Uitleg en vertaling naar uitwerking nieuw KD 4CID model Uitleg en vertaling naar uitwerking nieuw KD
Wat vinden studenten belangrijk bij leren...
In de Flow: vaardigheid versus uitdaging Belang van differentiëren Studenten willen in de Flow komen! Teveel ‘flow’ zorgt voor spanning en uiteindelijk angst en stress Te weinig ‘flow’ zorgt voor routine en uiteindelijk en verveling Maak gebruik van 21ste eeuwse vaardigheden!
Waarom 21e eeuwse vaardigheden?
Tips en tools voor het onderwijs vanuit de 21e eeuwse vaardigheden Probleemgestuurd leren Projectmatig werken Samenwerken met duidelijke opbrengst Theorieboeken als kennisbron en niet als leidend materiaal Diversiteit in didactische werkvormen Autonomie voor de student Stel kaders en doelen, maar met ruimte voor eigen invulling Zet ze aan het werk Biedt hulp Pas je taalgebruik aan, geen ‘je moet’, maar ‘we gaan’ bijvoorbeeld. Daag uit!
Uitgangspunten 4C/ID-model Studenten leren door aan betekenisvolle, integratieve taken te werken Hele taakbenadering Leertaken vormen de ruggengraat Realistische situaties afkomstig uit de beroepspraktijk Van meet af aan integreren van verschillende aspecten van complexe taken: van geheel naar deel i.p.v. deel naar geheel Gebaseerd op het constructivisme Kennis construeren door nieuwe informatie te integreren met aanwezige kennis (actief proces) Maakt student zelfstandiger en effectiever
De 4 componenten van het 4C/ID-model 4C/ID=> Vier componenten instructie ontwerpmodel stelt dat er 4 componenten nodig zijn om complex (of competentiegericht) leren te realiseren: Leertaken (betekenisvol, afgeleid van de realiteit van het beroep) Variatie Taakklassen Hulp en begeleiding Ondersteunende informatie Procedurele (Just-in-time) informatie Deeltaakoefeningen
1) Leertaak Een concrete en authentieke beroepstaak die toeneemt in complexiteit Dit is het skelet van het onderwijs Door een leertaak aan te bieden die een echte beroepstaak is, moet de student vanaf het begin zijn kennis, vaardigheden en attitude tegelijk aanwenden om de taak goed uit te kunnen voeren.
Betekenisvolle hele leertaken Vanaf de eerste taak betekenisvol Beeld van het hele beroep/ een hele taak Competenties ontwikkelen door leertaken uit te voeren die ontleend zijn aan de praktijk Hele taak: verschillende aspecten (kennis, vaardigheden, attitude) worden in combinatie met elkaar geoefend. Vakintegratie Variatie Afnemende ondersteuning en hulp
De leertaak, de integrale authentieke eenheid Een curriculum wordt opgebouwd uit een reeks leertaken binnen taakklassen De leertaken kennen een afnemende mate van begeleiding Leertaak 1.1 student bekijkt video over persoonlijke basiszorg Leertaak 1.2 student verleent basiszorg adhv instructies van de docent, eenvoudige casus Leertaak 1.3 student verleent basiszorg bij zorgvragen(eenvoudig) Leertaak 3.1 student observeert en signaleert bij complexe zorgvraag in authentieke situatie
Overzicht opdrachtvormen binnen de leertaken Uitgewerkte voorbeelden (video, demonstratie) Student beoordeeld aanpak, leert van concreet voorbeeld Cognitieve belasting is laag; voorbereiding door docent is intensiever Omgekeerd probleem (behandeling is beschreven, wat is de zorganalyse?) Oplossingen worden beschreven voor een bepaald doel; student geeft aan in welke probleemsituaties dit geschikt is Cognitieve belasting is laag Imitatieprobleem (zorgsituatie met schema over oplossingsrichtingen) Uitgewerkt voorbeeld met schema van mogelijke oplossingen; bieden een goede mogelijkheid om niet routinematige aspecten van een leertaak te oefenen Authenticiteit kan geborgd worden, mits docent goed voorbeeld geeft.
Doelvrij probleem (bedenk zoveel mogelijk oplossingen bij de zorgsituatie) Zet aan tot exploratie, vooruit denken, diverse mogelijkheden en oplossingen Dwingen studenten om eerst de gedeeltelijk gegeven oplossing te bestuderen(is leren) en constructie kost tijd Aanvulproblemen (zorgvraag is beschreven met enkele ondersteuningmogelijkheden. Vul aan) Student moet een gedeeltelijk gegeven oplossing completeren Geschikt bij ontwerpvraagstukken, strategie, samenstellen van een programma etc. Conventionele problemen (een zorgvrager in beeld; stel een zorgplan op voor de basiszorg) Gegeven is een probleemsituatie en een gewenste doelsituatie; authentiek, zo worden beroepsbeoefenaren ook geconfronteerd in de praktijk met een situatie Hoge cognitieve belasting voor student
Ontwerpen van taakklassen Ordenen van eenvoudig naar moeilijk Authentiek vanaf het begin Variabiliteit in elke taakklasse “Scaffolding” in elke taakklasse Zone van de naaste ontwikkeling
Kennis die nodig is bij het werken aan leertaken 3) procedurele(just-in-time) informatie 2) Ondersteunende informatie Kennis die nodig is bij het werken aan leertaken Theorielessen vormen de brug tussen de voorkennis van de student en de kennis en vaardigheden die nodig zijn om de leertaak goed uit te voeren Informatie die je nodig hebt om een routine handeling op de juiste manier uit te voeren (denk aan procedures, regels, handleiding) Feedback geven op het moment dat de student een fout maakt, is een onderdeel van Just-in-time informatie; hierdoor leren studenten zelf fouten te herkennen en op te lossen
2) Ondersteunende en 3) procedurele (just-in-time) informatie Niet-routineaspecten <> routineaspecten, hebben ieder een ander type informatie nodig Ondersteunende informatie voor niet- routineaspecten: mentale modellen maken, cognitieve strategieën Procedurele informatie: voor routine-aspecten. Aanpakkennis, stappenplan, protocol etc.
4) Deeltaakoefeningen Oefenen van aspecten van de taak die geautomatiseerd uitgevoerd moeten kunnen worden Routine samen met andere vaardigheden kunnen uitvoeren (cognitieve overbelasting voorkomen) Aspect van de vaardigheid is voorwaardelijk voor andere vaardigheden Veiligheid waarborgen
Toenemende complexiteit, Afnemende ondersteuning Geleidelijke toename van de complexiteit van de taken Geordend in taakklassen Ordening is gebaseerd op complexiteitsfactoren die de uitvoering van de taak moeilijker maken (bijv. Omgeving, type opdracht) Ondersteuning neemt per taakklasse af Nieuwe taakklasse = weer veel ondersteuning
Tien stappen voor het uitwerken van het 4C-ID-model 1. Ontwerp de leertaken 2. Orden de leertaken in taakklassen 3. Bepaal de prestatiecriteria 4. Ontwerp de ondersteunende informatie 5. Analyseer cognitieve strategieën (aanpak) 6. Analyseer mentale modellen (kennis) 7. Ontwerp procedurele informatie 8. Analyseer cognitieve regels 9. Analyseer vereiste voorkennis 10. Ontwerp het leren van routinetaken
Check de opgestelde leertaken Realistisch Praktijkgebonden Complex in realiteit, nu versimpeld Versimpeling laat essentie van de hele taak intact Welke vorm: Bijvoorbeeld cases, problemen, taken, projecten routine en niet-routine Cognitief, affectief en motorische competenties
Hoe kun je het 4C-ID-model toepassen bij het maken van een pastagerecht? (vaardighedenhiërarchie)
4C-ID-model Jeroen Merrienboer zelf geeft uitleg over zijn model (filmpje te bekijken als je de diavoorstelling start)