School, strain en jeugddelinquentie: een toets van Agnews contextuele General Strain Theory dr. Hanne Op de Beeck Prof. dr. Lieven Pauwels Prof. dr. Johan Put
Inleiding Contextuele invloeden rol van buurt is klein (o.m. Pauwels, 2007) voor jongeren: belang van school (Gottfredson, 2001) Agnews General Strain Theory rol van ‘strain’
General Strain Theory (GST) Strain als centrale oorzaak voor delinquentie confrontatie met negatieve stimuli verlies van positieve stimuli niet kunnen bereiken van doelen Rechtstreeks verband (strain als directe motivatie): delinquentie als ‘uitlaatklep’ of ‘oplossing’ voor negatieve emoties Onrechtstreeks verband (chronische strain): strain verzwakt bindingen, verhoogt de kans op levensstijlrisico’s… stresserende’ ervaringen die negatieve emoties teweeg brengen. Vb. armoede, verlies, slachtofferschap…
Macro General Strain Theory (MST) Hoge concentraties van strain op schoolniveau – grotere individuele kans op delinquentie Compositie-effect: scholen trekken individuen aan die strain ervaren Contextueel effect: scholen met een hoge concentratie aan strain beïnvloeden ‘nieuwkomers’ strain op schoolniveau verhoogt de kans op individuele strain, wat dan weer de kans op delinquentie zou vergroten
MST op schoolniveau: huidige studie H1: Variantie op schoolniveau in jeugddelinquentie is significant H2: Strain op schoolniveau is significant gerelateerd aan delinquentie op individueel niveau (ook na controle op demografische variabelen) H3: Het verband tussen strain op schoolniveau en delinquentie op het individuele niveau wordt gemedieerd door individuele strain
Schematische voorstelling hypothesen NIVEAU 1 NIVEAU 2 School strain Gemiddelde levenstevredenheid, gemiddelde toekomstverwachtingen en gemiddelde negatieve affectiviteit op schoolniveau Individuele strain Levenstevredenheid, toekomstverwachtingen en negatieve affectiviteit Individuele delinquentie ‘Algemene’ delinquentie en geweldsdelinquentie Individuele achtergrondkenmerken Geslacht, leeftijd, onderwijsvorm, opleidingsniveau ouders, tewerkstellingsstatus ouders Rechtstreeks effect Onrechtstreeks effect
De JOP-monitor Brussel Scholenonderzoek in 2010, beperkt tot leerlingen in het Nederlandstalig secundair onderwijs schriftelijke vragenlijst individueel in de klas ingevuld met aanwezigheid van een veldwerker 76% van de Nederlandstalige secundaire scholen werkten mee aan het onderzoek (32 van de in totaal 42 scholen) random selectie van de bevraagde klassen op basis van studiejaar en onderwijsvorm uiteindelijke responsgraad van 89% (N=2513)
De JOP-monitor Brussel Praktische en methodologische beperkingen van het onderzoeksdesign Enkel jongeren in het Nederlandstalig secundair onderwijs, niet de jongeren in het Franstalig onderwijs + mogelijk groot aantal jongeren niet uit Brussels Gewest zelf (bleek uiteindelijk om 30% van de respondenten te gaan) Enkel schoolplichtige jongeren (dus beperking tot ± 20 jaar) Relatief beperkte tijdsduur van de afname van de vragenlijst (één lesuur) Probleem van taalkennis: officiële cijfers geven aan dat in 2009- 2010 slechts 36% thuis Nederlands spreekt met moeder
Evolutie % ontbrekende antwoorden: 14-18 jarigen 0,00 5,00 10,00 15,00 20,00 25,00 30,00 35,00 40,00 45,00 1 21 41 61 81 101 121 141 161 181 201 221 241 261 281 301 321 341 361 381 401 item % Ontbrekend
De JOP-monitor Brussel Profiel van de ‘slechte invullers’: - Thuistaal: geen Nederlands - Onderwijsvorm: vooral bso - Leeftijd: jongere respondenten - Woonplaats: Brussel Opzet liet ons wel toe een bepaalde subgroep te bevragen die in andere studies met een ander design veelal wordt gemist: betere ‘dekking’ van de volledige populatie dan eerdere studies die een andere methode hanteerden
Resultaten H1: variantie op schoolniveau Lage percentages! 4.5% ‘algemene’ delinquentie 7.5% geweldsdelinquentie
Resultaten H2: verband schoolstrain en individuele delinquentie ‘algemene’ delinquentie: geen effect geweldsdelinquentie: significant effect van toekomstperspectief op schoolniveau en betere ‘model fit’ controle voor achtergrondvariabelen: een deel van de schoolvariantie in zowel algemene als geweldsdelinquentie wordt verklaard door geslacht en onderwijsvorm (compositie-effect) het sterke verband tussen toekomstperspectief op schoolniveau en geweldsdelinquentie blijft echter ongewijzigd. Maar: we weten dat delinquentie een multi-oorzakelijk fenomeen is + ook de meeste andere studies naar schoolinvloeden vinden eerder lage percentages. Enkel zeer klein effect van negatieve affectiviteit op schoolniveau. De andere twee schoolvariabelen zijn niet significant. Bovendien levert het toevoegen van deze variabelen nauwelijks meerwaarde aan het model. Vandaar: 'geen effect‘ Jongens en jongeren uit bso plegen meer delinquentie. Scholen die meer jongens hebben of die vooral bso-richtingen aanbieden, zullen daarom een hogere concentratie aan delinquentie hebben.
Resultaten H3: mediërend effect individuele strain Negatieve affectiviteit op individueel niveau is significant gerelateerd aan beide delinquentievariabelen Zowel levenstevredenheid als toekomstperspectief op individueel niveau is gerelateerd aan ‘algemene’ delinquentie, maar het effect is klein Individuele strainvariabelen verbeteren het model voor beide delinquentievariabelen Het verband tussen toekomstperspectief op schoolniveau en delinquentie blijft onveranderd
Resultaten ‘algemene’ delinquentie NIVEAU 1 NIVEAU 2 Individuele strain Levenstevredenheid, toekomstverwachtingen en negatieve affectiviteit Individuele delinquentie ‘Algemene’ delinquentie Individuele achtergrondkenmerken Geslacht, onderwijsvorm Rechtstreeks effect Onrechtstreeks effect
Resultaten ‘geweldsdelinquentie’ NIVEAU 1 NIVEAU 2 School strain Gemiddelde toekomstverwachtingen Individuele strain Negatieve affectiviteit Individuele delinquentie Geweldsdelinquentie Individuele achtergrondkenmerken Geslacht, onderwijsvorm Rechtstreeks effect Onrechtstreeks effect
Discussie Net als in andere studies (vb. Oberwittler, 2004) wordt een schooleffect gevonden voor geweldsdelinquentie, maar niet voor ‘algemene’ delinquentie Cf. Pelleriaux (2001): negatieve toekomstverwachtingen op schoolniveau gaan samen met angst en conservatieve gevoelens op individueel niveau
Discussie Het effect van negatieve toekomstverwachtingen op schoolniveau wordt niet gemedieerd door individuele strain Mogelijke verklaringen: Rechtstreeks effect (cf. Brezina et al., 2001) Onrechtstreeks effect via andere mechanismen, zoals een grotere geweldstolerantie (cf. Op de Beeck & Put, 2011) Rol geslacht en onderwijsvorm. Vormt de onderverdeling in onderwijsvormen een belangrijker segregatiemechanisme dan louter schoollocatie of –omkadering?
Besluit Schooleffecten bestaan maar blijven beperkt. Cf. andere Vlaamse studies (Pauwels, 2010; Vynckier & Pauwels, 2010) Schooleffecten blijven mogelijk ‘hangen’ binnen de schoolmuren De resultaten tonen de meerwaarde van een strainperspectief op schoolniveau in de studie van geweld, maar er moet gezocht worden naar alternatieve mechanismen
Bedankt Vragen of opmerkingen: Hanne.opdebeeck@keki.be Hanne.opdebeeck@law.kuleuven.be