Aantekeningen hoofdstuk 8
Een ondernemingsplan maken 1. Een goed idee en jezelf kennen als ondernemer. 3. Zoek naar benodigde vergunningen, diploma’s en verzekeringen. 2. Oriëntatie en een eerste goede opzet voor een plan. (benodigdheden product, mogelijke doelgroepen,nieuw product) 4. Onderzoek je markt. (klantenanalyse,concurrentenanalyse, SWOT analyse) 5. Onderneming opzetten. (keuze doelgroep, keuze rechtsvorm, netwerken, publiciteit, huisvesting) 7. Organiseer je onderneming. (Boekhouding, personeelwerving, productieproces, organisatiemodel) 8. Regel de financiën. (investeringsbegroting, financieringsplan, openingsbalans, resultatenbegroting) 6. Marketingmix bepalen 9. Doe de registratie bij de KvK en belastingdienst en voer je plannen uit!.
ondernemingsvormen rechtspersoon Niet rechtspersoon NV BVEenmanszaakVOF 1 eigenaar Meer eigenaren Aandelen op toonder Aandelen Vrij op naam
Balans Aan de Passiva / credit zijde (rechts) staat de wijze waarop die bezittingen zijn betaald. Aan de Activa / debet kant (links) staat de waarde van alle bezittingen van een bedrijf. Voorbeeld: De Activazijde en de passivazijde zijn altijd in evenwicht. Vaste activa: >1 jaar Pand Balans per 1 januari 2016 Activa/debetcredit Inventaris Vlottende activa: < 1 jaar Voorraad Debiteuren Liquide middelen kas Bank Eigen vermogen Vreemd vermogen lang: > 1 jaar Vreemd vermogen kort: < 1 jaar crediteuren Rekening courant Hypothecaire lening € € € € € € € € € € € €
Resultatenrekening Omzet / opbrengstverkopen Inkoopwaarde omzet - Brutowinst € € € Overige bedrijfskosten: Loonkosten€ Afschrijving pand € Interest € Verzekeringen € Energie € Totale bedrijfskosten€ nettowinst € Let op!! Aflossing komt nooit voor in de resultatenrekening. Afschrijving inventaris €
Liquiditeit en solvabiliteit De uitkomsten van deze kengetallen zegt iets over de financiële situatie van een bedrijf. Voornamelijk of een bedrijf op korte en lange termijn zijn rekeningen kan betalen. Wanneer is een bedrijf gezond? Liquiditeit vlottende activa + liquide middelen / vreemd vermogen kort = 2 of meer Solvabiliteit Totaal vermogen / vreemd vermogen x 100 = 150% of meer Antwoorden 8.10 a Banken, werknemers, aandeelhouders, leveranciers. b = 2,47 c x100 = 177% d Ja liquiditeit groter dan 2 en solvabiliteit groter dan 150%.
Rentabiliteit Rentabiliteit is een kengetal, waaruit je kunt aflezen in hoeverre een bedrijf winstgevend is. REV vb = Wil je weten hoe hoog het rendement is over het eigen vermogen dan pak je: Nettowinst Gemiddeld eigen vermogen x100 Hoe hoger de rentabiliteit is, hoe aantrekkelijker het bedrijf voor investeerders is RTV vb = Nettowinst Gemiddeld totaal vermogen x100 RVV Gemiddeld geïnvesteerd vreemd vermogen Betaalde interest X 100