Bestuursrecht Klas MED1 LES 3 2012-2013
Gedragingen overheid = BESLUIT VOLGENS AWB; MITS SCHRIFTELIJK
GEDRAGINGEN OVERHEID
Normstelling bestuursrecht Formele wet NORMSTELLING WORDT STEEDS CONCRETER Algemene regels (= wetten in materiele zin) AMvB Ministeriele regeling Verordening lagere overheid Beleidsregels Andere besluiten algemene strekking Beslissing in concreet geval Beschikking
Soorten beschikkingen GEBONDEN VRIJ ZONDER VOORSCHRIFTEN MET VOORSCHRIFTEN GEWONE FINANCIELE Onderscheid relevant voor: * Mogelijkheid stellen voorschriften * Intrekken/wijzigen beschikking * Toetsing rechtsbeginselen * Betrekken belangen van derden BEGUNSTIGEND BELASTEND Onderscheid relevant voor: * Intrekken/wijzigen beschikking * Terugwerkende kracht
Beleidsregels 1 Bevoegdheid maken beleidsregels was “implied power”, maar is nu vastgelegd in art. 4:81 awb Alleen bij freies ermessen Vorm van zelfbinding overheid Individuele beoordeling blijft geboden (inherente afwijkingsbevoegdheid) Titel 4.3 awb Beleidsregels zijn volgens de hr recht in de zin van artikel 79 wro
Beleidsregels 2 Beleidsregel is besluit in de zin van awb Moet voldoen aan alle eisen van een besluit (hoofdstuk 3 awb) Beleidsregels kunnen betrekking hebben op: Belangenafweging Vaststelling van feiten Uitleg wettelijke voorschriften (Nog?) Geen beroep mogelijk op basis awb tegen beleidsregels (art. 8:1 awb) Toetsing beleidsregels vindt nu plaats in het kader van toetsing beschikking Beslissing in afwijking met beleidsregel is in strijd met art. 4:84 awb
Een beleidsplan of een beleidsnota heeft geen juridische betekenis Een beleidsplan of een beleidsnota heeft geen juridische betekenis. Er is dus ook geen procedure tegen mogelijk. Het is afwachten wanneer de beleidsnota wordt vertaald naar concrete maatregelen (verordeningen, beschikkingen, “concretiserende bassen”). Tegen die maatregelen zijn vaak wel procedures mogelijk. Bij verordeningen moet daarvoor nog weer op de toepassing worden gewacht. Het is niet verplicht beleidsplan uit te voeren. Op dat punt is er slechts politieke controle. Plan Soorten plannen: Informatief plan (geen juridische betekenis; beleidsplan of beleidsnota) Indicatief plan (beperkte juridische betekenis; streekplan) Normatief plan (direct bindend; bestemmingsplan) Kenmerk van een plan is de samenhang tussen de afzonderlijke elementen Koppeling tussen plan en beschikkingen Bij bestemmingsplan strakke verbinding Zwakkere koppeling bij milieubeleidsplan
Toedelen bevoegdheden ATTRIBUTIE ATTRIBUTIE ATTRIBUTIE DELEGATIE SUB-DELEGATIE MANDAAT UITOEFENING BESTUURSBEVOEGDHEID DOOR BESTUURSORGAAN
Attributie Attributie houdt scheppen nieuwe bevoegdheid in Bij wet in materiele zin wordt aan bestuursorgaan bevoegdheid toegekend besluiten te nemen Bij attributie aan ambtenaar ontstaat spanning met hierarchische ondergeschiktheid ambtenaar Ambtenaar beroept zich op eigen bevoegdheid Bestuursorgaan beroept zich op bovengestelde positie Voorbeelden: belastinginspecteur, officier van justitie Bestuursorgaan kan bevoegdheid niet zelf uitoefenen, maar mag wel algemene en bijzondere aanwijzingen geven
Delegatie Geregeld in art. 10:13 tm 10:20 awb Overdracht bevoegdheden aan ander bestuursorgaan Ander orgaan oefent bevoegdheid onder eigen naam en verantwoordelijkheid uit Behoeft wettelijke grondslag (10:15) Soms subdelegatie mogelijk Awb sluit delegatie aan ondergeschikten uit (10:14) Door delegatie is delegans bevoegdheid kwijt (intrekking delegatiebesluit wel mogelijk)
Mandaat 1 Geregeld in art. 10:1 tm 10:12 Awb Uitoefening bevoegdheid uit naam ander (moet uit ondertekening blijken) Laat bevoegdheidsverdeling onverlet Geen wettelijke grondslag nodig, maar er mag ook geen strijd zijn met wettelijke bepalingen Zie art. 10:3, lid 2 Awb Geen mandaat beslissing in beroep Beperking mandaat beslissing op bezwaar Oorspronkelijk orgaan kan bevoegdheid elk moment ook zelf uitoefenen
Mandaat 2 Mandaat sluit goed aan bij ondergeschikt-heidsrelaties en wordt daarom veel gebruikt binnen overheidsinstanties Algemene en bijzondere aanwijzingen mogelijk Ondermandaat mogelijk en wordt veel toegepast Mandaat aan niet-ondergeschikten is mogelijk, maar wordt niet veel toegepast
VRAGEN U krijgt een brief met de volgende inhoud: De aanslag OZB voor het jaar 2007 voor het perceel Dorpsweg 3 bedraagt €.300,-. Hoogachtend P. Pieters, heffingsambtenaar gemeente Ons Dorp Vragen Hebben we hier te doen met attributie, delegatie of mandaat? Zijn attributie, delegatie en mandaat nu al geregeld in Hoofdstuk 10 van de Algemene Wet Bestuursrecht? Mag het college van burgemeester en wethouders van Ons Dorp ambtenaar Pieters opdragen de aanslag te verlagen tot €.250,-? Gaat het hier om een beschikking of een alg. verbindend voorschrift?
Normstelling bestuursrecht BESTUURSBEVOEGDHEID LAGERE OVERHEDEN OP BASIS VAN AUTONOMIE (EIGEN HUISHOUDING) EN MEDEBEWIND (MEDEWERKING AAN HOGERE REGELINGEN) ALS EEN LAGERE REGELING IN STRIJD IS MET EEN HOGERE REGELING, VERKLAART DE RECHTER DE LAGERE REGELING ONVERBINDEND. DIT IS OOK HET GEVAL ALS DE LAGERE REGELING WORDT OVERRULED DOOR EEN LATER VASTGESTELDE HOGERE REGELING (BV EEN VERORDENING VAN DE GEMEENTE DOOR EEN VERORDENING VAN DE PROVINCIE) WIE STELT VAST FORMELE WET REGERING EN STATEN GENERAAL ALGEMENE REGELS (= WETTEN IN MATERIELE ZIN OF ALGEMEEN VERBINDENDE VOORSCHRIFTEN (AVV)) AMvB KROON (= MINISTER + KONINGIN) MINISTERIELE REGELING MINISTER VERORDENING LAGERE OVERHEID PROVINCIALE STATEN OF GEMEENTERAAD ALGEMENE REGELS KUNNEN RUIMTE BIEDEN VOOR BELEIDSAFWEGING BIJ BESLISSING: FREIES ERMESSEN WIE STELT VAST BIJ RIJK: DE MINISTER BESLISSING IN CONCREET GEVAL BESCHIKKING BIJ PROVINCIE: GEDEPUTEERDE STATEN BIJ GEMEENTE: COLLEGE BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OF DE BURGEMEESTER HOE KUN JE BEOORDELEN OF EEN BESTUURSORGAAN NETJES OMGAAT MET HET FREIES ERMESSEN? TOETSING AAN DE WET EN AAN DE RECHTSBEGINSELEN (A.B.B.B.) HOE KAN DE OVERHEID VOORSPELBAARHEID EIGEN GEDRAG VERGROTEN BIJ GEBRUIK FREIES ERMESSEN? GEBRUIK BELEIDSREGELS EN PLANNEN
Soorten relaties met bijpassend objectief recht EUROPA OVERHEID BURGER BURGER RECHTSPERSOON PUBLIEKRECHT (STAATSRECHT + BESTUURSRECHT) PRIVAATRECHT (CONTRACTENRECHT + GOEDERENRECHT) RECHTSPERSONENRECHT EUROPEES RECHT
Kroon, regering, kabinet KONING MINISTER STAATSSECRETARIS MINISTER STAATSSECRETARIS MINISTER STAATSSECRETARIS Kroon (koning + 1 of meer ministers) Regering (koning + alle ministers) Ministerraad Bij een crisis valt het kabinet; niet de regering, want de koning blijft zitten. Kabinet In Engeland zit koning niet in regering
Decentralisatie Territoriale decentralisatie Provincies en gemeenten Autonome- en medebewindstaken Functionele decentralisatie Waterschappen en pbo Organisatie provincie/gemeente Organen/ambten Collegevorming Duaal systeem en collegiaal bestuur
Bijzondere punten decentralisatie Verordenende bevoegdheid Ondergrens en bovengrens Territoirgrens en zijgrens Financiering Uitkering rijk Specifiek Algemeen Eigen belastinggebied Toezicht Goedkeuring Vernietiging Zbo
Zelfstandige bestuursorganen Beschikken over bestuurlijke bevoegdheden en functioneren wordt beheerst door het publiekrecht Vallen buiten ministeriele verantwoordelijkheid Voordelen Scheiding beleid en uitvoering Geeft verantwoordelijkheid minister duidelijker Voorkomt machtsconcentratie Mogelijkheid inzetten specifieke deskundigheid Mogelijkheid inzetten belanghebbenden bij beleidsuitvoering Nadelen Vermindering overzichtelijkheid bestuur Wegvallen politieke controle (via minister)
Plaats zbo’s Zbo’s tegenover gedeconcentreerde diensten Zbo’s zelfstandig; gedeconcentreerde diensten vallen onder departement en dus onder verantwoordelijkheid minister Zbo’s tegenover agentschappen Zbo’s is vorm externe verzelfstandiging; agentschappen zijn intern verzelfstandigd (zelfbeheer) Zbo’s tegenover privatisering Privatisering gaat verder dan zbo’s; bij zbo’s blijft uitvoering nog in de publiekrechtelijke sfeer, bij privatisering wordt uitvoering overgelaten aan de markt