1 CCC & CCM – Mod2 JACM Juridische Aspecten Credit Management H6. Beperkte rechten H7. De verbintenis in het algemeen H8. Nakoming en niet-nakoming
Hoofdstuk 6 Beperkt zakelijke rechten Recht is niet gekoppeld aan een persoon maar aan een zaak Erfdienstbaarheid (art.5:70 BW) Dienende erf Heersende erf Verplichting om iets te dulden / niet te doen Geen verplichting om iets te doen o Uitz.: onderhoud erfdienstbaarheid (bijv. onderhoud voetpad) 2
Hoofdstuk 6 Erfpacht (art.5:85 BW) Houden en gebruiken van een onroerende zaak (art.5:85 BW) Erfpachter heeft zelfde genot van de zaak als de eigenaar (art.5:89 BW) Betaling jaarlijkse pachtsom (canon) Rechten en plichten erfpachter EN eigenaar gaan automatisch over bij vervreemding 3
Hoofdstuk 6 Opstal (art.5:101 BW) Eigenaar grond = eigenaar van alles wat zich daar in / op bevindt (art.5:20 BW) Recht van opstal = recht op, in, of boven de onroerende zaak van een ander gebouwen, werken of beplanting te mogen hebben o M.a.w.: onroerende zaak en opstal worden gescheiden Recht / plichten van eigenaar en ‘opstaller’ gaan automatisch over op verkrijger 4
Hoofdstuk 6 Vruchtgebruik (3:201 BW) Strekt zich uit tot o Gebruik en genieten van de vruchten van o alle goederen van een ander (= zaken en vermogensrechten) Vestiging recht van vruchtgebruik o Vestiging. o Geldige titel o Beschikkingsbevoegde (zie art.3:83 BW e.v.) Verjaring (zie art.3:99 BW) 5
Hoofdstuk 6 V R A G E N ? 6
Hoofdstuk 7 Verbintenis = Een vermogensrechtelijke rechtsbetrekking tussen twee (of meer) personen, waarbij de één verplicht is tot een bepaalde prestatie tegenover de ander die tot de prestatie gerechtigd is. Vorderingsrecht Schuld AB Schuld Vorderingsrecht 7
Hoofdstuk 7 Ontstaansbronnen van verbintenissen: de wet bronnen waarnaar de wet verwijst het stelsel van de wet Belangrijkste bron: de overeenkomst een overeenkomst komt tot stand door een aanbod en de aanvaarding daarvan Zie art. 6:217 BW 8
Hoofdstuk 7 Inhoud van verbintenissen: bepaald door de bron waaruit zij is ontstaan, de regels van het ongeschreven recht, en de eisen van redelijkheid en billijkheid. Overgangsgebied: precontractuele fase Werking van de redelijkheid en billijkheid: aanvullende werking beperkende werking 9
Hoofdstuk 7 Natuurlijke verbintenissen = Verbintenissen die niet in rechte afdwingbaar zijn. (D.w.z.: de schuldeiser is niet bevoegd een rechtsvordering in te stellen teneinde de schuldenaar tot nakoming te dwingen.) 2 gevallen: een verbintenis is niet afdwingbaar o.g.v. wet of rechtshandeling (vb. verjaring) Voldoen aan dringende morele verplichting Vb. HR 12 maart 1926: Goudse bouwmeester) 10
Hoofdstuk 8 Een verbintenis is gericht op het verrichten van de prestatie door de debiteur (nakoming). Rechtsmiddelen bij niet-nakoming van een verbintenis: I. nakoming vorderen II. eigen verbintenis opschorten III. schadevergoeding vorderen IV. overeenkomst ontbinden 11
Hoofdstuk 8 I. Nakoming vorderen Geen vordering tot nakoming: de verbintenis bestaat niet (meer) de verbintenis is nog niet opeisbaar de schuldenaar beroept zich op een opschortingsrecht nakoming is tijdelijk of blijvend onmogelijk 12
Hoofdstuk 8 II. Eigen verbintenis opschorten Opschorting van de nakoming: algemeen afgifte zaken – retentierecht verbintenis uit wederkerige overeenkomst 13
Hoofdstuk 8 Vereisten voor opschorting: over en weer elkaars schuldenaar tekortkoming voldoende samenhang Geen bevoegdheid tot opschorting: nakoming is blijvend onmogelijk 14
Hoofdstuk 8 III. Schadevergoeding vorderen Voorwaarden (art. 6:74 BW): 1. tekortkoming in de nakoming 2. toerekenbaar 3a) blijvend onmogelijk 3b) verzuim 4. schade ontstaan door tekortkoming 5. schade lijden 15
Hoofdstuk 8 (1) Tekortkoming: niet-tijdige nakoming ondeugdelijke nakoming definitieve niet-nakoming (2) Toerekenbaarheid van de tekortkoming: Toerekenbaar tenzij: overmacht 16
Hoofdstuk 8 (3 a en b) Blijvende onmogelijkheid of verzuim: Nakoming is blijvend onmogelijk > direct in verzuim (art. 6:81 BW) Nakoming is niet blijvend onmogelijk dan o ingebrekestelling (art. 6:82 BW) + o redelijke termijn om alsnog na te komen > daarna in verzuim 17
Hoofdstuk 8 Verzuim zonder ingebrekestelling (art. 6:83 BW): na verstrijken termijn het betreft schadevergoeding wegens onrechtmatige daad of wanprestatie uit een mededeling mag de schuldeiser opmaken dat de schuldenaar tekort zal schieten 18
Hoofdstuk 8 (4) Schade en causaal verband: Causaal verband: de schade is het gevolg van de tekortkoming (art. 6:74 BW) Omvang van de schade: toerekening naar redelijkheid (art. 6:98 BW) 19
Hoofdstuk 8 (5) Soorten schade: Vertragingsschade Gevolgschade Vervangende schadevergoeding 20
Hoofdstuk 8 Niet-toerekenbaarheid van de tekortkoming: overmacht o de tekortkoming is niet te wijten aan schuld o geen risico krachtens wet, rechtshandeling of verkeersopvattingen 21
Hoofdstuk 8 Risico op grond van de wet: gedragingen van hulppersonen (art. 6:76 BW) gebruik van ongeschikte zaken (art. 6:77 BW) onmogelijkheid van nakoming tijdens verzuim (art. 6:84 BW) Risico krachtens rechtshandeling: garanties exoneratie 22
Hoofdstuk 8 Risico krachtens verkeersopvattingen: voorzienbaar persoonlijke omstandigheden Gevolgen van overmacht: geen recht op schadevergoeding geen recht op nakoming en beperkt recht op opschorting wel recht op ontbinding 23
Hoofdstuk 8 Gevolgen van ontbinding: Toekomst: verval van de overeenkomst Verleden: geen terugwerkende kracht geen goederenrechtelijk effect wel ongedaanmakingsverbintenissen 24
Hoofdstuk 8 IV. Overeenkomst ontbinden: Vereisten voor ontbinding (art. 6:265 BW): wederkerige overeenkomst tekortkoming verzuim, tenzij de tekortkoming niet toerekenbaar is, of het betreft een tijdelijke of blijvende onmogelijkheid een schriftelijke ontbindingsverklaring of een rechterlijke uitspraak 25
Hoofdstuk 8 Gevolgen van gedeeltelijke ontbinding: specifiek bepaald per geval duurovereenkomsten: ontbinden voor de toekomst Ongedaanmakingsverbintenissen: teruggave waardevergoeding 26
Hoofdstuk 8 VRAGEN ? 27