Afvalverwerking België: hoe nu verder? Wilfried Verhaegen 30/06/2011
Overzicht 1.Eurowaste 2.Situatie België 1.1. Wilfried Verhaegen 1.2. Plaats Eurowaste op de markt 1.3. Wat doet Eurowaste 2.Situatie België 2.1. België in Europa 2.2. Beleid 3. Wettelijk kader afvalverwerking VL 3.1. Huidige situatie 3.2. Aanpassingen 3.3. Implicatie nieuw wettelijk kader 3.4. Uitdagingen 4. Afbakening definities
5. Afvalverwerking VL: verbranding 5.1. Verbrandingsinstallaties alleen vergund voor verbranding bedrijfsafvalstoffen 5.1.1.Capaciteit 5.1.2. Huidige situatie 5.2. Verbranding huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen 5.2.1. Capaciteit 5.2.2. Huidige situatie 5.2.3. Uitdagingen 6. Afvalverwerking VL: storten 6.1. Stortplaatsen categorie 1 (gevaarlijke afvalstoffen), stortplaatsen categorie 2 (niet- gevaarlijk anorganische bedrijfsafvalstoffen) 6.1.1. Capaciteit 6.1.2. Uitdagingen 6.2. Stortplaatsen categorie 2 (huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) 6.2.1. Capaciteit 6.2.2. Huidige situatie 6.2.3. Uitdagingen
7. Over de grens 8. Samenvattend 7.1. Huidige situatie 7.2. Uitdagingen 8. Samenvattend
1.Eurowaste 1.1. Wilfried Verhaegen Chemisch ingenieur met 30 jaar ervaring in de afvalsector Medeoprichter Biffa Belgium (nu Veolia Belgium) In 1996 oprichting Eurowaste
1.2. Plaats Eurowaste op de markt The link to recycling
1.3. Wat doet Eurowaste The link to recycling
2.Situatie België 2.1. België in Europa
Storten in kg per capita voor 2009 (eurostat)
Recylcage in kg per capita voor 2009 (eurostat)
2.2.Beleid
3. Wettelijk kader afvalverwerking VL 3.1. Huidige situatie Decreet: Afvalstoffendecreet (2 juli 1981 e.v. betreffende de voorkoming en beheer van afvalstoffen) Uitvoeringsbesluit: VLAREA (1 juni 1998 e.v. Vlaams reglement betreffende afvalvoorkoming en –beheer)
Implementatie beleid ondersteund door uitvoeringsplannen: Deze sectorale uitvoeringsplannen hebben betrekking op concrete projecten, op acties in verband met preventie, recuperatie en verwijdering van afvalstoffen of op specifieke categorieën van afvalstoffen (afvalstoffendecreet, artikel 35, §2) Geldende uitvoeringsplannen: Uitvoeringsplan Milieuverantwoord beheer van huishoudelijke afvalstoffen Uitvoeringsplan biologisch afval Uitvoeringsplan Milieuverantwoord materiaalgebruik en afvalbeheer in de bouw Uitvoeringsplan selectieve inzameling bedrijfsafval van kleine ondernemingen Uitvoeringsplan slib Uitvoeringsplan hoogcalorische afvalstoffen Uitvoeringsplan houtafval
3.2. Aanpassingen Decreet: Afvalstoffendecreet (decreet van 2 juli 1981 e.v. betreffende de voorkoming en beheer van afvalstoffen) Materialendecreet (“decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen”) Uitvoeringsbesluit: VLAREA (1 juni 1998 e.v. Vlaams reglement betreffende afvalvoorkoming en –beheer). VLAMAB (vlaams materialenbesluit) Implementatie beleid ondersteund door uitvoeringsplannen Mogelijk vernieuwing of aanpassing van de geldende uitvoeringsplannen indien discrepanties met het nieuwe materialendecreet.
Actuele Status: Materialendecreet VLAMAB Reeds 3x goedgekeurd door de Vlaamse regering (moet 3x goedgekeurd worden). Nadien doorsturen naar parlement voor definitieve goedkeuring. Schatting (OVAM): Definitieve goedkeuring september 2011. Zal pas in werking gaan indien VLAMAB definitief is goedgekeurd. VLAMAB In loop van juli wordt dit voorgelegd aan Vlaamse regering voor 1e goedkeuring. Schatting (OVAM): september 2e goedkeuring, oktober 3e goedkeuring. Publicatie en inwerkingtreding van het pakket “decreet + uitvoeringsbesluit” in november/december.
3.3. Implicatie nieuw wettelijk kader OVAM combineert het omzetten van de kaderrichtlijn, met een ambitieus nieuw decreet en nieuw uitvoeringsbesluit. Verruiming van afvalbeleid naar materialenbeleid. Introductie “materiaal”, “LC-denken”, “materiaalkringloop”, ... Materiaal: “elke stof die wordt of is ontgonnen, gewonnen, geteeld, verwerkt, geproduceerd, verdeeld, in gebruik genomen, afgedankt of opnieuw verwerkt of elk voorwerp dat wordt geproduceerd, verdeeld, in gebruik genomen, afgedankt of opnieuw gebruikt, inclusief daaruit ontstane afvalstoffen (ontwerp materialendecreet, artikel 3, 21°) ” = geen herziening, maar vervanging!
Vlaamse einde afval criteria Er wordt een vijftredige materialenladder ingevoerd als uitbreiding van de gekende ladder van Lansink: Preventie afvalstoffen en efficiënter gebruik materialen Voorbereiden afvalstoffen voor hergebruik Inzet materialen in gesloten materiaalkringlopen Andere nuttige toepassing en aanwending als energiebron Verwijdering Vlaamse einde afval criteria preventie nuttige toepassing verwijdering
3.4. Uitdagingen Amibitie om voortrekkersrol op te nemen op vak van duurzaam materialenbeleid, met het “cradle-to-cradle” principe. Nieuwe verwerkingshiërarchie omzetten in praktijk: Het sluiten van de kring! Zorg voor voldoende afzetmogelijkheden voor recyclaten. Sortering vroeg in de keten laten plaatsvinden Duidelijk afbakening van de (einde)afvalfase. Nieuwe “carrots and sticks” door middel van oa. heffingen Doelstellingen waarmaken in een veranderde Europese context (opening grenzen)
4. Afbakening definities Bedrijfsafvalstoffen (BA): Alle afvalstoffen die ontstaan ten gevolge van een industriële, ambachtelijke of wetenschappelijke activiteit en de afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden bij besluit van de Vlaamse regering (afvalstoffendecreet artikel 3, §2, 2°) Aansluitend op de bepalingen van het afvalstoffendecreet worden de volgende afvalstoffen aan bedrijfsafvalstoffen gelijkgesteld: alle afvalstoffen die geen huishoudelijke afvalstoffen zijn (VLAREA, artikel 2.2.1). Huishoudelijke afvalstoffen (HA): alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden bij besluit van de Vlaamse regering (afvalstoffendecreet artikel 3, §2, 1°) Aansluitend op de bepalingen van het afvalstoffendecreet wordt het straat- en veegvuil aan huishoudelijke afvalstoffen gelijkgesteld (VLAREA, artikel 2.1.1).
Met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen (HVBA): Bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen en die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activieiten van de normale werking van een particuliere huishouding (VLAREA, artikel 1.1.1, §2, 82°) Stedelijk afval (SA): (Huishoudelijk afval en soortgelijk bedrijfsafval, industrieel afval en afval van instellingen), inclusief gescheiden ingezamelde fracties (VLAREA, omzetting afvalstoffenlijst, bijlage 1.2.1.B)
Gemengd stedelijk afval (GSA): huishoudelijk afval, alsmede bedrijfs-, industrieel- en institutioneel afval dat qua aard en samenstelling te vergelijken is met huishoudelijk afval, behoudens de in bijlage van beschikking 2000/532/EG onder 20 01 genoemde fracties die afzonderlijk aan de bron worden ingezameld, en de onder 20 02 van die bijlage genoemde afvalstoffen (richtlijn betreffende de verbranding van afval, RL 200/76/EG, artikel 3-3). “Het decreet laat wat ruimte terzake. Dat kan heel strikt of heel ruim bekeken worden. Wij zien dat heel ruim. Zo laten we bijvoorbeeld BA dat gelijkaardig is aan HA, ook onder de noemer van GSA vallen.” (Minister Joke Schauvliege, Vlaams minister van leefmilieu, natuur en cultuur in commissie voor Leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke ordening en onroerend Erfgoed. Vergadering van 24/05/2011).
Merk op: Gelijkgesteld niet hetzelfde als vergelijkbaar! Vergelijkbaar BA in GSA ruimer als in HVBA (vergelijkbaar qua aard, samenstelling en hoeveelheid ↔ vergelijkbaar qua aard en samenstelling)
“R1: Hieronder vallen ook verbrandingsinstallaties die specifiek bestemd zijn om vast stedelijk afval te verwerken, op voorwaarde dat hun energie-efficiëntie ten minste: 0,60 bedraagt bij installaties die voor 1 januari 2009 in bedrijf zijn en over een vergunning beschikken overeenkomstig het milieuvergunningendecreet; 0,65 bedraagt bij installaties waarvoor na 31 december 2008 een vergunning wordt afgegeven, zoals berekend met de volgende forumule: energie-efficiëntie = (Ep – (Ef +Ei)) / (0,97 x (Ew + Ef))” (VLAREA, artikel 1.4.1)
1. Is de eerste verwerkingsstap (na overbrenging) een verbranding? R1: Overige afvalstromen jurisprudentie Europese hof van Justitie: 1. Is de eerste verwerkingsstap (na overbrenging) een verbranding? Ander geval 2. Is de installatie waar de afvalstoffen worden verwerkt specifiek gebouwd voor de verbranding (mineralisatie) van afvalstoffen? D10 3.Wordt bij de verbranding meer energie opgewekt of teruggewonnen dan er bij het verbrandingsproces wordt gebruikt? D10 4. Wordt het deel van de energie die vrijkomt daadwerkelijk gebruikt (in de vorm van warmte of in de vorm van elektriciteit) D10 “Conform deze uitspraak heeft de OVAM als algemene beleidslijn aangenomen dat er in het algemeen sprake is van een gebruik van afvalstoffen als brandstof in volgende situaties: 1° Stookinstallaties waarin hoogcalorische afvalstoffen als brandstof worden gebruikt, al dan niet in combinatie met primaire brandstoffen (bv. Stookinstallatie in scheikundige nijverheid, elektriciteitscentrale, ...); 2° Meeverbrandingsinrichtingen voor afvalstoffen (cementindustrie, keramische nijverheid)” (sectoraal uitvoeringsplan hoogcalorisch afval, artikel 2.4.4) 5. Wordt het merendeel van de afvalstoffen verbrand (> 50%) en wordt het merendeel van de vrijgekomen energie teruggewonnen (>50%) D10 R1
5. Afvalverwerking VL: verbranding 5. 1 5. Afvalverwerking VL: verbranding 5.1. Verbrandingsinstallaties alleen vergund voor verbranding bedrijfsafvalstoffen 5.1.1.Capaciteit Gegevens van OVAM voor het jaar 2009 Naam Type Capaciteit (ton/jaar) Afvalstof Indaver 2 draaitrommelovens*1 gezamelijke capaciteit van 110 000 gevaarlijke afvalstoffen Sleco wervelbedverbranding 466 000 1/3 slib; 2/3 hoogcalorisch afval Indaver Medical Services draaitrommeloven 20 250 risicohoudend medisch afval Solvin thermische oxidatie 24 000 chloorhoudende koolwaterstoffen OCR (ex MISA ECO) thermische krakingsinstallatie 180 000 zwavelzuur Aquafin wervelbedoven 25 000 slib Electrabel Ruien steenkoolcentrale (meeverbranding) 340 000 biomassa Electrabel Rodenhuize in 2009, 415 374 meeverbrand E.ON Benelux 296 000 RWZI-slib, biomasse, houtstof Electrawinds biomassa verbanden met energierecup 34 700 Plantaardige oliën en vetten Rousselot in 2009, 10 310 diierlijk afval Rendac stoomketel in 2009, 7346 dierlijk afval Fraxicor 51 270 Stora Enso wervelbed 150 000 hoogcalorisch afval en houtafval 328 500 Spano Combibrander in 2009, 30 236 houtstof Norbord verbanden zonder energierecup in 2009, 49 856 Unilin verbranden met warmterecup in 2009, 10 158 Oudegem papier in 2009, 12 635 papierafval Electrawinds biostoom roosteroven hoogcalorisch niet gevaarlijk afval
5.1.2. Huidige situatie Geen gebeurtenissen te verwachten die huidige marktsituatie grondig zouden veranderen Doel huidig beleid voor gevaarlijk afval: voorrang geven aan binnenlandse markt. De vraag om de kerk in het midden te houden qua prijszetting. Echter, tot 300% verschil in prijs met buurlanden.
5.2. Verbranding huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen 5.2.1. Capaciteit Gegevens van OVAM voor het jaar 2009 8 intercommunaal uitgebate installaties en 2 privaatrechtelijk (nv Dalkia, nv Indaver Beveren) (AVI’s) Naam Capaciteit bij 10 GJ/ton Aanvoer (ton/jaar) % benutte capaciteit Dagen in werking Status Vergunningstermijn IVAGO 94 000 104 010 111% 340 R1 8/01/2024 IMOG 75 000 54 119 72% 314 25/08/2013 INDAVER 383 000 391 918 102% 346 12/11/2012 ISVAG 149 000 142 175 95% 343 1/09/2011 IVBO 195 000 169120 87% 332 D10 19/05/2013 IVM 90 000 101 980 113% 338 12/04/2016 IVOO 73 000 58 952 81% 7/10/2013 MIROM 57 000 61 106 107% 347 20/01/2020 DALKIA 30 000 32 842 109% 331 24/05/2014 BIONERGA 78 000 98 022 126% TOTAAL 1 224 000 1 214 243 99% *Indien benutte capaciteit >100%: meer uren operationeel dan in capaciteitsberekening aangenomen en/of gewerkt met lagere stookwaarde
DALKIA INDAVER IVOO IVBO IVM ISVAG IVAGO BIONERGA MIROM IMOG
Vergelijking Brussel, Wallonië (gegevens Febem) Verdeling aanvoer naar de huisvuilverbrandingsinstallaties volgens afvalsoort in ton (2009, OVAM) Vergelijking Brussel, Wallonië (gegevens Febem) Gewest Naam Capaciteit Wallonië Intradel 320 000 ICDI 110 000 IBW 116 000 Ipalle 300 000 TOTAAL 846 000 Gewest Naam Capaciteit Brussel Siomab 500 000 TOTAAL
Grootte capaciteit vervat in “uitvoeringsplan milieuverantwoord beheer van huishoudelijke afvalstoffen (2008)” (UHA) Schetst lijnen en beleidscontext voor 2008-2015 m.b.t.: Eindverwerking van HA en HVBA Preventie en selectieve inzameling “HVBA” verder gespecifieerd in het uitvoeringsplan: “alle BA met een stookwaarde lager dan 13 GJ/ton en alle BA die terrecht komen in de beschikbare eindverwerkingscapaciteit voor niet gevaarlijk afval in Vlaanderen of dergelijk BA dat buiten VL wordt verwerkt. In vroegere uitvoeringsbesluiten werden deze geduid met de naam categorie -2 BA.” Indien stookwaarde groter is dan 13 GJ/TON is het sectoraal uitvoeringsplan hoogcalorische afvalstoffen (HCA) (2004) van kracht. Onderscheid belangrijk want grenzen open voor nuttige toepassing hoog calorisch afval. fdgdsgsdgsd
UHA voorziet in de planperiode (2008-2015) een bijkomende verwerkingscapaciteit van 272 000 tot 434 000 ton (afh. van de calorische waarde van het afval en de technische beschikbaarheid). Gebaseerd op cijfers van 2005 met als capaciteit de 10 AVI’s + de afvalscheidingsinstallatie IOK-IVAREM te Geel met 150 000 ton capaciteit. Maar capaciteitsuitbreiding moet getoetst worden aan de huidige capaciteit. dfs
Situatie sinds publicatie UHA veranderd: 5.2.2. Huidige situatie Situatie sinds publicatie UHA veranderd: Aanbod gedaald door economische crisis Bouw van nieuwe verwerkingsinstallaties die niet bestemd zijn voor stromen vervat in het plan, maar in praktijk wel dergelijke stromen verwerken (Electrawinds, Stora Enso, Sleco). Men gaat nu uit van voldoende capaciteit voor het huidge aanbod. Capaciteit programmeren op aanbod altijd ankerpunt geweest van OVAM. In het verleden werd gewerkt met ondercapaciteit om preventie en recyclage te stimuleren.
Echter situatie verandert verder: Implementatie nieuw afvalstoffendecreet en VLAMAB. Mogelijk verschuivingen door nieuw beleid met betrekking tot heffingen 3 nieuwe vergunningen lopen in beroep Indaver (Beveren): +220 000 ton Bionerga (Houthalen): +190 000 ton Recover Energy (Kampenhout): 150 000 ton 2 vergunningen van de huidge AVI’s lopen dit jaar af, binnen 6 jaar loopt de vergunning van 8 v/d 10 installaties af Implementatie kaderrichtlijn: opening grenzen voor bedrijfsafval
Nieuwe situatie + marge tot aanpassing: wat met verwerkingscapaciteit? Discussie: pro capaciteitsplanning tegen capaciteitsplanning Meer met minder: herschikking naar minder ovens met een grotere performantie en energie-efficiëntie (gemm. netto elektrisch rendement Nederland (=30) > gemm. netto elektrisch rendement België (=20)). Kaart van het verleden: beperkte capaciteit om materialenbeleid te stimuleren Grenzen open: geen zin om over capaciteitsplanning te spreken. Kijk naar performantie, niet naar capaciteit
Performantieverhoging actief ondersteunen? 5.2.3. Uitdagingen Performantieverhoging actief ondersteunen? Actualiseren UHA op basis van nieuwe situatie en VLAMAB Capaciteitsstrategie uitwerken Besluit erg belangrijk want anders dan in NL zijn vergunningen niet open te breken. Huidige besluit legt het speelveld voor een lange tijd vast. Prospectie: OVAM zal zoals in het verleden de capaciteit trachten af te stemmen op het Vlaams aanbod. Mogelijk ruimte voor capaciteitsuitbreiding van bestaande vergunningen, maar geen nieuwe capaciteit.
6. Afvalverwerking VL: Storten 6. 1 6. Afvalverwerking VL: Storten 6.1. Stortplaatsen categorie 1 (gevaarlijke afvalstoffen), stortplaatsen categorie 2 (niet-gevaarlijk anorganische bedrijfsafvalstoffen) 6.1.1. Capaciteit Gegevens van OVAM voor het jaar 2009 Naam Restcapaciteit (m³) categorie 1-stortplaats Restcapaciteit (m³) categorie 2-stortplaats Indaver-Beveren 91 000 278 000 Indaver-Antwerpen 1 279 935 / Inafzo nv 75 000 OVMB nv 2 157 758 1 438 505 Remo nv 150 042 853 881 TOTAAL 3 678 735 2 645 386
6.1.2. Uitdagingen De grootste fractie (250 000 ton) is het residu van shredder (hoogcalorische fractie) Doel om via verhoogde heffing in 2015 geen shredder afval meer te storten Impact op verbrandingscapaciteit (Sleco kan dit verwerken, maar verwerkt momenteel BA type 2 dat dan moet doorgestuurd worden naar roosterovens). Knelpunt: verontreiniging aanwezig bij shredderafval
Restcapaciteit (ton) categorie 2-stortplaats 6.2. Stortplaatsen categorie 2 (huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) 6.2.1. Capaciteit Gegevens van OVAM voor het jaar 2009 3 intercommunaal en 1 privaatrechtelijk (Depovan) Aanvoer vanaf 2000 in ton Naam Restcapaciteit (ton) categorie 2-stortplaats Depovan 1 529 893 IMOG 245 613 ILVA 607 022 Intercommunale hooge maey 3 428 447 TOTAAL 5810975
Sterk dalende aanvoer 6.2.2. Huidige situatie Beleid inzake preventie en selectieve inzameling Stortverbod: “Het is verboden om de volgende afvalstoffen te storten: 1. Ongesorteerde HA en BA 2. Afvalstoffen die met oog op nuttige toepassing afzonderlijk werder ingezameld 3. Afvalstoffen die in aanmerking komen voor nuttige toepassing onder meer door hun aard, hoeveelheid en homogeniteit 4. De brandbare restfractie van het sorteren van HA of HVBA 5. Oude en vervallen geneesmiddelen.” (VLAREA, artikel 5.4.1) Vlarea laat afwijkingen toe op stortverbod bij gebrek aan verbrandingscapaciteit, maar: Geen afwijkingen meer verleend op storten brandbare HA Afwijkingen op storten brandbare BA sterk gedaald In lijn met UHA: in 2015 verbod op storten brandbaar afval
Stortplaatsen zo in financiële moeilijkheden (letterlijk en figuurlijk een put open), maar nood aan stortplaatsen: Opvang calamiteiten Capaciteit voor ultieme afvalstoffen Volledige zelfvoorziening want strikt verbod op uitvoer voor storten Prospectie: Nu -2015: huidige stortplaatsen “zand er over” 2015 - ...: Degelijke stortplaatsen voor opvang calamiteiten en ultieme afvalstoffen met overheidsondersteuning
Implementatie UHA: in 2015 geen brandbaar afval meer storten 6.2.3. Uitdagingen Implementatie UHA: in 2015 geen brandbaar afval meer storten Degelijke en financieel leefbare stortplaatsen voor opvang calamiteiten en ultieme afvalstoffen Toekennen vergunningen belangrijk want zijn niet open te breken (↔ NL)
7. Over de grens 7.1. Huidige situatie Implementatie kaderrichtlijn: grenzen open voor bedrijfsafval indien nuttige toepassing. Vrees: D, NL reeds R1 statuut toegekend, maar kampen met overcapaciteit Geen gelijke concurrentie strijd, concurreren met dumpingprijzen (hoge prijs in eigen land en restcapaciteit aan dumpingprijzen aanbieden in België) Concurrentieel blijven door hogere performantie? Zie discussie capaciteitsuitbreiding. Materiaalbeleid onder druk?
OVAM: Stelt toekenning van R1 statuut door andere overheden niet in vraag Zelf R1/D10 statuut toegekend aan de 10 AVI’s (zie tabel). Zelfvoorzieningsprincipe maximaal toepassen “Overbrengingen van GSA(codenummer 20 03 01) ingezameld van particuliere huishoudens, ook indien de inzameling dergelijk afval van andere producenten omvat, naar inrichtingen voor nuttige toepassing of verwijdering vallen volgens deze verordening onder dezelfde bepalingen als overbrengingen van voor verwijdering bestemd afval.” (EVOA, artikel 3 punt 5) “In de uitvoeringsplannen worden de maatregelen opgenomen, voor het tot stand brengen van een adequaat geïntegreerd netwerk van installaties voor de verwijdering van afval en van installaties voor de nuttige toepassing van GSA, ingezameld van particuliere huishoudens, ook als de inzameling dergelijk afval van andere producenten omvat, rekening houdend met de best beschikbare technieken. Die maatregelen worden genomen met het oog op zelfvoorziening voor de verwijdering van afval en voor de nuttige toepassing van bovengenoemde afvalstromen en moeten het mogelijk maken om de respectievelijke afvalstromen te verwijderen of nuttig toe te passen in één van de meest nabijgelegen installaties die daarvoor geschikt is met behulp van de meest geschikte methoden en technologieën om een hoog niveau van bescherming van milieu en volksgezondheid te waarborgen. Voor zover dat noodzakelijk of raadzaam is, wordt bij het vaststellen van die maatregelen samengewerkt met omliggende landen of regio’s. “ (ontwerp materialendecreet artikel 18, §2)
Nieuwe verwerkingshiërarchie toepassen. Kan het afval ook gerecycleerd worden? Enkel export indien je kan bewijzen dat er geen fractie GSA inzit. Grenzen gesloten voor: (gemengd) HA (gemengd) HVBA Residu’s uit sortering van deze stromen Volledig apart ingezamelde gemengde BA die onvoldoende werden gesorteerd aan de bron OVAM vanaf december 2010 op bedrijfsbezoek om te controleren hoe gesorteerd wordt. Bedrijven actief in bouw- en sloopafval kunnen zo rekenen op export aangezien geen fractie GSA.
OWD: Officiële toekenning van R1 statuut voor vier Waalse verbrandingsinstallaties pas in maart 2012 verwacht. Zal export tegenhouden indien het zelf over voldoende en equivalente verwerkingscapaciteit beschikt. BIM Wacht Europese guideline voor de berekening energetische efficiëntie af alvorens aan de Brusselse installatie het R1 statuut toe te kennen. Voorlopig stedelijk afval beperkt tot huishoudelijk afval (geen gelijkstelling)
7.2. Uitdagingen OVAM een consistente visie uitwerken voor welk afval het zelfvoorzieningsprincipe wordt uitgeroepen Nieuwe verwerkingshiërarchie toepassen Concurrentiepositie
8. Samenvattend Nieuw materialenbeleid is erg ambitieus. Uitdaging om dit waar te maken in nieuwe Europese context Capaciteitsstrategie uitwerken voor verbranding HA en HVBA Stortverbod van 2015 combineren met financieel leefbare stortplaatsen voor opvang ultieme afvalstoffen en calamiteiten Consistente visie uitwerken voor welk afval de grens gesloten blijft
BEDANKT VOOR UW AANDACHT