Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528.

Presentatie over: "Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528."— Transcript van de presentatie:

1 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Welkom – Kerstzang 2012 Spreker:zr. L. Baron - Janssen Organist:br. R. Janssen Pianist:br. E. Korterink Koor:‘Voices’ Beamist:br. D.D. Rouwhorst

2 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

3 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Votum en zegengroet On-zehulpisindenaamvandeHE-RE, diehe-melenaar-dege-maaktheeft.A-men.

4 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

5 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 138: 1, 2, 4 1Komt allen tezamen, jubelend van vreugde: komt nu, o komt nu naar Bethlehem! Ziet nu de vorst der eng'len hier geboren. Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden die Koning.

6 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 138: 1, 2, 4 2De hemelse eng'len riepen eens de herders weg van de kudde naar 't schamel dak. Spoeden ook wij ons met eerbied'ge schreden! Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden die Koning.

7 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 138: 1, 2, 4 4O Kind, ons geboren, liggend in de kribbe, neem onze liefde in genade aan! U, die ons liefhebt, U behoort ons harte! Komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden, komt, laten wij aanbidden die Koning.

8 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

9 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 Groep a: 1Weet jij waarom Jezus hier op aarde kwam? En waarom Hij jouw zonden toen op zich nam? Groep b: Omdat Hij de wereld liefhad die zijn Vader schiep, en ons wilde redden uit onze nood zo diep. Allen: Dank zij de Heer!

10 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 Groep a: 2Weet jij wat de engel herders heeft verteld? En wat het hemelleger hun heeft gemeld? Groep b: God woont bij de mensen, je gelooft je oren niet. God heeft al je vragen veranderd in een lied. Allen: Dank zij de Heer!

11 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 Groep a: 3Weet jij wat de wijzen zagen in de ster? En waarom zij toen reisden zo lang en ver? Groep b: God zond hun een teken van de grote Koningszoon. Hij zal eeuwig heersen en vrede is zijn loon. Allen: Dank zij de Heer!

12 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 Allen: 4Jezus, onze Redder, wij aanbidden U. O, Koning van de wereld, wij prijzen U. Heel de schepping zucht tot U terug op aarde komt. Laat uw hand niet rusten, kom haastig Here, kom! Wij danken U!

13 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

14 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 1Weet jij waarom Jezus hier op aarde kwam? En waarom Hij jouw zonden toen op zich nam? Omdat Hij de wereld liefhad die zijn Vader schiep, en ons wilde redden uit onze nood zo diep. Dank zij de Heer!

15 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 2Weet jij wat de engel herders heeft verteld? En wat het hemelleger hun heeft gemeld? God woont bij de mensen, je gelooft je oren niet. God heeft al je vragen veranderd in een lied. Dank zij de Heer!

16 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 3Weet jij wat de wijzen zagen in de ster? En waarom zij toen reisden zo lang en ver? God zond hun een teken van de grote Koningszoon. Hij zal eeuwig heersen en vrede is zijn loon. Dank zij de Heer!

17 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 85: 1-4 4Jezus, onze Redder, wij aanbidden U. O, Koning van de wereld, wij prijzen U. Heel de schepping zucht tot U terug op aarde komt. Laat uw hand niet rusten, kom haastig Here, kom! Wij danken U!

18 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

19 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Psalm 98: 2, 3 2God heeft gedacht aan zijn genade, aan Israël zijn trouw getoond. De verste landen slaan het gade, hoe Hij zijn volk met heil bekroont. Kom met een lofzang voor de HERE, juich, aarde, juich van louter vreugd! Zing psalmen, onze God ter ere, breek uit in jubel, wees verheugd!

20 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Psalm 98: 2, 3 3Laat voor de HEER uw psalmen horen, brengt met de harp Hem lof en dank. Laat klinken bij uw tempelkoren trompetgeschal, bazuingeklank! Juicht voor de Koning, onze HERE. Komt, zeeën, zingt uw machtig lied! Zingt, landen, volken, wilt Hem eren, prijst onze God wiens heil u ziet.

21 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

22 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 1’t Was nacht in Bethlems dreven, een schone stille nacht. En trouwe herders bleven bij hunne kudde op wacht. En trouwe herders bleven bij hunne kudde op wacht. 2Zij hoopten saam, de vromen, zij wachtten immer voort of Jacobs ster zou komen naar ’t oud profetisch woord. Of Jacobs ster zou komen naar ’t oud profetisch woord. ’t Was nacht in Bethlems dreven

23 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 3En ja, juist in die stonde, in deze zelfde nacht, werd hun door Eng’lenmonden het blijde nieuws gebracht. Werd hun door Eng’lenmonden Het blijde nieuws gebracht. 4De Heiland is gekomen in Bethlems kleine stal. Die voor miljoenen vromen een Herder wezen zal. Die voor miljoenen vromen Een Herder wezen zal. ’t Was nacht in Bethlems dreven

24 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

25 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 In het duister van de nacht 1In het duister van de nacht werd Gods Zoon geboren. Herders in het veld op wacht hoorden eng’lenkoren. Juub’lend zongen zij hun lied: ‘Eer zij God, het is geschied’ Refrein: Laat de citer slaan, blaast de fluiten aan, laat de bel, laat de trom, laat de bel-trom horen: Christus is geboren.

26 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 In het duister van de nacht 2’t Grote nieuws werd doorverteld: ‘Christus is geboren!’ Lang geleden is ’t voorspeld, aan wie ’t wilde horen: Davids Zoon, zo lang verwacht, is door God op aard gebracht. Refrein: Laat de citer slaan, blaast de fluiten aan, laat de bel, laat de trom, laat de bel-trom horen: Christus is geboren.

27 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 In het duister van de nacht 3Blij en dankbaar vieren wij kerstfeest hier op aarde. Door Gods Zoon, Immanuël, heeft ons leven waarde. Juub’lend zingen wij ons lied: ‘Eer zij God, het is geschied!’ Refrein: Laat de citer slaan, blaast de fluiten aan, laat de bel, laat de trom, laat de bel-trom horen: Christus is geboren.

28 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

29 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Optreden koor ‘Voices’ Vrolijk zingen wij ons lied (Ding dong! merrily on high)

30 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Optreden koor ‘Voices’ It Came Upon the Midnight Clear

31 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Optreden koor ‘Voices’ Volheid van genade

32 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

33 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 139: 1, 3 1Komt, verwondert u hier, mensen, ziet, hoe dat u God bemint, ziet vervuld der zielen wensen, ziet dit nieuw geboren kind! Ziet, die 't woord is, zonder spreken, ziet, die vorst is, zonder pracht, ziet, die 't al is, in gebreken, ziet, die 't licht is, in de nacht, ziet, die 't goed is, dat zo zoet is, wordt verstoten, wordt veracht.

34 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 139: 1, 3 3O Heer Jesu, God en mense, die aanvaard hebt deze staat, geef mij wat ik door U wense, geef mij door uw kindsheid raad. Sterk mij door uw tere handen, maak mij door uw kleinheid groot, maak mij vrij door uwe banden, maak mij rijk door uwe nood, maak mij blijde door uw lijden, maak mij levend door uw dood!

35 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

36 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 82: 1-4 1Blaas de bazuin en sla de trom geboren is Gods kind! Laat alle klokken luiden gaan, kom zingend rond de kribbe staan, zijn koninkrijk begint, hosanna, hosanna, zijn rijk begint!

37 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 82: 1-4 2Blaas de bazuin, de loftrompet, en richt hoog op uw hoofd; de toekomst staat in deze ster, nu is de vrede niet meer ver, de dag die God belooft, hosanna, de dag die God belooft!

38 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 82: 1-4 3Blaas de bazuin - zijn zonnegloed laat niemand koud en kil. Hier is een mens die liefde doet, hier is God zelf in vlees en bloed - verwonder u, heel stil, hosanna, verwonder u, heel stil.

39 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 82: 1-4 4Blaas de bazuin en sla de trom en roep: Victoria! Geen leven is nu zonder zin, gegeven is: een nieuw begin - o zing halleluja, hosanna, o zing halleluja!

40 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

41 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 1Laat ieder het horen, dat eens werd geboren, de Redder der wereld, de Heer van 't heelal. De engelen meldden, in Efratha's velden, dat Hij werd geboren in Bethlehems stal.

42 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 Refrein: Komt laten wij eren, de Here der Heren, zo groot van ontferming en van gena. Want Hij wil ons geven, dicht bij Hem te leven. De Heiland der wereld, halleluja!

43 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 2En herders, zij kwamen bij 'n kribbe tesamen omringden eerbiedig het Kindeke teer. De flonk'rende sterre, riep wijzen van verre; zij knielden ontroerd bij het Kindeke neer.

44 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 Refrein: Komt laten wij eren, de Here der Heren, zo groot van ontferming en van gena. Want Hij wil ons geven, dicht bij Hem te leven. De Heiland der wereld, halleluja!

45 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 3In doeken gewonden, voor al onze zonden, ligt hier in een kribbe het Godd'lijk Kind. De sterre gaat stralen, voor wie moe van 't dwalen, bij 't wonder van Bethlehem vrede vindt.

46 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 Refrein: Komt laten wij eren, de Here der Heren, zo groot van ontferming en van gena. Want Hij wil ons geven, dicht bij Hem te leven. De Heiland der wereld, halleluja!

47 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 4Wil daarom niet klagen, maar dankbaar gewagen, van blijdschap en vrede, voor ons bereid. Van 't Kind dat het leven, weer glans heeft gegeven, Hem zij al de glorie in eeuwigheid.

48 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 523: 1-4 Refrein: (2x) Komt laten wij eren, de Here der Heren, zo groot van ontferming en van gena. Want Hij wil ons geven, dicht bij Hem te leven. De Heiland der wereld, halleluja! Halleluja!

49 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

50 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Kerstfantasie Muziekaal intermezzo

51 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

52 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 134: 1-3 1Eer zij God in onze dagen, eer zij God in deze tijd. Mensen van het welbehagen, roept op aarde vrede uit. Gloria in excelsis Deo, Gloria in excelsis Deo.

53 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 134: 1-3 2Eer zij God die onze Vader en die onze Koning is. Eer zij God die op de aarde naar ons toe gekomen is. Gloria in excelsis Deo, gloria in excelsis Deo.

54 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 134: 1-3 3Lam van God, Gij hebt gedragen alle schuld tot elke prijs, geef in onze levensdagen peis en vreê kyrieleis. Gloria in excelsis Deo, gloria in excelsis Deo.

55 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

56 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Optreden koor ‘Voices’ Het is gebeurt in Bethlehem

57 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Optreden koor ‘Voices’ Op Hem steunt mijn geloof

58 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

59 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 143: 1-3 1Stille nacht, heilige nacht! Davids Zoon, lang verwacht, die miljoenen eens zaligen zal, wordt geboren in Bethlehems stal, Hij, der schepselen Heer, Hij, der schepselen Heer.

60 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 143: 1-3 2Hulploos Kind, heilig Kind, dat zo trouw zondaars mint, ook voor mij hebt Ge U rijkdom ontzegd, wordt Ge op stro en in doeken gelegd. Leer me U danken daarvoor.

61 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Lied 143: 1-3 3Stille nacht, heilige nacht! Vreed' en heil wordt gebracht aan een wereld, verloren in schuld; Gods belofte wordt heerlijk vervuld. Amen, Gode zij eer!

62 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

63 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 528: 1-3 1Hoor de eng'len zingen d'eer van de nieuwgeboren Heer. Vreed' op aarde 't is vervuld: God verzoent der mensen schuld. Zing, o volken in het koor dat weerklinkt de hemel door. Zing het met een blijde stem voor het kind van Bethlehem. Hoor, de eng'len zingen d'eer van de nieuwgeboren Heer.

64 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 528: 1-3 2Hij die heerst in eeuwigheid, Zoon van de gerechtigheid. Van zijn vleug'len dalen neer licht en leven, altijd weer. Glorie aan de Zoon van God, mens geworden om ons lot, opdat wij van zonden rein nieuwgeboren zouden zijn. Hoor, de eng'len zingen d'eer van de nieuwgeboren Heer.

65 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Opwekking 528: 1-3 3Hoor de eng'len zingen d'eer van de nieuwgeboren Heer. Vreed' op aarde 't is vervuld: God verzoent der mensen schuld. Zing, o volken in het koor dat weerklinkt de hemel door. Zing het met een blijde stem voor het kind van Bethlehem. Hoor, de eng'len zingen d'eer van de nieuwgeboren Heer.

66 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

67 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 50 Ere zij God, ere zij God in de hoge, in de hoge. Vrede op aarde, vrede op aarde, in de mensen een welbehagen. Ere zij God in de hoge, ere zij God in de hoge. Vrede op aarde, vrede op aarde, vrede op aarde,

68 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Gezang 50 in de mensen, in de mensen een welbehagen, in de mensen een welbehagen, een welbehagen. Ere zij God, ere zij God in de hoge, in de hoge, in de hoge. Vrede op aarde, vrede op aarde, in de mensen een welbehagen. Amen, amen.

69 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

70 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Amen A-men,a-men,a-men.

71 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50

72 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50 Collecte Onkosten

73 Liturgie Ld.138: 1, 2, 4 Gz.85 Ps.98: 2, 3 ’t Was nacht in Bethlems dreven In het duister van de nacht Ld.139: 1, 3 Gz.82 Opw.523 Ld.134 Ld.143 Opw.528 Opw.529 Gz.50