Het (potentieel) gebruik van indicatoren in het NAPincl. en het NAPincl. als strategisch beleidsplan Sarah Carpentier Centrum voor Sociaal Beleid Herman Deleeck Universiteit Antwerpen 28 maart 2006
Overzicht presentatie NAPincl. NAPincl. als beleidsanalytisch gebruik van indicatoren (proces) NAPincl. als strategisch beleidsdocument Pistes voor toekomstig NAP Conclusie
NAPincl. = beleidsplan door nationale regeringen van EU-lidstaten in het kader van de OMC Sociale Insluiting Rapportering over: Sociale situatie Recent gevoerd beleid Gepland beleid = proces van moderne beleidsvoering waarbij indicatoren beleidsanalytisch gebruikt worden Strategische rapportering en beleidsvoering op basis van beleidsanalytisch gebruik van indicatoren complementair
2. Beleidsanalytisch gebruik van indicatoren 2.1. Waarom indicatoren beleidsanalytisch gebruiken? 2.2. Wat is beleidsanalytisch gebruik van indicatoren? 2.3. Nodige instrumenten om indicatoren beleidsanalytisch te gebruiken 2.4. Ontwikkelde instrumenten 2.5. In het NAPincl. 2001-2003 en 2003-2005
2. Beleidsanalytisch gebruik van indicatoren 2.1. Waarom indicatoren beleidsanalytisch gebruiken? Instrument van resultaatsgerichte beleidsvoering Draagt bij tot: Transparant beleid Beter beleid Verantwoording voor beleid Vervangt het politieke proces niet 2.2. Wat is beleidsanalytisch gebruik van indicatoren? Analyse en interpretatie van indicatoren doorheen alle fasen van de beleids- en beheerscyclus gebruiken
2.2. Wat is beleidsanalytisch gebruik van indicatoren? Stappen: Situatiebeschrijving Sterkte-zwakte analyse Bepaling van streefdoelen Maatregelen ontwerpen & ex ante beleidsevaluatie Bepaling meest adequate (mix) van maatregel(en) Monitoring Ex post beleidsevaluatie = proces met logische volgorde en terugkoppeling tussen fasen Belangrijke rol van indicatoren in al deze fasen!
VOORBEELD STERKTE-ZWAKTE ANALYSE Sterke en zwakke scores van de armoederisicopercentages (60 %) voor subgroepen t.ov. gemiddelde armoederisicopercentages voor 9 EU-landen BE DK DE FR LU NL AT FI SE Totaal + - ++ = Vrouwen Mannen -- 0-15 jaar 16-24 jaar 25-49 jaar 50-64 jaar 65 +
2.3. Nodige instrumenten om indicatoren beleidsanalytisch te gebruiken Dataverzameling Indicatorenontwikkeling en –analyse Streefdoelbepaling Ex ante en ex post beleidsevaluatie Beslissingsondersteuning Monitoring Identificatie van goede praktijken
2.4. Ontwikkelde instrumenten Op Europees niveau SILC Lakenindicatoren Doelstellingen van Nice (≠ streefdoelen) Weinig aandacht voor beleidsevaluatie (wel o.a. EUROMOD) Peer review Monitoring: geen europees kader Op Belgisch niveau
2.5. In het NAPincl. 2001-2003 en 2003-2005 Beleidsevaluatie Situatiebeschrijving Degelijke indicatorenset (weinig analyse) Streefdoelen Geen streefdoelen (open richtingsdoelen en doelstellingen van Nice) Beleidsevaluatie Weinig aandacht
2.5. In het NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Monitoring Ambitieus project, positieve aanzet Kwaliteit informatie kan beter (vb. indicatoren en targets, budget) Geïntegreerde monitoringstrategie nodig Goede praktijken Criteria selectie niet duidelijk
2.5. In het NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Indicatoren weinig beleidsanalytisch gebruikt in het kader van het NAPincl. proces Redenen o.a.: Beleidsontwikkeling niet binnen NAPincl. Band tussen indicatoren en maatregelen Beperkte beschikbaarheid van recente gegevens
3. NAPincl. als strategisch beleidsplan 3.1. Gemeenschappelijke indeling 3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 3.3. Nodig voor strategisch beleidsplan 3.4. Mogelijkheden van strategisch beleidsplan
3.1. Gemeenschappelijke indeling Richtlijnen voor rapportering Aanzetten Niet steeds eenduidig en consistent over de tijd heen Inhoud Tijdskader Opbouw (vb. NAPincl. 2003-2005 Hoofdstukken)
3.1. Gemeenschappelijke indeling (vervolg) Koppeling met bestaande beleidsvormingsprocessen (Begroting, NAP werkgelegenheid,…) Instrumenten voor beleidsanalytisch gebruik van indicatoren (streefdoelbepaling, monitoring,…) Aandacht voor middeleninzet
3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 Tijdskader niet geëxpliciteerd bepalen van planperiode en ‘baseline’ Opbouw NAPincl. 2001-2003: ‘Analyse’ en ‘Acties’ voornaamste hoofdstukken NAPincl. 2003-2005: Structuur van ‘common outline’ In feite: cfr. NAPincl. 2001-2003 zinvol in een eerste fase, bevragen van structuren voor uitwerking NAPincl. op lange termijn
3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Rapportering van (geplande) beleid (NAPdocument + opvolgingsfiches) Oplijsting van maatregelen: ± 300 per NAPincl. Mix van maatregelen (1/3 à de helft i.v.m. tewerkstelling) Divers qua budget, reikwijdte, doelgroep, domein, design,… Van alle bevoegde overheidsniveaus Ongelijke beschrijving van maatregelen Indeling i.f.v. (grondrechten en) Nice doelstellingen Criteria opname maatregelen niet gedocumenteerd
3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Hoofdlijnen beleid niet duidelijk Nagaan hoe beleidsmaatregelen presenteren Selectie van maatregelen Omschrijving van opgenomen en niet-opgenomen maatregelen Groepering van maatregelen Steeds overlappingen (geen ultieme classificatie) plan vs. individuele maatregelen Criterium voor indeling (beleidsdomein, doelgroep,….)
3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Beschrijving van maatregelen (o.a. monitoring) Aangepast aan diversiteit van maatregelen (soort maatregel, budget, reikwijdte, doelgroep, …) Kwaliteitsvolle vergelijkbare beschrijving Beschrijving van prioriteiten
3.2. Rapportering NAPincl. 2001- 2003 en 2003-2005 (vervolg) Financiële onderbouw: Weinig informatie over budgetten in NAPincl. Interpretatie budgetten niet steeds eenduidig Budgetten van maatregelen niet zomaar voorhanden bij administraties en niet steeds duidelijk ministeries Inbedding noodzakelijk
3.3. Nodig voor strategisch beleidsdocument Duidelijk tijdskader Logische opbouw Duidelijke selectie, beschrijving en groepering van beleid Financiële onderbouw Inbedding in bestaande beleidsprocessen (begroting, regeerakkoord,…)
3.4. Mogelijkheden van strategisch beleidsdocument Structuurbeeld van beleid inzake armoede en sociale uitsluiting Structurele analyse (vb. budget) Instrument voor vergelijkend onderzoek (bepalen van maatregelen met beste (kosten)effectiviteit die indicatoren verbeteren)
4. Pistes voor toekomstig NAPincl. Europees proces (met expliciete steun van Belgische regering) heeft vertaling nodig naar federaal België Nagaan welke structuren en coördinatiemechanismen het meest aangepast zijn (op lange termijn) Op welk(e) beleidsniveau(s) NAPincl. organiseren Coördinatie met Nationaal hervormingsplan Taakverdeling tussen administraties (en ministeries) Verhouding met structuren armoedebeleid
4. Pistes voor toekomstig NAPincl. (vervolg) Inbedding in bestaande beleidsvormingsprocessen (armoedebeleid, begroting, regeerakkoord, beleidsnota’s,…) Verdere expertise-ontwikkeling Beleidsanalytisch gebruik van indicatoren band tussen indicatoren en maatregelen (rol van beleidsevaluatie!) Strategisch beleidsdocument Politiek engagement
5. Conclusie NAPincl. heeft enorm potentieel voor: Coördinatie van beleid voor alle bevoegde overheidsniveaus Veralgemening van beleidsanalytisch gebruik van indicatoren Vertaling van referentiekader Monetaire armoede en sociale insluiting Over sociale groepen heen
Rapport: Het (potentieel) gebruik van indicatoren in de Belgische Nationale Actieplannen Sociale Insluiting (2005) http://webhost.ua.ac.be/csb