Onderzoek doen een methodische aanpak
oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren Voorbereiden (OVUR) Je hebt het onderwerp verkend en afgebakend. Je kunt je onderzoek verder richten door een goede onderzoeksvraag te stellen. De onderzoeksvraag verwoordt de bedoeling van je onderzoek. Met je onderzoek wil je iets achterhalen. Je wilt te weten komen: wat er precies gebeurt/gebeurd is hoe het komt dat … wat er nodig is om … of het waar is dat … … oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren Voorbereiden (OVUR) hoofdvraag en deelvraag formuleren (4) onderzoeksplan uitwerken (5) tijdsplan en logboek bijhouden (6) oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
4 Hoofdvraag en deelvragen formuleren (1/4) Een goede onderzoeksvraag is verankerd. Het centrale onderwerp/probleem kan door verschillende brillen bekeken worden. Met welke blik kijkt de onderzoeker? Deze keuze bepaalt welke kennis nodig is om de onderzoeksvraag te beantwoorden. Het is ook duidelijk wat de vooronderstellingen zijn van de onderzoeker, m.a.w. wat neemt de onderzoeker bij de start van het onderzoek aan voor waar. oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
4 Hoofdvraag en deelvragen formuleren (2/4) Een goede onderzoeksvraag is relevant. De onderzoeker kan uitleggen waarom deze vraag en het antwoord op die vraag belangwekkend is: voor hemzelf/haarzelf voor anderen oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
4 Hoofdvraag en deelvragen formuleren (3/4) Een goede onderzoeksvraag is precies. Een precieze onderzoeksvraag maakt duidelijk waarover de onderzoeker uitspraken wil doen ( = zijn/haar onderzoeksdomein). Het is dus duidelijk wat de elementen zijn die je wilt onderzoeken. Het is duidelijk over welke kenmerken (variabelen) van je onderzoeksdomein je uitspraken wilt doen. oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
4 Hoofdvraag en deelvragen formuleren (4/4) Een goede onderzoeksvraag is functioneel. Een onderzoeksvraag kan verschillende functies hebben: bv. beschrijven, verklaren, definiëren, evalueren… Deze functie bepaalt de weg die je zult volgen naar je antwoord: Uit welke deelvragen bestaat mijn onderzoeksvraag? In welke volgorde zet ik die deelvragen? oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
5 Onderzoeksplan uitwerken (1/2) Een onderzoeker werkt doelgericht. Wie doelgericht werkt weet: wat hij wil weten waarom hij dat wil weten hoe hij dat te weten zal komen oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
5 Onderzoeksplan uitwerken (2/2) Een goed onderzoek vraagt een goed onderzoeksplan. Dit onderzoeksplan kun je zien als je boekhouding waarin je duidelijk maakt: wat je van plan bent waarom je het zo aanpakt wat je van die aanpak verwacht oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren
6 Tijdsplan opstellen en logboek bijhouden Een goed onderzoek vraagt ook een goed tijdsplan: Een goed tijdsplan geeft een overzicht van: de verschillende activiteiten een planning van de activiteiten een taakverdeling (bij groepswerk) oriënteren voorbereiden uitvoeren rapporteren reflecteren