Burgerlijke letterkunde Opkomst burgerij/derde stand in dertiende eeuw Tot derde stand behoren bijvoorbeeld kooplieden, geldschieters, grootgrondbezitters woonachtig in grote stenen huizen in de stand en de snelle stijgers op de maatschappelijke ladder uit het gildewezen
Didactische kunst De burgerlijke kunst wil boven alles leerzaam te zijn. De opkomende burgerij wil kennis verwerven. Burgerij is voor scholing niet langer afhankelijk van de kloosterscholen, zij sticht zelf stadsscholen. Fachliteratur Dit is didactische literatuur op rijm zonder echte artistieke pretenties
Jacob van Maerlant (1) Jacob van Maerlant werd rond 1220 in Brugge geboren. Hij was een tijd koster in Maerlant bij Brielle. In die tijd schreef hij in opdracht van o.a. Albrecht van Voorne Britse ridderromans als Torec en Merlijn en klassieke ridderromans als Alexanders Gheesten en De historie van Troyen. Rond 1266 ging hij naar Damme, de voorhaven van Brugge. Daar schreef hij didactische werken : ‘no favelen, no boerden maar nutscaep ende waer’ Hij had een blind geloof in Latijnse bronnen, hij verwierp de Franse bronnen: ‘die valsche walschen poeten die rimen meer dan si weten’/ ‘wat walsch is, vals is’
Jacob van Maerlant (2) Werken: Spiegel Historiael , d.i. een wereldse geschiedenis vanaf Adam en Eva tot en met de middeleeuwen, onvoltooid gebleven, ca 91.000 regels Der naturen bloeme , d.i. een biologieboek over planten, dieren, enzovoorts Rijmbijbel, d.i . Een navertelling van de Bijbelse geschiedenis
Jacob van Maerlant (3) Het leven van Sinte Franciscus , d.i. een hagiografie, een heilgenleven Strofische gedichten als : Der kercken Claghe Vanden landen van oversee Wapene Martijn
Navolgers van J. van Maerlant Dirc Potter, Der minnen loep Jan van Boendale, Der leken spieghel en Brabantsche Yeesten Melis Stoke, Rijmkroniek van Holland Lodewijk van Velthem, voortzetting van Spieghel Historiael (o.a. over de Guldensporenslag van 11 juli 1302)