reisbureau kan voeren of een aantal handelingen als receptionist aan de hotelbalie kan uitvoeren. Dat gebeurt in simulatielokalen. Dit is een mooie manier om een student een complexe beroepstaak te laten uitvoeren. Helaas blijkt bij uitvoering vaak dat in de lessen alleen aandacht is geschonken aan deelaspecten en niet aan de hele beroepstaak.’
Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,72) Principe 3: Leeractiviteiten vinden plaats in verschillende, concrete, betekenisvolle praktijksituaties Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,72) 91% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Lintstage, leerlijnen BPV Knelpunten: Te weinig stageplaatsen of slechte plaatsen BPV soms los van opdrachten in de school Er wordt vrijwel altijd een link gelegd van theorie naar praktijkles (door docent of praktijkinstructeur/veehouder) naar BPV-opdracht. Dus zowel klassikaal als vervolgens individueel op stage wordt de stof verwerkt. Zoveel als organisatorisch mogelijk en wenselijk is wordt er dus geleerd in praktijksituaties. De verhouding theorieles, praktijkles en BPV is naar mijn mening goed. Het is geen doel op zich om "altijd.. in ...praktijksituaties" te werken. Klasikaal theorie behandelen blijft noodzakelijk en wenselijk als ondersteuning van de praktijk.
Principe 4: Kennis, vaardigheden en houding komen geïntegreerd aan bod Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,65) 86% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Theorie en praktijklessen zijn op elkaar afgestemd Toch ook separate kennistoetsen Proeve van bekwaamheid Separate leerlijnen Knelpunten Volledige integratie niet mogelijk Kennis belangrijk! kennis heeft alleen waarde als je het in de dagelijks beroepspraktijk kunt toepassen. Dus moet het geintegreerd aangeboden worden, anders is de opleiding niet valide. Hetzelfde geldt voor de beroepsgerichte vaardigheden en attitudes. Leerlingen accepteren meestal ook niet meer de 'schoolspelletjes'. Ze zijn veel beter te motiveren om kennis, vaardigheden en een houding aan te leren als ze daar de directe zin van zien. Dat kun je het alleen maar geïntegreerd aanbieden. Dat dat nog niet gebeurd, heeft te maken met de toelichting uit de vorig vraag. De externe legitimatie, die steeds dwingender wordt. Ik ervaar (net als een groot aantal leerlingen) het als prettig en overzichtelijk om onderdelen afzonderlijk aan te bieden. Andere onderdelen zijn zeer geschikt om geïntegreerd aan te bieden. Wanneer dit het geval is wordt dit ook gedaan. Ook wordt er geintegreerd beoordeeld tijdens de proeves. Maar ook de afzonderlijke beoordeling al dan niet binnen de schoolmuren is er en blijft er hopelijk ook. Dit geeft minstens zo waardevolle informatie als geintegreerd beoordelen. het vult elkaar goed aan.
Principe 5: De deelnemers worden gedurende de opleiding regelmatig beoordeeld Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,70) 84% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Proeve van bekwaamheid, trajectmappen, bewijsmappen Op meerdere momenten Assessoren uit het werkveld Criteriumgericht interview Knelpunten: Flexibiliteit lastig Werkveld niet altijd betrokken De deelenmers worden gedurende de hele opleiding ontwikkelingsgericht beoordeeld, met als hoofdlijn de vordering door de taakklassen bij de verschillende kerntaken. Dit gebeurt bijv. aan het eind van elk project en op gezette tijden tijdens werken in het leerbedrijf of op de stageplek. Als de formatieve beoordeling uitwijst dat een deelnemer op niveau is voor kwalificerende beoordleing van een kerntaak (of een ander onderdeel van het examen, bijv. een taal), dan mag zij delenemen aan het betreffende examen. Examen doen is meestal 2 of 3 keer per jaar mogelijk; voor sommige kwalificerende taalexamens die digitaal worden afgenomen, worden de examenmomenten nu flexibeler. Bij de eindbeoordeling van de kerntaken is de beroepspraktijk betrokken als de rpoeve van bekwaamheid in het stagebedrijf kan worden afgenomen; bij formatieve beoordeling is de beroepspraktijk betrokken als het gaat om de stage of om een opdracht uitgevoerd voor een externe of interne klant.
Principe 6: Deelnemers worden uitgedaagd tot (zelf)reflectie Gedeeltelijk/grotendeels competentiegericht (M = 3,58) 85% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Reflecteren tijdens SLB op beroepsprestaties en opdrachten STARR methodiek Portfolio Soms alleen bij examineren, soms ook geïntegreerd in de opleiding (=beter) Knelpunten: Zelfreflectie lastig bij lagere niveaus, maar wel belangrijk Reflectie niet altijd gewaardeerd Afhankelijk van de docent Na een aantal oefeningen die bij de beroepsthema's horen worden leerlingen erop gewezen om te reflecteren aan datgene wat ze gedaan of gemaakt hebben. Regelmatig wordt hen erop gewezen en gevraagd waarom zij dit of dat antwoord gegeven hebben en/of zij in een andere situatyie hetzelfde gedaan zouden hebben. Bij reflectie is het van belang dat leerlingen tijdig inzien wat zij geleerd of verkeerd gedaan hebben, om dezelfde fouten in het leerproces in de toekomst te vooorkomen.
Principe 7: Het opleidingsprogramma is zodanig opgebouwd dat de zelfsturing van de deelnemers voortdurend toeneemt Gedeeltelijk competentiegericht (M = 3,2) 72% vindt het principe essentieel, 9% niet belangrijk Voorbeelden van docenten: Beroep op zelfsturing groter gedurende de opleiding Studenten zijn zelf verantwoordelijk Knelpunten: Lastig Hangt volgens de docenten af van het niveau van de opleiding en fase Commentaar dat studenten het niet kunnen… Deelnemers kunnen hun eigen stageplaatsen zoeken (3 verschillende stages tijdens de opleiding), waardoor zij veel invloed hebben op hun leerproces. Veel onderdelen van de projecten en ook het zelf aandragen en kiezen van externe opdrachten biedt mogelijkheid tot zelfsturing. Ook in talen kunnen leerlingen zelf sturen, omdat zij producten moeten aanleveren om voortgang aan te tonen in bijv, schrijven; daarbij kunnen zij vaak zelf -binnen kaders- kiezen welke prodcutgen zij maken en inleveren ter beoordeling. Daarnaast ligt ook nog vele vast, binnen projecten, vakgerichte leerlijnen en diverse " vaste" onderdelen in de verschillende leerjaren (bijv, altijd een ouderavond organiseren in het eerste semester), maar soms is wel mogelijk om de eigen rol in het geheel te kiezen. Maar of dan altijd doelbewust wordt gekozen door de leerlingen? Daar wordt neit altijd aandacht aan besteed door de opleiders.
Principe 8: Het opleidingsprogramma is flexibel Startend CGO (M = 2,71) 66% vindt het principe essentieel, 10% niet belangrijk Voorbeelden van docenten: Meerdere instroommomenten, versnellen, vertragen Knelpunten: Organisatorische belemmeringen (faciliteiten ontbreken) Geen wens om individuele trajecten aan te bieden De balans tussen vraaggericht en aanbodgericht kan mijns inziens sterker. Nu staat de lessentabel per periode per leerjaar vast en is deze niet flexibel. Vanaf het nieuwe schooljaar komt er een eerstejaars-curriculum dat flexibel ingezet kan worden! Daarmee kan er gedifferentieerd worden in tempo en leerbehoeften! Deelnemers hebben 2x per jaar keuze in hun te bepalen vrije ruimte.
Gedeeltelijk competentiegericht (M = 3,47) Principe 9: De (inhoudelijke) begeleiding is gevarieerd en afgestemd op de leerbehoeften van de deelnemers Gedeeltelijk competentiegericht (M = 3,47) 78% vindt het principe essentieel Voorbeelden van docenten: Begin van de opleiding expert, later meer coachend Knelpunten: Afhankelijk van de docent De docent is nog lerende is deze rol Het streven is gericht op de vogelnde fase (grotendeels competentiegericht), maar in de praktijk wordt dat meestal niet gerealiseerd. De docent geeft les, een training of een workshop en begeleidt de leerlingen individueel of in groepen bij de leeractivitieten die geprogrammeerd zijn. Vooral bij activitieen die leeringen zeflstandig utivoeren, zelf kiezen, in een zelf-gekozen context uitvoeren wordt de begeleiding adaptiever: dan is het noodzakelijk adaptief te zijn en is het ook uitdagend voor je als docent om iets aan te dragen waar de deleenmers wat aan hebben in die context. Bovendien ontdekken deelnemers dan wat ze nog neit weten of kunnen en komen met een echte leervraag.
Principe 10: Er is aandacht voor leer-, loopbaan- en burgerschapcompetenties in het opleidingsprogramma Gedeeltelijk competentiegericht (M = 3,48) 68% vindt het principe essentieel, 7% niet belangrijk Voorbeelden van docenten: LL geïntegreerd in SLB Verweven met vaklessen Docenten geven aan meer behoefte te hebben aan integratie Knelpunten: Lastig burgerschap te integreren. Vaak een apart vak In verhouding wordt er veel tijd besteed aan LLB. Grotendeels niet geintegreerd, maar wel deels over onderwerpen die een relatie hebben met de beroepspraktijk, maar ook deels algemene onderwerpen. Zijdelings komen in de vakgerichte lessen ook burgerschapselementen in de lessen voorbij. De aandacht voor LLB is een tikkie over the top. De kostbare tijd kan deels beter besteed worden aan AVO op het gebied van taal en rekenen, aangezien de landelijke examens er aan zitten te komen.
Bedankt voor uw aandacht! Vragen? Lidwien.sturing@wur.nl