§ 1.3 Veranderende natuurlijke omstandigheden Wonen in Nederland § 1.3 Veranderende natuurlijke omstandigheden
Klimaatverandering De waterhuishouding van Nederland is erg ingewikkeld. In de toekomst zal de waterhuishouding gaan veranderen met het oog op klimaatverandering. Een van de verwachte veranderingen is de hoeveelheid neerslag. Het neerslagregiem verandert: Meer schommelingen in de neerslag verspreid over een jaar. Het KNMI doet de volgende voorspelling voor Nederland: (zie klimaatscenario’s) Uiteindelijk zal er een opwarming plaatsvinden deze eeuw tussen de 1 en 6 graden Celsius.
Klimaatverandering: Zeespiegelstijging Toename temperatuur betekent toename zeespiegel: Afsmelten Landijs en gletsjers Thermische expansie water
Gevolgen voor NL? Gebieden die lager liggen dan Zeespiegelniveau Daardoor heeft het zeewater de neiging om het land binnen te dringen ( oa kwelwater) Dit leidt tot verzilting!
Bodemdaling Een ander groot probleem bij NL, is dat het ten opzichte van de zeespiegel steeds lager komt te liggen. Dit komt door bodemdaling: Bodemdaling heeft verschillende oorzaken: Tekort sedimentatiemateriaal Inklinking bodem Veenoxidatie Aardgaswinning Kanteleffect (dalingsgebied – geosynclinalen)
1.Tekort sedimentatiemateriaal Vroeger overstromingen sedimentafzettingen Dit compenseerde de natuurlijke bodemdaling! Tegenwoordig uiterwaarde vol met sedimenten daardoor sneller overstromingen!
2. Inklinking bodem Wat is kenmerkend aan Zeeklei en Veen? Houden goed water vast En wat doen de Nederlanders? Het water wegpompen (verlaging waterstand) Daardoor moet de bodem zich overnieuw zetten en zakt in! (inklinking bodem)
3.Veenoxidatie Wat is Veen? Waarom is het brandbaar? Dode plantenresten Dit is brandbaar materiaal als je het laat drogen (turf) Waarom is het brandbaar? Hoger C (koolstof) gehalte. Koolstof ontstaat door verstikking. Als je het waterpeil verlaagt, kan het materiaal niet verstikken en ontsnapt de Koolstof (dit komt oa door blootstelling aan zuurstof). Het materiaal sterft af en de bodem zakt verder in.
Haarlemmermeer (polder): Door veenafgravingen ontstaan!
4.Aardgaswinning
5. Kanteleffect (geosynclinale) Vroeger glacialen en interglacialen Laatste glaciaal IJskap op Scandinavisch Hoogland
5. Kanteleffect (geosynclinale) Vroeger glacialen en interglacialen Laatste glaciaal IJskap op Scandinavisch Hoogland Door al dat gewicht (paar km aan ijs) werd het land naar beneden gedrukt. Als een soort wip werd Nederland omhoog geworpen. Nu het ijs weg is, komt Scandinavië weer langzaam omhoog en zakt NL langzaam naar beneden. Dit heeft te maken met magmastromen (die wegtrekken van de dalingsgebieden [geosynclinale] naar de omhoogkomende gebieden, waar anders lege holtes onder het gebied zouden ontstaan!
Dan blijf ik met 1 vraag achter: Waarom daalt Oost-NL niet?
Dan blijf ik met 1 vraag achter: Waarom daalt Oost-NL niet? Alpen worden nog steeds elk jaar hoger, want Afrika blijft tegen Europa aanduwen. Daardoor worden oude gebergte ook mee opgeduwd, waaronder de Ardennen Opheffing! + Noordzee gevuld met water
Gevolgen voor de rivierafvoer De klimaatverandering + de zeespiegelstijging + bodemdaling hebben gevolgen voor afvoer van de Nederlandse rivieren. Het belangrijkste gevolg is, dat de hoeveelheid neerslag (lees: regiem) onregelmatiger wordt. (zie klimaatscenario’s).
Veranderende neerslag Klimaatverandering heeft dus ook gevolgen voor onze rivieren In de winter meer neerslag (dus meer afvoer) In de zomer minder neerslag (dus minder afvoer) Dit zal problemen opleveren voor de veiligheid, boeren en scheepvaart! Maar denk ook aan de duurste werkloze van Brabant Koeltoren Amercentrale Mag warm water niet zomaar lozen in de rivier, daarvoor dient de koeltoren
Problemen in de toekomst: Winter: Meer kans op verhoogde piekafvoeren in de Rijn en Maas Dit kan leiden tot overstromingen! Om overstromingen te voorkomen word een veilige dijkhoogte bepaald. Die dijkhoogte is afhankelijk van de economische afhankelijkheid van een gebied, in combinatie met het aantal mogelijke slachtoffers. (en de maatgevende afvoer)
Maatgevende afvoer Maximale hoeveelheid water die een rivier nog veilig kan verwerken voordat het rivierengebied overstroomt. Voor de Rijn is dit 16.000 m3/sec Rijn nu: 800 m3/sec (25 nov 2011) Voor de Maas is dit 3800 m3/ sec
Voor nu: Lees de tekst hoofdstuk 1 Maak opdracht … tm … Paragraaf 1 t/m 3 Maak opdracht … tm … OF ga samenvatten OF ga aan de gang met PWS