Centralist meldkamer Instructie per functie EMRIC en EUMED
Inhoud Algemeen Inzetindicaties Wijze van alarmering Alarmeringsfases Taakstelling Ontvangst buitenlandse hulp Inzet buitenlandse hulp Vergoeding kosten Beëindiging inzet
Algemeen De meldkamer vervult een spilfunctie bij het coördineren van de grensoverschrijdende bijstand, zij functioneert als het informatieknooppunt.
Uitgangspunten inzet buitenlandse eenheden Taalverschillen mogen geen belemmering vormen. Er is sprake van een inspanningsverplichting, geen leveringsverplichting. Er wordt gealarmeerd met in iedere taal te hanteren steekwoorden EUMED en EMRIC. De buitenlandse hulp wordt altijd ontvangen op loodsposten, bij EUMED/EMRIC 1 wordt in de regel zelfstandig naar de plek incident gereden.
Inzetindicaties Na inschatting van de grootte van de calamiteit en het verwachte aantal slachtoffers door de meldkamer of door de hulpverlening ter plekke, kan de meldkamer een beroep doen op hulp van de aangrenzende buitenlandse regio’s.
Wijze van alarmering (1) Uitsluitend op aanvraag van de meldkamer binnen wiens jurisdictie de ongevallocatie valt. De verantwoordelijke medewerkers in de meldkamer nemen de calamiteitenmeldingen in ontvangst en beoordelen normaliter de soort calamiteit en de omvang ter alarmering van de noodzakelijke hulpdiensten met behulp van vooraf m.b.t. de inzet bepaalde trefwoorden. Indien op basis van de meldingen een reële kans bestaat dat, gezien de omvang van de calamiteit, deze niet op adequate wijze met de eigen hulpdiensten kan worden bestreden en daardoor burenhulp noodzakelijk is, dient, om vertraging in de inzet van de burenhulp te voorkomen, de meldkamer tevens gebruik te maken van de EMRIC en EUMED bij het aanvragen van hulpdiensten.
Wijze van alarmering (2) Het voor de inzet verantwoordelijke commando kan te allen tijde de alarmering intrekken of de EUMED en/of EMRIC classificatie reduceren nadat de aard en omvang van de calamiteit ter plaatse zijn bepaald. Ongeacht de alarmeringscompetentie van de meldkamer dient er rekening te worden gehouden met de regionale bevoegdheden en de informatieplicht van de hogere autoriteiten.
Alarmeringsfasen Brandweer: EMRIC 1 = klein of middelgroot EMRIC 2 = groot tot zeer groot EMRIC 3 = ramp Medisch: EUMED 1 = Transportondersteuning klein EUMED 2 = Transportondersteuning groot EUMED 3 = Behandeling
Taakstelling (1) De aanvraag door de voor de ongevallocatie verantwoordelijke meldkamer geschiedt, vanwege de urgentie, in eerste instantie mondeling en dient vervolgens direct met behulp van het euregionale veiligheidsportaal ( te worden bevestigd. Eventueel kan deze bevestiging door middel van een standaardformulier per fax plaatsvinden. Telefonische aanvraag vooraf blijft echter ten allen tijde noodzakelijk.
Taakstelling (2) Noodzakelijke gegevens telefonische melding: Alarmeringsfase EUMED 1, 2 of 3 en/of EMRIC 1, 2 of 3 met eventuele opgave van gewenste specialisatie plus soort incident. Indien het voor de meldkamer van de brandweer niet duidelijk is welk materiaal beschikbaar is voor de oplossing van het probleem, kan er ook een algemene hulpvraag uitgezet worden naar alle meldkamers in de Euregio Maas-Rijn. Loodspost. Noodzakelijke gegevens bevestigingsformulier: Type calamiteit en locatie. Bijzondere instructies (indien noodzakelijk) met betrekking tot specifieke gevaren voor de inzet op of de route naar de locatie.
Ontvangst buitenlandse hulp (1) De voor de inzet verantwoordelijke meldkamer dient te zorgen voor begeleiding vanaf de loodspost naar de plek incident of naar het verzamelpunt/ ziekenautostation. De ter beschikkingstelling en overdracht van grensoverschrijdende burenhulp plaats op loodsposten waarvan de ligging door middel van een letter- cijfercombinatie door de aanvragende meldkamer wordt medegedeeld. De ingezette hulpdiensten maken voor de onderlinge communicatie in principe en voor zover mogelijk gebruik van eigen apparatuur en de radiofrequentie van de eigen meldkamer om een extra belasting van het radioverkeer op de ongevallocatie te voorkomen. Het voor de inzet verantwoordelijke commando dient op de loodspost te zorgen voor het registreren en doorsturen van de eenheden.
Ontvangst buitenlandse hulp (2) Voor het aanvoeren van hulpdiensten die snel beschikbaar dienen te zijn, kan op basis van besluiten van het voor de inzet verantwoordelijke commando ter plaatse tevens gebruik worden gemaakt van een verzamelplaats, ambulancestation, in de onmiddellijke nabijheid van de ongevallocatie. Deze plaatsen dienen vooraf duidelijk bij de melding te worden aangegeven. De aanvoer van eenheden voor Emric- en/ of Eumed- fase 3 kan uitsluitend op gecoördineerde wijze plaatsvinden via op grotere afstand van de ongevallocatie gelegen verzamelplaatsen. Deze eenheden dienen vanwege de functionele afhankelijkheid van de bijbehorende voertuigen in konvooi te worden aangevoerd. De hulpdiensten uit de buurregio’s staan vanaf het tijdstip van aankomst op de loodspost onder bevel van het voor de inzet verantwoordelijke lokale commando.
Inzet eenheden brandweer (1) De meldkamer die verantwoordelijk is voor het incident zorgt voor aflossing van de manschappen. Dit geschiedt te allen tijde in overleg met de leider op het rampterrein. Het valt aan te bevelen een ploeg te vervangen door een ploeg afkomstig uit hetzelfde land i.v.m. een naadloze overdracht. Indien sneller aflossing noodzakelijk is dan door de meldkamer wordt voorzien, dient de leider van het inzetvak contact op te nemen met de leider op het rampterrein. Deze zal vervolgens via de meldkamer aflossing regelen volgens bovenstaande afspraken.
Inzet eenheden brandweer (2) Indien extra materialen noodzakelijk zijn, danwel brandstof (voor bijvoorbeeld aggregaten) of extra water, wordt dit te kennen gegeven aan de leider op het rampterrein, die dit vervolgens via de meldkamer regelt. De meldkamer kan daartoe contact opnemen met de buitenlandse meldkamer; dit met name bij behoefte aan extra materialen en watertanks.
Inzet eenheden medisch (1) De beslissing over het uiteindelijke doel van het transport behoort tot de taken van het voor de inzet verantwoordelijke geneeskundig commando ter plaatse. Hij heeft 3 mogelijke strategieën: –Centrale toewijzing aan ziekenhuizen van alle patiënten door het voor de inzet verantwoordelijke geneeskundig commando; –Decentrale verdeling van de patiënten op basis van de herkomst van de hulpdiensten; –Mengvorm van de beide bovenstaande strategieën. Ten behoeve van grensoverschrijdende gewondenspreiding zijn in de Euregio Maas-Rijn 9 ziekenhuizen beschikbaar: AZM, Atrium, Maaslandziekenhuis, Klinikum, ZOL, Salvator, Virga Jesse, CHU, CHR. Alle contacten verlopen via de meldkamers en er wordt noch vanaf het rampterrein noch vanuit de ambulances contact gelegd met de ziekenhuizen in de Euregio Maas- Rijn.
Inzet eenheden medisch (2) Nadat er een eerste inschatting is gemaakt van het aantal T1 en T2 slachtoffers, wordt dit doorgegeven aan de voor het gebied verantwoordelijke meldkamer, die op haar beurt een melding geeft aan de ziekenhuizen; ook voor de buitenlandse ziekenhuizen verlopen de contacten via de meldkamers. Indien daaromtrent meer duidelijkheid is, zal de verantwoordelijke op het rampterrein trachten deze informatie via de meldkamers aan de betrokken ziekenhuizen te geven. (Een voormelding, dat er ergens in de Euregio een ramp is, is niet zinvol en wordt derhalve ook niet gedaan.) Het is van belang dat de ziekenhuizen die patiënten hebben ontvangen via de eigen meldkamer het bericht krijgen dat er geen patiënten meer naar hun ziekenhuis komen.
Vergoeding kosten Bij Emric en Eumed fase 2 en 3 worden voor de terbeschikkingstelling en inzet van hulpdiensten ten behoeve van grensoverschrijdende hulpverlening worden geen kosten in rekening gebracht op grond van de overeenkomsten zoals die gesloten door de federale overheden van Nederland, België en Nordrhein- Westfalen. De kosten voor burenhulp of specialistische hulpverlening worden verrekend zoals omschreven in de vele overeenkomsten die er bestaan tussen de grensgemeenten in de Euregio Maas-Rijn. De kosten voor het transport van patiënten kunnen op basis van de daarvoor gebruikelijke tarieven aan de patiënten of ziekenfondsen in rekening worden gebracht.
Beëindiging van de inzet Het einde van de inzet van grensoverschrijdende hulp wordt door de meldkamer die de hulp heeft aangevraagd, rechtstreeks zowel mondeling als schriftelijk medegedeeld aan de bij de inzet betrokken meldkamers. Ten behoeve van de beoordeling en verdere ontwikkeling van de burenhulp dient elke inzet achteraf te worden geëvalueerd.
Afsluiting U heeft het instructieprogramma met succes doorlopen. Voor meer informatie kunt u terecht op Meer informatie over de hulpverlening in Nederland, België en Duitsland en samenwerkingsafspraken binnen de Euregio vindt u in het rapport 'Grensoverschrijdende hulpverlening in de Euregio Maas-Rijn'.Grensoverschrijdende hulpverlening in de Euregio Maas-Rijn Meer informatie over de samenwerkingsafspraken met betrekking tot grensoverschrijdende hulpverlening vindt u in 'Beter een goede buur, dan een verre vriend'.Beter een goede buur, dan een verre vriend' Klik hier om terug te gaan naar instructie per functie.hier