Werkgroepinzichten
Deel 1. Inzichten van werkgroep ‘Integrale bekostiging jeugd’
Werkgroepinzichten Bekostiging is slechts één element in sturen Keuze voor bekostigingsmodel hangt af van visie op opdrachtgeverschap en beoogde marktordening Sturen op resultaat is belangrijk. Transparantie over resultaat is belangrijkste middel. Sturen via transparantie betekent een indirecte maar positieve financiële prikkel. Drie hoofdmodellen bekostiging Registratie op cliëntniveau is nodig in alle modellen Beheersing administratieve lasten via eenvoud Beheersing kosten kan op meerdere manieren
Bekostiging is slechts één element in sturing Preventie Toegang Definitie hulpverlening Geografische oriëntatie Regie op cliëntniveau Integraliteit hulpverlening Aansluiting derden Rolopvatting gemeente Organisatieniveau en samenwerking Keten- of netwerkregie Marktordening, toelating en inkoopmodel Sturingsfilosofie en bekostiging Risicoverdeling Implementatie- en transformatiestrategie Monitoring en (kwaliteits)toezicht Keuzevrijheid PGB Burgerparticipatie “Functioneel Ontwerp” Uitvoering (aanbieder) (potentiële) Cliënt Gemeente Bron: Significant
Opdrachtgeverschap: een breder perspectief Contractbeheer en controle gemeente contract of subsidieovereenkomst aanbieder Bijv.: wijkteam/toegang, huisartsen, onderwijs Thema’s: rolverdeling, samenwerking en feedback/controle Toegangscriteria beschikking Afhankelijk van stelsel Bijv.: ervaringen, tevredenheid, controle levering, inkoopafwegingen zorgovereenkomst convenant Afhankelijk van stelsel burger/ cliënt ‘enablers’ Alternatieve ‘checks & balances’
Naast bekostiging ook zachte prikkels mogelijk gemeente contract of subsidieovereenkomst aanbieder Economische prikkels (economische winst of verlies): Financiële incentives Bekostigingsvorm Duur overeenkomst Risicoverdeling, overige financiële afspraken Sociale prikkels (respect /waardering of afwijzing): Publicatie tevredenheidsonderzoek Contractbespreking, kwaliteitscontrole Keuze cliënt Informatievoorziening, wijkteam/toegang Morele prikkels (goed of fout gedrag): Publieke verantwoording Publiciteit goed of fout gedrag Bij opdrachtgeverschap veel aandacht voor deze prikkels… …en minder op deze prikkels Indeling van Levitt, S., 2005
Bekostiging hangt samen met visie op opdrachtgeverschap en beoogde marktordening Partnerschap Markt Beschikbaar-heid! Markt Noot: Terminologie in de matrix is afkomstig uit algemene inkoop. In sociaal domein zijn zachtere termen toegepast, maar onderliggende afweging is gelijk.
C: Sturen op resultaat is belangrijk – ongeacht bekostigingsmodel Gemeenten willen zich niet bemoeien met “hoe” maar wel sturen op resultaat; Betalen afhankelijk van resultaat is risicovol; Inzicht & transparantie over resultaat is sterkste sturing; Dit is impliciet ook financiële prikkel (via keuze van cliënten en contractering). Randvoorwaarde: Eenduidige taal. Ook Jeugdwet vraagt om outcomecriteria. VNG, NJI en branches zijn deze aan het ontwikkelen
Inzicht in outcome VNG is met Nji en aanbieders gestart om op een rij te zetten hoe deze outcomecriteria worden toegepast in verschillende sectoren: Uitval van cliënten; Tevredenheid van cliënten over het nut en effect van de jeugdhulp; Doelrealisatie van de hulp, uitgesplitst naar: De mate waarin cliënten zonder hulp verder kunnen; De mate waarin er na beëindiging geen nieuwe start jeugdhulp plaatsvindt; De mate waarin problemen verminderd zijn en/of zelfredzaamheid/participatie is verhoogd; De mate waarin overeengekomen doelen gerealiseerd zijn. Dit wordt op een rij gezet voor verschillende deelsectoren die onder jeugdwet vallen. De verbreding naar WMO lijkt logisch.
Inzicht in outcome (II) Noot: deze inzichten zijn afkomstig uit een andere werkgroep Outcome: ‘doeltreffendheid’, ‘nut’, ‘effect’ of ‘invloed’ (‘impact’). Twee soorten: 1. Indicatoren voor maatschappelijke outcome van jeugdbeleid; 2. Indicatoren voor de outcome van voorzieningen Bij jeugd zijn meest voor de hand liggende Uitval Cliënttevredenheid Doelrealisatie Onderscheid met output: het meten van productie, aantal hulptrajecten.
Inzicht in outcome (III) Inzicht in outcome zinvol ongeacht de wijze van bekostigen voor: Interne kwaliteitsverbetering bij aanbieders Het ‘goede gesprek’ tussen gemeenten en aanbieders Rechtstreekse koppeling van outcome met bekostiging komt weinig voor. Bovendien is dit onwenselijk omdat: als beleidsinformatie heeft financiële consequenties heeft kan betrouwbaarheid afnemen; doelgroepen zijn nu nog onvoldoende vergelijkbaar en daarmee ook de outcome, zodat outcome geen betrouwbare grondslag is voor bekostiging.
D: Drie hoofdmodellen bekostiging Taakgerichte bekosting Budget per aanbieder Taak of opdracht staat centraal, Gesprek over resultaat. Inspannings-bekostiging Alle geleverde inspanning wordt betaald; Eventueel met plafond per aanbieder. Outputgerichte bekostiging Betaling voor (integraal) arrangement per cliënt. Voorbeeld: Utrecht Hollands Kroon Voorbeeld: West Brabant West Rotterdam Voorbeeld: Advies aan Amsterdam Jeugd
Taakgerichte bekostiging Gemeente stuurt op partnerschap met geselecteerde en bij voorkeur lokale aanbieders die vooraf duidelijkheid krijgen over budget. In beginsel is de markt daarmee gesloten. Acceptatieplicht is belangrijke leveringsvoorwaarde; Doorbreken van het p*q-denken. Sturing gebeurd op toegevoegde waarde in gesprekken met aanbieders. Wat zijn principiële keuzes? Bekostigingsmodel met vooraf bepaald budget geeft ruimte aan professional en innovatie; (+) Acceptatieplicht icm samen zoeken naar passend aanbod voor cliënt is prikkel om samen schaarse middelen te verdelen; (+) Aanbieders kunnen tactisch inzetten op onder- of overbenutting. (-) Wat zijn de prikkels (voor- en nadelen)? Hoewel budget vastligt, heeft gemeente veel informatie nodig over geleverde zorg etc. Deze monitorinformatie is nodig voor accountgesprekken, budgetdiscussies en inkoopcyclus; Belangrijkste ontwikkelpunt: systeem van monitoring en resultaatsturing. Wat zijn condities / randvoorwaarden?
Inspanningsgerichte bekostiging Iedereen die zich kwalificeert krijgt raamovereenkomst. De markt is open; Voorkomt zorgcarrousel : alle inspanning voor gerechtigde cliënten wordt betaald; Sturing vooral achteraf: op informatie via de facturen en ervaringen van verwijzers en cliënten. Wat zijn principiële keuzes? Vrijheid professional om te doen wat nodig is cf professionele standaarden; (+) Risico opdrijving van volume- en kwalificaties. (-) Wat zijn de prikkels (voor- en nadelen)? Budgetbeheersing en resultaatsturing inrichten naast de bekostiging, bijvoorbeeld via wijkteam; Sterk informatiegedreven inkoop die ervaringen ‘meeneemt’ van verwijzers en cliënten; Belangrijkste ontwikkelpunt: eenduidige bekostigingstaal. Wat zijn condities / randvoorwaarden?
Outputgerichte bekostiging Voorkom de ‘zorgcarrousel’ door stimuleren van integrale aanpak rond zorgbehoefte. Arrangementen worden geformuleerd rond intensiteit van zorgbehoefte en beoogde resultaat voor een cliënt. Arrangement is tevens basis voor betaling van aanbieder. Aanbieders hebben acceptatieplicht, maar zijn vrij te kiezen hoe de hulp/zorg te leveren. Sturing gebeurd in periodiek gesprek over resultaatgebieden. Wat zijn principiële keuzes? Vrijheid voor professional om te doen wat nodig is, cf professionele standaarden; (+) Samenwerking tussen aanbieders; (+) Onduidelijkheid over prestaties en leveringsvoorwaarden kan leiden tot discussie over levering van prestaties; (-) Wat zijn de prikkels (voor- en nadelen)? Formuleren van prestaties vraagt intensief traject met aanbieders; In plaats van controle levering is intensief accountmanagement nodig rond resultaten; Belangrijkst ontwikkelpunt: informatie rond prestatie indicatoren. Wat zijn condities / randvoorwaarden?
E: Registratie op cliëntniveau is in alle modellen nodig Voor Jeugdwet (woonplaatsbeginsel) is registratie op cliëntniveau nodig. Noot: Veel aanbieders doen dit al, maar dit was niet in alle ‘oude’ stelsels een vereiste. De mate waarin gemeente hierin inzicht in of verantwoording over wil hebben hangt af van bekostigingsmodel: Taak: aantal cliënten (in- door- en uitstroom) Inspanning: gedetailleerd activiteiten per cliënt Output: aantal cliënten
F: Beheersing administratie lasten Diverse soorten verantwoording Advies: Harmoniseer tussen gemeenten en streef naar eenvoud ! Productieverantwoording : zie vorige slide Resultaatverantwoording : (gemiddelde) score outcome-criteria Beleidsinformatie : gebruik aanlevering CBS (volgende slide) Monitoring : uitnutting budget > aansluiten op productieverantwoording
Gebruik maken van CBS beleidsinformatie Jeugdhulpaanbieders en GI’s verplicht in Jeugdwet beleidsinformatie bij CBS aan te leveren Geografische rapportages via Statline en gemeentelijke monitor sociaal domein Ook te gebruiken als basis voor beleidsinformatie vanuit aanbieders, voor: type jeugdhulp, doorlooptijden, verwijzers, uitval, cliëntkenmerken.
G: Beheersing kosten kan op meerdere manieren