PILOOTPROJECT GERECHTELIJK ARRONDISSEMENT ANTWERPEN EEN EXPERIMENT INZAKE HET SPREEKRECHT EN HET CASEGEBONDEN OVERLEG BIJ SITUATIES VAN KINDERMISHANDELING.

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Startbijeenkomst Leren Leren in een professionele oefencultuur
Advertisements

Tevredenheid met behandelaar en behandeling.
“IK KRIJG HET NIET UIT MIJN HOOFD”
7 december 2011 Modernisering van de bevolkingsdiensten O pneming van de geboorten door gemeente van gebeurtenis in het Rijksregister. Naar een volledige.
ADVIES VOOR DE JEUGDHULP BRECHT VERHEGGE 1BAO A1.
1.Voorstelling dienst slachtofferonthaal
All Media are SOCIAL Eenleven zonder media, is dat mogelijk? Media spelen een belangrijke rol in ons sociale leven en zijn een primaire levensbehoefte.
Het nieuwe Jeugdhulplandschap
Resultaten bevraging voorzieningen “participatie ouders”
Evalueren is een verzamelnaam van:
Dialoogdag Ouderswerking Vlaams-Brabant
Risico’s en gevaren van techniek
Justitie & hulpverlening
De Methode Integrale Jeugdbescherming
Beroepsgeheim in de Bijzondere Jeugdbijstand Antwerpen, 14 oktober 2008 Beroepsgeheim: we zwijgen erover?! Axel Liégeois K.U.Leuven – Broeders van Liefde.
Beroepsgeheim en cliëntperspectief
Hogescholen in Dialoog
Het ‘Protocol van Moed’ getoetst Dr. Hanne Op de Beeck Prof. dr. Johan Put Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) – KU Leuven.
Auteurs artikel: Leontien M. van der Knaap & Stefan Bogaerts.
Beroepsvaardigheden onderdeel van SBC
Onderzoek naar werkzame factoren en methodieken in omgaan met agressie Ilse Smits Studiedag ‘Efficiëntie en effectiviteit in de bijzondere jeugdzorg,
Samenwerken en netwerkvorming Brede School 16 mei 2008 Rita L’Enfant
Evaluatie van de sensibiliseringsacties van de OCMW's Engender asbl.
STUDIEDAG WANNEER LIEFDE UITMONDT IN EEN GEVECHT… DETERMINANTEN, SCREENING & INTERDISCIPLINAIRE AANPAK Faculteit Rechtsgeleerdheid Zeger van Hee - Tiensestraat.
STUDIEDAG WANNEER LIEFDE UITMONDT IN EEN GEVECHT… DETERMINANTEN, SCREENING & INTERDISCIPLINAIRE AANPAK Faculteit Rechtsgeleerdheid Zeger van Hee - Tiensestraat.
Inclusief Hoger Onderwijs: het perspectief van docenten. Een kwalitatieve bevraging. Nathalie Heurckmans Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs (SIHO) Leen.
Het portfolioproject van de AOC’s EduExchange 2006 Groene Scharnieren.
Thuisbegeleiding en gezinsfunctioneren
Beroepsgeheim in een evoluerende hulpverleningscontext
 Problemen in huidige hulpverlening met overlapping, gebrek aan samenwerking,…  Andere organisatie van hulpverlening aan minderjarigen uit: › Algemeen.
SESSIE 8 PLEIDOOI VOOR DUURZAME CULTUURBELEVING OP SCHOOL.
SUPPORTTEAM NAH Vlaams-Brabant Sociale Plattegrond - oktober 2014.
Opdracht wetenschappelijke review leerlingenbegeleiding
Casusoverleg Forensisch Zorgtraject
Dag Van Het Afstudeeronderzoek Presentatie Elaine van der Poorten.
Bekendheid met ‘Veiligheidshuis’?
Personeelsessie LOKO.
ALGEMENE VORMING. Inhoud infosessie managementteam 1. Visieontwikkeling 2. Rollen van verschillende actoren 3. Toekomst / transitie binnen de organisatie.
VVSG Inspiratiedag – 2 april 2015 Lokaal loket kinderopvang.
Het integratieprotocol Werken met een auditieve beperking Zin?Ja! Sessie 16 april
Ethische Commissie Vlaams Welzijnsverbond
HOE WORD JE EEN WINNING TEAM?
Het coachende functioneringsgesprek
Houtens : welkom, begroeting en ontmoeting
CASA CURA Zorgen voor de kotmadam In samenwerking met Nicky Eilers.
Reguleren van motivatie: Do It Yourself! 28 oktober Deventer.
Starr methode.
KWALITEIT EN ORGANISATIE WEEK 2 Schpa 2.57.
invloed van psychologische factoren op revalidatie en adaptatie
Grip op Regionale Samenwerking: Rob de Greef en Roeland Stolk.
MEE Groningen Algemene presentatie. 2  Mensen met een verstandelijke, lichamelijke beperking en/of een chronische ziekte  Anderen die beperkingen in.
Tevredenheidsmeting OCMW Presentatie MC Bea 24/08/09.
Zelfhulpgroepen voor allochtonen werkt! Zelfhulpgroepen voor allochtonen werkt!
 Als antwoord op een groeiende wachtlijst..  Verschuiving naar RTJH: Hulpverlening verantwoordelijk voor een adequaat en efficiënt wachtbeheer;  Hulpverlening.
Coördinatie van de hulp Workshop 4. Voorstellingsrondje Maatschappelijke evoluties Perspectief van de cliënt Casusoverleg Ervaring delen Cliëntoverleg.
Dordt aan Zet. De gebruikswaarde van een voorziening maximaliseren door de behoefte van alle belanghebbenden centraal te stellen. Gemeentelijk Eigendom.
Instrument of houding? Implementatie van regionaal en lokaal integraal volksgezondheidsbeleid.
Workshop Peer Review audit Kennisdag 5 juni 2014 Meta Peek.
Voorstelling werking Vertrouwenscentrum Kindermishandeling Turnhout Kind in Nood Kempen Els Swolfs Coördinator VKT.
Werkgroep jong & geborgen Lieselot Bultinck (FOD Justitie) Kris Clijsters (Cachet vzw) Marijke Decuypere (ATD Vierde Wereld) Hilde Haerden (Campus O³.
Een ketenaanpak voor intrafamiliaal geweld
BuurtInformatieNetwerken (BIN)
Lokaal loket kinderopvang
Pilootproject gerechtelijk arrondissement Antwerpen
Omgaan met vertrouwelijke informatie
Mediprima en Dringende Medische Hulp
Geïntegreerd breed onthaal
Lokaal loket kinderopvang
Ange Nyiramahirwe Kathy Barresi Katrien Renders Kimberly Pé
Zet je kinderopvang lokaal op de kaart
Transcript van de presentatie:

PILOOTPROJECT GERECHTELIJK ARRONDISSEMENT ANTWERPEN EEN EXPERIMENT INZAKE HET SPREEKRECHT EN HET CASEGEBONDEN OVERLEG BIJ SITUATIES VAN KINDERMISHANDELING Protocol van Moed Christel De Craim Dienst Strafrechtelijk Beleid (FOD Justitie)

Doelstellingen van het pilootproject Primair belang: bescherming van het kind/slachtoffer Modaliteiten van het spreekrecht verduidelijken bij situaties van kindermishandeling

Uitgangsprincipes Subsidiariteit Cliëntinformatie: cliënt wordt geïnformeerd, tijdstip is afhankelijk van de veiligheid van het kind Beschermingsmaatregelen nemen t.a.v. het kind Respect voor het beroepsgeheim en deontologisch kader van de verschillende hulpverleners

Doelgroepen Parket Antwerpen Alle politiediensten binnen het gerechtelijk arrondissement Antwerpen Alle hulpverleners werkzaam met slachtoffers van kindermishandeling Ook huisartsen en ziekenhuisartsen

Theoretisch kader en draaiboek Theoretisch kader inzake beroepsgeheim, spreekrecht werd algemeen en in functie van de betrokken actoren beschreven, rekening houdend met het (nieuwe) artikel 458bis SW. Zowel kindermishandeling als intra- en extrafamiliale kindermishandeling werden in het theoretische luik gedefinieerd De organisatie en het optreden van de diensten (hulpverleningssector, politionele sector en gerechtelijke sector) werd uitgewerkt Een draaiboek voor hulpverleners met concrete scenario’s werd ook uitgewerkt

Trajecten werden beschreven voor dossiers vertrekkende vanuit de hulpverleningssector en vanuit de gerechtelijke sector waarbij een onderscheid werd gemaakt tussen intrafamiliale kindermishandeling en extrafamiliale kindermishandeling

Concrete afspraken Vaste procedure voor acute meldingen Uitzonderlijk een beperkte informatie-uitwisseling mogelijk met het oog op het maken van een risico- inschatting Niet-anoniem casusgebonden overleg tussen parket en hulpverlening Antwoorden op een vraag van het parket of hulpverlening werd aangevat, verder gezet of beëindigd en dit via mandaat politie

Cijfergegevens januari 2012 tot december 2013 Aantal kinderen/ daders Acute meldingen (kinderen) Overleg (kinderen) Risico inschatting (verdachte) Totaal 2012N N Aantal zakenAcute meldingen OverlegRisico- inschatting Totaal 2012N N

Voor meer informatie betreffende het theoretisch kader en het draaiboek:

Het ‘Protocol van Moed’ getoetst dr. Hanne Op de Beeck prof.dr. Johan Put Leuvens Instituut voor Criminologie (LINC) – KU Leuven

Overzicht presentatie Evaluatiestudie Protocol van Moed  Doel: beschrijvend & evaluatief  Soort: procesevaluatie o.b.v. vijf onderzoeksluiken –Juridische analyse (1) –Empirische analyse: analyse registratiebestand (2), websurvey (3), observaties casusgebonden overleg met telefonische terugkoppeling (4), focusgroepgesprekken (5) Conclusies Aanbevelingen

Overzicht presentatie  Juridische consequenties  Kracht Antwerps project en aanbevelingen eventuele uitbreiding –Draagvlak –Geschiedenis –Positieve relaties –Verschillende modaliteiten van uitwerking worden positief beoordeeld  Aandachtspunten en algemene aanbevelingen –Informatieplicht ten aanzien van cliënt –Informatiedelingsstructuur –Terugkoppeling –Kennis/coördinatie

Beperkingen  Beperkte context van het onderzoek –Resultaten zijn mogelijk niet transfereerbaar naar andere arrondissementen –Resultaten zijn wellicht niet representatief voor eventuele toekomstige (reguliere) werking  In deze presentatie: slechts fragmenten uit het onderzoek

Juridische consequenties

Aanbeveling: creëren van wettelijke rechtvaardigingsgrond Vooral inzake risicotaxatie en vragen van parket  Grondige maatschappelijke reflectie noodzakelijk –Betrekken van belanghebbenden –Geen ‘verwettelijking’ van Antwerpse praktijk  Aandacht voor bevoegdheidsrechtelijke kwesties –Samenwerkingsakkoord –Beroep op ‘impliciete bevoegdheden’

Kracht Antwerps project Aanbevelingen uitbreiding –Draagvlak –Geschiedenis –Positieve relaties –Verschillende modaliteiten van uitwerking worden positief beoordeeld

Kracht Antwerps project Bestaansreden Protocol van Moed (n=344)Helemaal akkoord (%) Akkoord (%) Niet akkoord (%) Helemaal niet akkoord (%) Geen mening (%) In de dagelijkse werking van mijn organisatie worden we met de hierboven beschreven problematiek geconfronteerd. (n=344) De hierboven beschreven problematiek wordt door mijn organisatie als urgent ervaren. (n=344) De hierboven beschreven problematiek wordt bij voorkeur aangepakt via samenwerking. (n=344) “Het was eigenlijk moeilijk om deze oefening te doen, omdat het Protocol van Moed echt wel aan onze nood of vraag tegemoet komt.” (extract focusgroepgesprekken). Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013 Tabel 1. ‘Bestaansreden Protocol van Moed’ Problematiek: “een gebrek aan informatie en/of overlegmogelijkheden met andere actoren staat een snelle en adequate aanpak van kindermishandeling in de weg”

Kracht Antwerps project  Belang van gezamenlijke (positieve) geschiedenis “[…] met hetzelfde soort visie hé, en ook met dezelfde partners, dat is iets dat al jaren bezig was. Dat beide partners elkaar kenden en in [elkaar] geloofden [is] in verschillende projecten tot uiting gekomen” (extract focusgroepgesprekken).  Kwaliteitsvolle samenwerking “Er werd met veel respect gehandeld in de groep, D ervoer dit als zeer fijn. D stelt dat je je kwetsbaar kan opstellen, en dat je eigen functioneren niet in vraag wordt gesteld” (extract telefonische opvolging casusgebonden overleg).

Kracht Antwerps project  Aanwezigheid geëngageerde ‘trekkers’ van project –Vb. ‘vaste’ aanwezigen op casusgebonden overleg  Verschillende modaliteiten worden positief geëvalueerd –Vb. vorming, betrokken partners…

Kracht Antwerps project Aanbeveling Uitbreiding Beleidsbeslissing Antwerps draaiboek vb. te betrekken partners, organisatie casusgebonden overleg, organisatie vormingsbijeenkomsten… Draagvlak In Antwerpen: geschiedenis van goede relaties Voorbereiding (kick-off, aanspreekpunt, vorming)

Aandachtspunten Algemene aanbevelingen –Informatieplicht ten aanzien van cliënt –Informatiedelingsstructuur –Terugkoppeling –Kennis/coördinatie

1. Informatieplicht t.a.v. cliënt Informatie aan de cliënt% Heeft u aan uw cliënt gecommuniceerd dat u het Protocol van Moed zou gebruiken? (N=79) Ja, ik bracht de cliënt op de hoogte van alle relevante informatie53.2 Ja, maar ik gaf de cliënt slechts een deel van de informatie19.0 Neen, ik bracht de cliënt niet op de hoogte27.8 Wat waren uw redenen om de cliënt niet, of slechts gedeeltelijk, te informeren? (N=37) Ik wist niet dat ik de cliënt hiervan op de hoogte moest brengen10.8 Het was me onduidelijk welke informatie ik kon doorgeven8.1 Door de cliënt te informeren, zou de veiligheid van het kind in het gedrang komen35.1 Er werd afgesproken dat een andere partner uit het Protocol van Moed de cliënt op de hoogte zou stellen16.2 Andere reden29.7 Was het voor u duidelijk welke informatie u wel, en welke informatie u niet aan de cliënt kon of mocht communiceren? (N=79) Dit was heel duidelijk26.6 Dit was vrij duidelijk45.6 Dit was eerder onduidelijk15.2 Dit was zeer onduidelijk0 Geen mening12.7 Op welk moment bracht u de cliënt ervan op de hoogte dat u het Protocol van Moed zou gebruiken/gebruikt had? Ik lichtte de cliënt in alvorens ik van het Protocol van Moed gebruik maakte en bracht de cliënt achteraf ook op de hoogte van de resultaten 61.4 Ik lichtte de cliënt in alvorens van het Protocol van Moed gebruik te maken, maar koppelde daarna niet terug22.8 Ik bracht de cliënt op de hoogte na het gebruik van het Protocol van Moed12.3 Tabel 2. ‘Informatie aan cliënt’ Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013

Informatieplicht t.a.v. cliënt  Mogelijke verklaring: ‘schroom/angst’  “Ja, om dat te vertellen, dat is ook niet simpel denk ik hé. Dat is voor een stuk ook de organisatie, ik denk dat de organisatie dat mee moet ‘back- uppen’ hé” (extract focusgroepgesprekken) Aanbeveling Benadrukken in draaiboek Leidinggevende betrekken Verwijzen naar vertrouwenscentrum

2. Informatiedelingsstructuur overleg  Besluitvorming: eerder ‘vrije brainstorm’ dan gestructureerde uitwisseling –Bv. soms aandacht voor positieve elementen, soms niet –Bv. soms discussie informatie cliënt, soms niet –Voordeel: veel ‘creatieve’ keuze-alternatieven –Nadeel  Arbitrair karakter  Invloed van aanwezige personen Aanbeveling Duidelijke informatiedelingsstructuur voorzien

3. Terugkoppeling “Er is achteraf geen terugkoppeling gebeurd over hoe het met de cliënten verder is gelopen en wat onze rol nog kan zijn” (extract websurvey) Tabel 3. ‘Negatieve aspecten casusgebonden overleg’ Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013 Zijn er ook negatieve aspecten aan het overleg?% aangekruist Door het overleg was mijn vertrouwensrelatie met de cliënt geschonden4 Het overleg gaf me het gevoel geen controle meer te hebben over de zaak12 Achteraf bekeken vind ik dat ik op het overleg te veel informatie heb gegeven over de zaak, waardoor ik het gevoel heb het vertrouwen van mijn cliënt te beschamen 0 Andere17

Terugkoppeling  Focusgroep: Werkdruk vs. positieve argumenten: -Verderzetting hulpverleningstraject -Veiligheid kind -Voorkomen negatieve hulpverleningservaring Aanbeveling Gerichte feedback ‘Need to know’ Enkel ‘blijvende’ hulpverleners

4. Kennis/coördinatie De informatie aangeboden op/in werd op een toegankelijke manier gepresenteerd (% ‘aangekruist’) heeft me inhoudelijk veel bijgebracht (% ‘aangekruist’) is relevant voor de praktijk (% ‘aangekruist) de kick-off (n=59) de vorming (n=70) het draaiboek (n=137) Tabel 4. ‘Evaluatie informatie’ Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013

Kennis/coördinatie Ondersteuning bij het Protocol van Moed (n=261) Helemaal akkoord (%) Akkoord (%) Niet akkoord (%) Helemaal niet akkoord (%) Geen mening (%) Mijn organisatie (collega’s, management, raad van bestuur) staat achter het Protocol van Moed Ik beschik over voldoende kennis over de werking en het gebruik van het Protocol van Moed Het is mij voldoende duidelijk waar/bij wie ik terecht kan met vragen of opmerkingen over het Protocol van Moed Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013 Tabel 5. ‘Ondersteuning bij het Protocol van Moed’

Kennis/coördinatie Coördinatie van het Protocol van Moed (n=261) Helemaal akkoord (%) Akkoord (%) Niet akkoord (%) Helemaal niet akkoord (%) Geen mening (%) Binnen mijn organisatie is het duidelijk wie er verantwoordelijk is voor de coördinatie van het Protocol van Moed. Bij deze perso(o)n(en) kan ik terecht voor alles wat met het Protocol te maken heeft Ik ben van mening dat er binnen mijn eigen organisatie nood is aan een sterkere coördinatie van het Protocol van Moed Ik ben van mening dat er nood is aan een sterkere algemene coördinatie van het Protocol van Moed (m.a.w. een sterkere coördinatie van de samenwerking over de verschillende deelnemende organisaties heen) Tabel 6. ‘Coördinatie van het Protocol van Moed’ Bron: Websurvey ‘Evaluatie Protocol van Moed’, januari-maart 2013

Kennis/coördinatie  Focusgroepgesprekken: nuancering “En dat hadden we in het begin gezegd in de stuurgroep: ‘we moeten niet de ambitie hebben om iedere hulpverlener op het veld die informatie te geven’. Maar de directies of de coördinatoren of de kwaliteitscoaches of weet ik veel wie, die moeten het wel kennen hé.”  Focusgroepgesprekken: nood aan systematische vorming Aanbeveling: Aanspreekpunt: algemeen en per partnerorganisatie Verschil met CO3 Onafhankelijke website Systematische vormingen

Bedankt!  Studie door het Steunpunt Welzijn, Volksgezondheid en Gezin (  Onderzoekers: Hanne Op de Beeck en Anne Tans  Promotor: Johan Put  Co-promotoren: Stefaan Pleysier en Koen Hermans  Contact: