De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Je staat niet alleen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Je staat niet alleen."— Transcript van de presentatie:

1 Je staat niet alleen

2 KINDERMISHANDELING

3 Een werkbare definitie voor de hulpverlening
Kindermishandeling en –verwaarlozing is iedere situatie waarin een kind het slachtoffer is van geweld van fysieke, psychische of seksuele aard en dit passief of actief

4 Vormen van kindermishandeling
Mishandeling: Lichamelijk en emotioneel Verwaarlozing: Lichamelijk en emotioneel Seksueel misbruik en seksueel ongewenste intimiteiten

5 Cijfergegevens 2013

6 Cijfergegevens 2013

7 DE DRIELEDIGE WERKING VAN HET VERTROUWENSCENTRUM
Het VK binnen de probleem-gebonden hulp Het VK als gemandateerde voorziening Het meldpunt 1712

8 Vertrouwenscentrum Kindermishandeling
Informatie 1712 Burger Advies Doorverwijzing Verontrusting Advies VK binnen probleemgebonden hulp Ondersteuning HV Professioneel Actieve tussenkomst Consult VK als gemandateerde voorziening Onderzoek MANO

9 Meldpunt 1712 Opgericht op initiatief van de Minister van Welzijn.
Samenwerkingverband tussen het CAW en het VK op provinciaal niveau. Alle burgers kunnen contact opnemen met 1712 bij vragen over geweld, misbruik of kindermishandeling.

10 Opdrachten 1712 Informatie. Advies.
Doorverwijzing naar de meest gepaste hulpverlening. Gratis en discreet. Telefonisch (elke werkdag van 9u tot 17u) of per émail.

11 Het VK binnen de probleem gebonden hulp

12

13 Algemeen Wie kan hier terecht?
Alle professionelen die zich zorgen maken over de psychische, fysieke of seksuele integriteit van een minderjarige. Voornamelijk situaties van intra- familiaal geweld!

14 Cijfergegevens 2013 In 2013 kreeg het VK 1096 meldingen over 1682 kinderen. In 2013 waren 60 % van de melders professionelen.

15 Cijfergegevens 2013

16 Algemeen De hulpverlening is: Vrijwillig (niet justitieel) Aanklampend
Vertrouwelijk Gezinsgericht Multidisciplinair Respectvol voor alle betrokkenen Houdt rekening met het Decreet Rechtspositie Minderjarigen Gratis

17 De opdrachten Advies geven over de aanpak van de verontrusting en inschatting van de veiligheid. Coaching van hulpverleners. Coördinatie van de bestaande hulpverlening. Actieve tussenkomst voor: verdere diagnostiek. installeren van de nodige beveiliging voor de minderjarige. onderzoek welke vorm van begeleiding de minderjarige en zijn gezin nodig hebben. organisatie en opvolging van deze hulpverlening

18 GEDEELDE VERANTWOORDELIJKHEID HV
Sensibiliseren Maandelijkse vorming aan studenten/stagiairs, ROK, voordrachten Signaleren knelpunten en evoluties aan overheid Meldpunt Anoniem vs niet anoniem 1ste inschatting vermoeden/ernst Draagkracht tgo draaglast Nagaan steunfiguren in omgeving HV Evaluatie motief van waaruit gemeld wordt 1ste opvolging Meldingsteam Advies Objectiveren Alle vormen van info-verzameling die relevant zijn om een inschatting te maken van de AARD, de ERNST en de OMVANG van de gemelde mishandelingsproblematiek. Inschatting derden – HV Inschatting tussenkomst VK Coördinatie/ Coaching Actieve tussenkomst Verdere diagnostiek a.d.h.v. gesprekken Installeren van de nodige beveiliging voor de minderjarige Onderzoek welke vorm van begeleiding de minderjarige en zijn gezin nodig hebben Organisatie en opvolging van deze hulpverlening D O O R V E R W IJ Z E N Vanuit de overheid werden verschillende kernopdrachten van de vertrouwencentra omschreven: Sensibiliseren Signaleren knelpunten en evoluties aan de overheid Oprichten van een provinciaal meldpunt Men kan zowel anoniem als niet anoniem melden aan het meldpunt. Hierbij willen we jullie meegeven dat de keuze voor anonimiteit vaak de werkbaarheid van het dossier belemmerd. Vaak gaan mensen gissen wie gemeld heeft, dit zorgt voor veel argwaan. Vaak is het verhaal van de melding niet bespreekbaar met de ouders, zonder dat het voor hen duidelijk zou zijn wie het verhaal bracht. (bv. verhaal van geweld ten aanzien van kind in kapsalon -> kan enkel door aanwezigen aangemeld zijn). De standaardregel is dat we dit kunnen overwegen voor contextfiguren maar niet voor professionelen. Uitzonderlijk wordt de anonimiteit toch verzekerd, indien dit de aanwezige hulpverlening zou hypothekeren. De inschatting van de risicosituatie gebeurt aan de hand van een risicotaxatie. De afgelopen jaren werden zowel de CARE-NL als de signaallijst verontrustende opvoedingssituaties als taxatie-instrument naarvoor geschoven. Vanuit het VK houden we rekening met mogelijke risicofactoren bij het slachtoffer (bv.leeftijd van het kind, specifieke kwetsbaarheden (bv. handicap, pleeg- of adoptiekind), ernst van de gemelde mishandeling Risicofactoren in het gezinssysteem (bv. sociaal isolement, partnermishandeling, regelmatig verhuizen, slechte algemene hygiëne, stress, verslaving(en), psychiatrische problemen, voorgeschiedenis van mishandeling, verwaarlozing of seksueel misbruik van andere kinderen in het gezin of van de ouder(s) zelf in zijn (hun) jeugd, ongewenste zwangerschap, sterke verschillen in opvoedingsstijl of –cultuur Beschermende elementen in de omgeving (bv. positie van de niet mishandelende ouder: al dan niet beschermend/ beschermende personen in de directe leefomgeving van het kind (grootouders, familie, …)/ beschermende professionele omgeving (bv. crisisopvang, ziekenhuisopname, …) Afhankelijk van deze eerste risicoinschatting wordt een gepaste interventie ondernomen, waarbij volgende factoren zeker moeten bekeken worden: Is er een onmiddellijke beveiliging van het (de) slachtoffer(s) nodig? Wat zijn de concrete mogelijkheden tot beveiliging (vanuit de directe omgeving of vanuit de hulpverlening)? Kan dit op vrijwillige basis of moet de situatie aangemeld worden bij de procureur des Konings (cfr. art. 458 bis van het SWB)? Op welke termijn moeten de verantwoordelijke ouder(s) en slachtoffer(s) gezien worden door externe hulpverleners of door het Vertrouwenscentrum Kindermishandeling? Elke melding wordt besproken op het meldingsteam dat 2x/week plaatsvindt. Tijdens dit multidisciplinair team wordt er stilgestaan bij de aanmelding en wordt een mogelijk advies of traject voor objectiveren besproken. Ook hier is het team belangrijk om het risico mee te helpen inschatten. Een melding kan dus resulteren in een advies of de keuze om vanuit ons centrum te objectiveren. Het objectiveren staat voor alle vormen van info-verzameling (RTC’s, telefonisch) die relevant zijn om een inschatting te maken van de AARD, de ERNST en de OMVANG van de gemelde mishandelingsproblematiek. Het objectiveren gebeurt op KT-MT en LT. Soms vragen we derden of HV om mee te helpen inschatten, eventueel op een actieve manier. Bv. CLB vragen om kind te zien, HA vragen om ouders aan te spreken bij volgend bezoek,… Indien er reeds een uitgebreid hulpverleningsnetwerk aanwezig is in het gezin, kan er beslist worden om dit netwerk te coördineren/ te coachen. Indien er vanuit deze fase ingeschat wordt dat we ook actief zullen tussenkomen, kan er beslist worden om een gesprek met de ouders, het kind of de pleger te plannen. Kinderen die seksueel misbruikt zouden zijn, worden vaak medisch gezien. Kinderen worden ook vaak gezien voor gesprek. Gemiddeld worden kinderen hier 1 – 3x gezien. De beslissing om kinderen al dan niet te zien is afhankelijk van de leeftijd van het kind, heeft het kind zijn verhaal al (volledig) aan iemand anders verteld,… Het team van VK-Westvlaanderen is opgesplitst in een ‘intaketeam’ en een ‘opvolgteam’. Schematisch kan gesteld worden dat het intaketeam voornamelijk belast is met het opnemen van meldingen, advies geven en het objectiveren. Indien de situatie van op afstand opgevolgd of gecoördineerd dient te worden, nemen zij dit ook op. Eenmaal er ingeschat wordt dat er een actieve tussenkomst vereist is, wordt het dossier doorgegeven aan het opvolgteam. Indien wenselijk, kan de medewerker uit het intaketeam betrokken blijven op het dossier tijdens de opvolgfase. De verantwoordelijkheid wordt doorheen het volledige proces gedeeld met de bestaande HV. MULTIDISCIPLINAIR INTAKETEAM MULTIDISCIPLINAIR OPVOLGTEAM GEDEELDE VERANTWOORDELIJKHEID HV

19 Multidisciplinair team
DIRECTEUR Luk Steemans ARTS PSYCHOLOOG- ORTHOPEDAGOOG- CRIMINOLOOG MAATSCHAPPELIJK WERK Roos Vergote SECRETARIAAT Jan De Keyser Lindsey Depauw Jozefien Calcoen Liesbet Tijsebaert Marie Vanhoutte Nathalie Ketels Lies Deryckere Virginie Devoogdt Léonie Dujardin Julie Lybeer Ginny Kerckhof Valérie Van den Steen Christel Depaepe

20 Het hulpverleningsproces
Objectiveren Het contacteren of samenbrengen van hulpverleners die rond het gemelde gezin staan: Inschatting maken Rekening houden met het (gedeeld) beroepsgeheim Identificatiegegevens en adres: 30 werkdagen

21 Het hulpverleningsproces
Kind-onderzoek 1. Medisch onderzoek Lichamelijke vaststelling van de mishandeling 2. Psychologisch onderzoek: Het persoonlijk verhaal van een kind.  Diagnostisch materiaal

22 Het hulpverleningsproces
Motiveren tot verandering en aanvaarden van hulp Drie kernprocessen: Benoemen van de mishandeling Aanklampende houding Het responsabiliseren en uitputten van de verantwoordelijkheid

23 Het hulpverleningsproces
Begeleiden en doorverwijzen Het VK biedt geen langdurige begeleiding. Uitzondering: wanneer effectief een meerwaarde in de hulpverlening Doorverwijzen naar de meest gepaste hulp!

24 Het Vertrouwenscentrum als gemandateerde voorziening

25

26 Het VK als gemandateerde voorziening
Verontrustende situaties Situaties waar de ontwikkelingskansen van de minderjarige bedreigd zijn Situaties waar de integriteit van de minderjarige aangetast is. Maatschappelijke noodzaak De kwalificatie die na onderzoek door een gemandateerde voorziening aan een verontrustende situatie wordt gegeven en die de noodzaak vastlegt om jeugdhulpverlening in te schakelen

27 Het VK als gemandateerde voorziening
Werken in en met verontrustende situaties is een gedeelde verantwoordelijkheid van alle jeugdhulpverleners Inschatten of hulp maatschappelijk noodzakelijk is en desgevallend opvolgen is de verantwoordelijkheid van de gemandateerde voorziening

28 Het VK als gemandateerde voorziening
Mandaat van de overheid Onderzoeken of hulp noodzakelijk is Om de ontplooiingskansen van de jongere te waarborgen Opvolgen en vanuit het mandaat blijven meekijken Binnen de buitengerechtelijke jeugdhulp Als scharnier op het continuüm vrijwillig – gedwongen. Buffer voor toegang tot het gerecht: prioriteit is om vrijwillige hulpverlening mogelijk te maken.

29 Het VK als gemandateerde voorziening
Twee gemandateerde voorzieningen: Het ondersteuningscentrum jeugdzorg. Het vertrouwenscentrum kindermishandeling. Dezelfde opdrachten: Ondersteuning van hulpverleners en voorzieningen in hun omgaan met verontrusting middels consult. Aanspreekbaar voor aanmeldingen van hulpverleners wanneer deze tegen grenzen aanlopen. Aanmelden bij het parket wanneer de kansen van de jongere niet meer gegarandeerd kunnen worden in het buitengerechtelijke kader.

30 Consult MANO Enkel voor professionele hulpverleners.
Op anonieme basis: de consultvrager is gekend maar geeft de identiteitsgegevens van de cliënt(en) NIET door. Kan gevraagd worden door iedere individuele hulpverlener; het hoeft niet vanuit een teambeslissing (i.t.t. een aanmelding)

31 Inhoud consult MANO Analyse van de verontrustende situatie: hoe beter de vraag gedocumenteerd is, hoe gerichter het consult (voorbereiden met het team?). Formuleren van werkhypothese. Mogelijkheden en beperkingen tot verdergaande diagnostiek/hulpverlening. Mogelijkheden en beperkingen om anderen in te schakelen. Kennis, mogelijkheden en grenzen van het deontologisch/juridisch kader. Anticiperen op eventuele hindernissen/belemmeringen in de uitvoerbaarheid van het advies en voorzien van alternatieven indien nodig.

32 Resultaat consult MANO
De reeds lopende hulp wordt voortgezet of uitgebreid (binnen de eigen voorziening en/of via inschakeling van derden) De consultvrager wordt geadviseerd om: Het cliëntsysteem door te verwijzen naar andere hulpverlening Rechtstreeks toegankelijke hulpverlening Niet rechtstreeks toegankelijke hulpverlening (via een A-document in te dienen bij de toegangspoort) Een melding te doen voor een actieve tussenkomst binnen de werking van het VK in de probleemgebonden hulp. Een aanmelding te doen bij een gemandateerde voorziening (OCJ of VK). Een aangifte te doen bij de Procureur de Konings (gebruik makend van art. 458bis van het SWB)

33 Het onderzoek MANO Drie manieren van aanmelding:
Aanvraag via M-document *. Interne doorstroming vanuit VK binnen de probleemgebonden hulp naar VK als gemandateerde voorziening. Kennisgeving van het Parket. * Binnen de 10 dagen na ontvangen van het M-document wordt het document al dan niet ontvankelijk verklaard!

34 Het onderzoek MANO Aantal aangemelde kinderen van 1maart tot op vandaag in de procedure ‘onderzoek MANO’: Via een M-document: 13 (vooral CLB en K&G) Via een interne doorschuiving: 19 Via een kennisgeving door het parket: 9

35 Het onderzoek MANO

36 kennisgeving parket/cliënt
Procesvoering bij de gemandateerde voorziening Parket Geen vrijwilligheid mogelijk kennisgeving parket/cliënt onderzoek case management Uitnodigen cliënt en aanmelder aanmelding Interveniërend Motivatiedocument: Wat zijn de krachten/lasten Wat heb je zelf al gedaan Waarom meld je aan Teambeslissing Cliënt geïnformeerd triade Inschatten maatschappelijke noodzaak Observerend Teambeslissing over hulpvoorstel en maatschappelijke noodzaak consult Advies Handvatten aanreiken

37 VK West-Vlaanderen 00800/97079 (gratis) of 050/34.57.57
Hoofdzetel Blankenbergsesteenweg 112 8000 Brugge Regiohuis Kortrijk Louis Robbeplein 5 2e verdieping, bus 22 8500 Kortrijk Regiohuis Roeselare Welzijnscentrum ‘Het Binnenhof’ Hoogstraat 98 8800 Roeselare – Rumbeke Regiohuis Veurne Dienstencentrum ‘De Zonnebloem’ Zuidstraat 67 8630 Veurne

38 Vertrouwenscentrum Kindermishandeling West-Vlaanderen
Vertrouwenscentra Kindermishandeling Vlaanderen


Download ppt "Je staat niet alleen."

Verwante presentaties


Ads door Google