Klinische vaardigheden

Slides:



Advertisements
Verwante presentaties
Startbijeenkomst Leren Leren in een professionele oefencultuur
Advertisements

“IK KRIJG HET NIET UIT MIJN HOOFD”
De Veilig in elke Vezel campagne is een initiatief van VERAS en VVTB ter bevordering van de veilige verwijdering van asbest in Nederland. Deze campagne.
Een vrouw te zijn.
De Drama Driehoek.
3 x opvoeden 12 april Effecten van belonen en straffen
De Vrouw Toen God de vrouw schiep was hij nog laat bezig op de 6e dag.
Sociaal emotionele ontwikkeling en groepsgedrag
Provincie Limburg Workshop mentorschap 17/5/2013
Samen bouwen aan zelfvertrouwen
….een korte presentatie
Dialoogdag Ouderswerking Vlaams-Brabant
Heb het goed hou het goed Corrie Blijdorp De Driehoek
Risico’s en gevaren van techniek
Opnieuw Steeds opnieuw ben ik andere aspecten van
Loverboys.
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn, maar dat wìj verantwoorde- lijk zijn voor wie.
Hogescholen in Dialoog
Verbonden.
Zes uitgangspunten voor een goed pedagogisch klimaat
F1: basis-vaardigheden: echtheid
De theorie van de dramadriehoek
Iedereen coach naar Jef Clement.
Welkom op onze thema-avond
SOCIALE COMPETENTIE Jacqueline Blaak-Venneman.
Psychotherapie en armoede
Interpreteren van data
MENSELIJKE ONTWIKKELING OUDER-KIND RELATIE 0 – 3 JAAR
Een theoretische verkenning
Conflicten! Lastig of een kans op ontwikkeling?
Betrokkenheid op de werkvloer
straffen en belonen vanuit de montessori visie
Aan de slag met de BETERapp
Mindfulness.
Veranderen: 2 verschillende benaderingen
DIGITALE COLLAGE ESTHER
Ik geloof… Dat onze achtergrond en omstandigheden misschien wel van invloed zijn geweest op wie we zijn,maar dat wìj verantwoorde-lijk zijn voor wie we.
Gedragsverandering door middel van dansen i.p.v. worstelen
Over erkenning geven en Luisteren,Samenvatten,Doorvragen
VAARDIG SAMENWERKEN IN HET VRIJWILLIGERSWERK
Feedback vragen Studiemiddag Bacherlor College 29 januari 2015
Weerstand kan je opvatten als feedback
Onze doelen en visie in beeld
HOE WORD JE EEN WINNING TEAM?
Weerbaarheid en zelfredzaamheid vergroten
Coachen en reflecteren De kracht van coaching Leerlijn 3.
Groepsdynamica & Interactief communiceren
Kwaliteit van de hulpverlening
Gespreksvaardigheden
DOE HET ZELF PAKKET. Doe-het-zelfpakket Wat  Richtvragen  Voor (werkende) mantelzorgers  Werk- en mantelzorg zo optimaal mogelijk op elkaar afstemmen.
Reguleren van motivatie: Do It Yourself! 28 oktober Deventer.
gespreksvaardigheden
Communicatie Les 3 Jennifer de Vries-Aydogdu med.hro.nl/vrije.
Klinische les medisch maatschappelijk werk
Welkom ik maak me sterk.
Les 6  vragen naar aanleiding van de vorige les  van diagnose naar doelen en een plan  werken aan eindopdracht.
Beroepshouding en beroepscode
De kracht van positief opvoeden
Sowebatraining bovenbouw. Doel van de Sowebalessen! Het aanleren van sociaal competent gedrag en de daarbij behorende vaardigheden Het aanleren van sociale.
invloed van psychologische factoren op revalidatie en adaptatie
Opleidingssessie 4 Growing Together De relatie tussen mentor en mentee.
Communiceren in het huwelijk GB Flevoland
Welkom op onze thema-avond
Training praktijkbegeleider Rol van de begeleider Regio Scouting Zeeland.
Conflicthantering Drie dagdelen van 120 minuten. Doelstellingen: -Kennis over conflicthantering (een theoretisch kader) -Inzicht in eigen conflictstijlen.
Hoe maak je een presentatie die mensen kan overtuigen van jouw idee.
Assertief zijn Hoofdstuk 25 VZ Begeleidingskunde Carin Hogenbirk
Gewoon pubergedrag? Over Relaties
Verwevenheid school- en gezinsproblematiek bij thuiszitters
Transcript van de presentatie:

Klinische vaardigheden Repertorium van vaardigheden/strategieën nodig in een therapeutisch gesprek: Therapeutische relatie Nonverbaal gedrag Verbale responsen Adaptaties en mogelijkheden vaardigheden voor verschillende cliënten en problemen Praktische toepassing van de vaardigheden

“Helping relationship” Een “helping professional” is iemand die de exploratie en het oplossen van problemen bij een cliënt faciliteert. De “helping interactions” hebben 4 componenten: Iemand die hulp zoekt Iemand die hulp wil bieden Die iemand is bekwaam of getraind In een setting die toelaat dat hulp wordt geboden en gekregen

Proces in helping interactions Proces of stadia: Opbouwen van een therapeutische relatie Assessment en doelstellingen formuleren Selecteren en implementeren van een strategie Evaluatie en beëindigen Het gaat om non-specifieke vaardigheden (niet aansluitend bij 1 therapie-kader)

Fase 1: Therapeutische relatie Vooral gebaseerd op cliënt en persoon-georiënteerde therapie (Rogers) en sociale beïnvloeding (Strong & Claiborn). Van uitzonderlijk belang: Is fase waarin helper kan duidelijk maken dat hij cliënt aanvaardt als unieke andere, zodat cliënt over zichzelf kan vertellen Zelden voldoende op zich Wel noodzakelijk en werkzaam

Fase 1 in de cursus Belang therapeutische relatie Ingrediënten van een effectieve relatie Hoe relatie onderhouden/inter beïnvloeding Nonverbaal gedrag Luister responsen Actie responsen Problemen bij therapeuten Adaptaties: meer dan 1 persoon (cliëntsystemen) Culturele/ethnische verschillen

Fase 2:Assessment/doelstellingen Vaak gedeeltelijk simultaan met fase 1 Vooral cliënt helpen eigen problemen en sterkten exploreren Moet duidelijk worden voor zowel helper als cliënt Wanneer sterkten en problemen duidelijk zijn voor beiden, kunnen helper en cliënt samen doelstellingen formuleren Is voorbereiding voor fase 3

Fase 2 in de cursus Conceptualiseren van cliënt problemen Rol van assessment en assessment interview Selecteren en definiëren van werkbare doelstellingen Therapietrouw als een doelstelling en het vermijden van drop-out

Fase 3: selectie en implementatie strategie Helper faciliteert inzicht en actie bij cliënt Inzicht alleen is vaak onvoldoende Helper en cliënt gaan interventiestrategieën selecteren gebaseerd op assessment en doelstellingen Interventies moeten aansluiten bij assessment, doelstellingen, belangrijkste klachten en waarden/normen cliënt

Fase 3 in de cursus Gemeenschappelijke elementen in het selecteren en implementeren van strategieën Strategieën voor het bevorderen van therapietrouw en het omgaan met weerstand

Fase 4: evaluatie Effectiviteit van interventies nagaan Geeft aan wanneer interventie kan stoppen of moet worden bijgeschaafd Observeerbare verandering is bekrachtigend voor de cliënt (en de helper)

Fase 4 in de cursus Voordelen en beperkingen evaluatie Decretale verantwoordelijkheid Soorten evaluatie: evaluatie van het proces en het resultaat Mogelijkheden in een therapeutische setting

F1: belang therapeutische relatie Alle therapeutische kaders stellen dat therapeutische relatie cruciaal is Effect wordt geschat op 30 tot 70% Therapeutische relatie is medium waardoor exploratie en verandering wordt geëxploreerd en mogelijk gemaakt Bepaalt vaak of counseling verder loopt of niet (therapie-trouw en drop-out)

F1: Ingrediënten therapie-relatie Kenmerken van efficiënte helpers: Combinatie attitudes en vaardigheden (!interactief, ook attitudes, vaardigheden van de cliënt) Succesvolle integratie van persoonlijke en wetenschappelijke facetten = evenwicht tussen interpersoonlijke en technische competentie

F1: kenmerken efficiënte helpers Intellectuele competentie uitnodigende nieuwsgierigheid Energie - gedrevenheid dynamisme en intensiteit Flexibiliteit niet krampachtig één ideologie of methodologie welke techniek zou best werken bij deze cliënt met dit probleem?

F1: kenmerken efficiënte helpers Steunend - respecterend: hoop genereren, angst reduceren, emotionele veiligheid bieden geen afhankelijkheid!! onvoorwaardelijk aanvaarden Goede wil: “willen helpen” in functie van behoefte cliënt en niet zichzelf intenties om te helpen zijn positief en constructief (ethiek! vb.geen voyeurisme)

F1: kenmerken efficiënte helpers Zelf-kennis: Gevoelens en attitudes rond zelf beïnvloeden functioneren in relatie Bij negatief zelf-beeld interacties die beeld bevestigen negatieve attitude overzetten naar cliënt interactie meer gericht op eigen behoeften aan bvb. bevestiging vermijden van situaties met bvb. kans op afwijzing, of negatieve gevoelens

F1: kenmerken efficiënte helpers Zelf-kennis (vervolg): Belangrijk alert en bewust te zijn van eigen sterkten en beperkingen: eigen persoonlijke groei 3 belangrijke onderwerpen rond zelf-kennis en persoonlijke groei: Competentie Macht Intimiteit

F1: KEH: competentie Gevoelens van incompetentie: faalangst of angst voor succes, sekse-identiteit beïnvloeden overt en covert gedrag Faalangst --> te positieve zelf-attitude --> oppervlakkig want conflict en negatieve, moeilijke onderwerpen worden vermeden, geen negatieve feedback geven Angst voor succes --> te zelf-kritisch --> positieve interacties en feedback vermijden, niet haalbare doelstellingen formuleren, negatieve commentaar op zelf geven

F1: KEH: competentie Bezorgdheid over eigen mannelijkheid of vrouwelijkheid kan ook impact hebben op therapeutische relatie Zekerheid zoeken omtrent eigen identiteit --> eigen sekse-identiteit versterken door of overidentificatie of verwerpen same-sex cliënten, cliënten verleiden, over reageren of verkeerd interpreteren van signalen van cliënten

F1: KEH: macht ! Belangrijk facet van therapeutische relatie ! Therapeut moet bewust zijn van alle gevoelens rond zelf in relatie tot macht Gevoelens rond macht draaien vaak rond Zwakte (impotentie) passiviteit afhankelijkheid

F1: KEH: Macht: angst zwakte Angst voor zwakte (impotentie) en controleverlies --> Therapeut probeert “omnipotent” te zijn --> Zoekt controle door Cliënt overhalen doen wat therapeut wil Subtiel aangeven hoe goed therapeut is Defensief/kwaad reageren bij weerstand Proces én inhoud gesprek domineren

F1: KEH: Macht: passiviteit Therapeut angstig voor macht/controle --> Therapeut probeert te ontsnappen aan verantwoordelijkheid en participatie in interactie --> Controle vermijden door: Nauwelijks deel te nemen (stil) Cliënt volledig richting te laten bepalen Niets zelf in te brengen Cliënt toelating vragen bij tussenkomst Risico te vermijden of negeren

F1: KEH:Macht: afhankelijkheid Therapeut heeft sterke opvattingen rond waarde van 1 bepaalde levensopvatting Deze therapeut kan therapeutische relatie misbruiken om cliënten te overtuigen van waarde van deze levensopvatting door: Ideologie te promoten, “preken” In een machtsstrijd terecht te komen Cliënten te weigeren met te sterk afwijkende mening

F1: KEH: Intimiteit Voornamelijk angst voor afwijzing of angst voor nabijheid en affectie Angst voor afwijzing --> zo gedragen om geliefd en gewaardeerd te worden door cliënt --> confrontatie of uitdagen cognities cliënt vermijden, positieve feedback zoeken, negatieve cues negeren, gunsten verlenen Angst voor nabijheid --> afstand creëren in relatie --> positieve gevoelens cliënt negeren, grof en afstandelijk reageren, zich als “expert” opstellen

Self-rating checklist: competentie Constructieve - feedback maakt niet dat ik me onzeker/incompent voel Ik heb de neiging mezelf vaak te diskwalificeren Ik voel me vrij zeker over mezelf als helper Gedachten dat ik geen competente helper ben, houden me vaak bezig Als ik met iemand een conflict heb, ga ik dat niet uit de weg Als ik positieve feedback over mezelf krijg, geloof ik dat vaak niet Ik stel mezelf realistische en haalbare doelstellingen als helper Ik ben ervan overtuigd dat een confronterende en vijandige cliënt me een ongemakkelijk of incompetent gevoel kan geven Ik verontschuldig me vaak voor mijn gedrag bij anderen Ik ben vrij zeker dat ik een succesvol helper kan en wil zijn Ik pieker er vaak over dat ik het niet “ga maken” als helper Ik zal waarschijnlijk wat angstig zijn bij cliënten die me idealiseren Ik stel mezelf vaak te hoog gegrepen standaards of doelstellingen Als ik kan, vermijd ik negatieve feedback Ik voel met niet onzeker als ik succesvol ben of het goed doe

Self-rating checklist: macht Wanneer ik helemaal eerlijk ben, denk ik dat mijn manier van werken wat beter is dan dat van andere mensen Ik probeer wel vaker mensen te laten doen wat ik wil. Ik kan nogal defensief of kwaad zijn als een cliënt het oneens is met wat ik voorstel Ik denk dat er evenwicht is in mijn werk tussen mijn eigen participatie en dat van de cliënt Ik word kwaad als ik werk met een koppige of weerbarstige cliënt Ik kan wel zien dat ik in de verleiding kom een deel van mijn eigen ideologie over te dragen op mijn cliënten Als een helper, vind ik “preken” persoonlijk niet echt een probleem Ik voel me soms ongeduldig met cliënten die een andere manier van naar de wereld kijken hebben dan ik Ik weet dat er momenten zijn waarop ik een cliënt niet zou doorverwijzen naar een collega, vooral wanneer diens werkwijze verschilt van de mijne Ik voel me soms afwijzend of intolerant t.a.v. cliënten met waarden of een levensstijl die nogal verschillend is van die van mij Het is moeilijk voor mij om niet in een machtstrijd te belanden

Self-rating checklist: intimiteit Ik reageer soms ruwer dan ik me voel Ik vind het moeilijk om positieve gevoelens t.a.v. cliënt uit te spreken Er zijn cliënten die ik liever als vriend dan cliënt zou hebben Het zou me raken wanneer een cliënt me niet aardig vindt Als ik voel dat een cliënt negatieve gevoelens heeft t.a.v. mezelf, probeer ik dit aan te kaarten eerder dan te vermijden Het gebeurt vaak dat ik aanvallende cliënten probeer te vermijden Ik voel me er beter bij wanneer ik een professionele afstand kan behouden tussen mezelf en een cliënt Nabijheid met andere mensen is niet iets wat me onzeker maakt Ik voel me veiliger wanneer ik me wat afstandelijker/koel opstel Ik ben heel gevoelig voor hoe cliënten t.a.v. mij staan, zeker als het om negatieve gevoelens gaat Ik kan vrij goed positieve feedback van cliënten ontvangen Het is moeilijk voor mij om een cliënt te confronteren

F1: Invloeden therapie-relatie Naast kenmerken efficiënte helpers, ook aspecten die de therapeutische relatie beïnvloeden: Waarden Ethiek Emotionele objectiviteit

F1: TR: waarden Waarden = wat we prefereren, hoog inschatten Onmogelijk om waarden-vrij te zijn Neutraliteit is belangrijk in sommige therapeutische stromingen, maar therapeut moet zich bewust zijn van directe en indirecte (subtiele) manieren van waarden-overdracht (hoeveel aandacht aan onderwerpen, non-verbaal, goed- of afkeuren,…) waardoor cliënt niet onafhankelijk keuze kan maken

F1: TR: waarden Niet alle waarden even belangrijk voor therapeutische relatie (vb. zeilen), vooral ethiek, levensstijl, morele waarden, rolopvattingen, interpersoonlijke waarden Waarden beïnvloeden therapeutische relatie: Conflict tussen waarden therapeut en cliënt (doorverwijzen) Waarden therapeut beperken cliënt (verwachtingen rond verandering, racisme, seksisme, …)

F1: TR: waarden Belang stereotypische ideeën als waarde in therapeutische relatie “stereotyping” is het toeschrijven van kenmerken aan een persoon op basis van veronderstelde kennis over de groep waartoe de persoon behoort Therapeut projecteert eigen biases (vooral culturele en sociologische) op cliënt Meest schadelijke stereotyping gaat rond sekse rollen en ethniciteit

F1: TR: waarden Sekse rollen: Cliënt sturen in de richting van sekserol gebonden stereotiep gedrag (mannen sterk en onafhankelijk, vrouwen “soft” en verbaal) Evenzeer niet-traditionele patronen (vb. Niet-werkende moeder suggereren te gaan werken)

F1: TR: waarden Ook culturele, ras-typische of socio-economische stereotiepen Vb. Iemand uit culturele minoriteit heeft laag zelfbeeld, heeft nood aan sterk gestructureerde therapie,… Ook leeftijdtypische ideeën

F1: TR: Waarden Welke opvattingen, attitudes heb je bij onderstaande cliënten? In welke mate zijn deze opvattingen gebaseerd op veronderstelde informatie? Welke waarden zijn hiermee verbonden? Zouden jouw waarden jou hinderen met deze persoon te werken?

F1: TR: Waarden Cliënt is een jonge alleenstaande moeder van 3 kleine kinderen met financiële problemen. Ze verdient geld door prostitutie en drughandel. Ze is bezorgd om haar financiën, maar kan niet rondkomen met minimumloon of met wat ze als ongeschoolde arbeider zou verdienen. Cliënt is een oudere man (60 jaar) die bijna op pensioen gaat. Hij heeft het grootste deel van zijn leven gewerkt als verkoper. Nu wil hij terug naar school om een diploma te halen. Men heeft jou gevraagd een cliënt te behandelen die verdacht wordt van verkrachting. De cliënt, een man, zegt dat hij niet de schuld treft omdat het slachtoffer, een vrouw, erom vroeg. Cliënt heeft vage depressieve klachten. De vrouw heeft overgewicht en is fysiek in slechte conditie, ze rookt constant tijdens de therapie. Cliënt is een vrouw op middelbare leeftijd die leeft van een uitkering. Ze zegt verkracht te zijn geweest, was zwanger en kreeg een kind. Nu weet ze niet of ze het kind zou houden dan wel afstaan. Cliënt is een 12-jarige jongen die een been verloor in een ongeluk. Hij was voordien een zwemmer en wil dit niet opgeven.

F1: TR: Ethiek Promoten en beschermen welzijn cliënt Deontologische code APA + specifieke codes, vb. Relatie- en gezinstherapeuten, gezondheidswerkers… Belangrijke elementen deontologische code: Welzijn cliënt: noden cliënt voorop plaatsen, intellectuele en emotionele rijpheid als helper Vertrouwelijkheid: altijd toestemming cliënt tenzij gevaar voor maatschappij

F1: TR: Ethiek Belangrijke elementen deontologische code: Duale relaties: simultaan andere relatie naast therapeutische relatie (administratieve, supervisor, sociale, seksuele relatie) is problematisch: minder objectief, meer verwarring, minder onafhankelijk. Rechten cliënt: cliënt informeren kosten, vertrouwelijkheid, proces en kwalificaties Doorverwijzen: als helper verantwoordelijkheid nemen

F1: TR: Emotionele objectiviteit Therapeutische relatie vaak gepaard met emotionele intensiteit voor beide partijen Evenwicht tussen emotionele betrokkenheid en emotionele afstand: effect op overdracht en tegenoverdracht overdracht: cliënt verliest objectiviteit en projecteert gevoelens/attitudes rond SA in het verleden op therapeut Tegenoverdracht: therapeut verliest objectiviteit en ontwikkelt emotionele reactie t.a.v. cliënt

F1: TR: Emotionele objectiviteit Tegenoverdracht manifesteert zich o.m. als: Overbezorgdheid t.a.v. cliënt Over-vriendelijkheid t.a.v. cliënt (gunst) Afwijzen van cliënten Nood aan constante bevestiging Zichzelf zien in cliënten Verlangen naar sociale of romantische of seksuele relatie met cliënt Overladen cliënt met adviezen

F1: TR: Emotionele objectiviteit Omgaan met overdracht/tegenoverdracht: “zien” wanneer het gebeurt Bewust zijn van wederkerigheid, continue wederzijdse beïnvloeding Evenwicht vinden

F1: basis-vaardigheden Gebaseerd op “client-centered” therapie (Rogers, 1951) Oorspronkelijk non-directief (spiegelen) Later client-centered (reflecteren op onderliggende of impliciete gevoelens) Nu person-centered (actief samenwerken tussen therapeut en cliënt, ervaren in therapie)

F1: basis-vaardigheden Basisprincipe client-centered: iedereen heeft een inherente tendens om te streven naar groei, zelf-realisatie en zelfsturing Deze tendens realiseert zich wanneer individuen toegang hebben tot condities (in en buiten therapie) die groei bevorderen In therapie 3 condities nodig voor groei: TR: Empathie TR: Respect TR: Echtheid

F1: basis-vaardigheden Empathie, respect en echtheid zijn nodig om groei binnen therapie mogelijk te maken Moet gecommuniceerd worden door helper en als dusdanig door cliënt worden gepercipieerd Dus empathie, respect en echtheid vertalen in concrete vaardigheden die kunnen worden geleerd en gecommuniceerd

F1: basis-vaardigheden: empathie Mogelijkheid om iemand te begrijpen vanuit zijn/haar referentiekader eerder dan het eigen referentiekader Betekent denken met niet voor of over cliënt Bvb. “ik heb geprobeerd mijn vader te begrijpen, maar het lukt me niet” wel “je voelt je ontmoedigd omdat je pogingen om met je vader om te gaan niet succesvol waren”, niet “je zou dit of dat kunnen proberen”

F1: basis-vaardigheden: empathie Empathie kan zowel verbaal als non-verbaal worden gecommuniceerd Verbaal: Toon verlangen om te begrijpen vanuit referentiekader cliënt (vragen,statements) Praat over wat belangrijk is voor cliënt Refereer naar de gevoelens van de cliënt (= primaire empathie) Refereer naar impliciete boodschappen van de cliënt (= additieve empathie)

F1: basis-vaardigheden: empathie Coderen van verbale responsen helpers : N1: advies, ontkennen, vraag, geruststelling N2: de inhoud of cognitieve component van de boodschap teruggeven N3: begrijpen, maar geen richting geven, reflectie op gevoelens of betekenis gebaseerd op expliciete boodschap cliënt N4: begrijpen en wel richting geven, naast gevoelens ook tekorten aangeven, cliënt aanvaardt verantwoordelijkheid voor tekort N5: N1 tot N4 en ten minste 1 actierespons

F1: basis-vaardigheden: empathie Bvb. Cliënt: ik heb geprobeerd mijn vader te begrijpen, maar het lukt me niet N1: ik ben zeker dat het ooit lukt, je zou meer moeite kunnen doen om zijn standpunt te kunnen zien, waarom gaat het moeilijk? N2: je hebt het moeilijk met je vader N3: je bent ontmoedigd omdat je pogingen om met je vader om te gaan niet succesvol waren N4: je bent ontmoedigd omdat je niet tot je vader kan doordringen, je wil dat hij je opmerkt N5: N4 + misschien helpt het om je gevoelens aan je vader kenbaar te maken

F1: basis-vaardigheden: empathie Cl: ik ben volledig opgebrand in mijn leraarsjob. Ik heb eraan gedacht van job te veranderen, maar dat is niet zo makkelijk. Th: les geven geeft je niet veel voldoening meer (N2) Cl: ik wou altijd dokter worden, maar men heeft me het afgeraden Th: ik ben ervan overtuigd dat dat iets is wat je zou kunnen als je het echt zou willen (N1) Cl: ik heb een heel zwaar semester achter de rug, ik weet niet waar ik ga uitkomen Th: je bent verontrust over hoe alles dit semester is uitgedraaid, en dat is nogal verwarrend (N3) Cl: mijn leraar zoekt mij altijd Th: waaruit besluit je dit? (N1) Cl: ik ben mijn job beu, altijd hetzelfde, maar wat is eraan te doen? Je bent ontevreden met de routine in je job. Je vind er geen uitdaging meer in en je wil wat meer aantrekkelijk werk. Een mogelijke stap zou zijn om een lijst te maken van dingen die je in een job zoekt (N5)

F1: basis-vaardigheden: empathie Cl: ik begrijp niet waarom dit ongeluk me is overkomen. Ik heb altijd een goed leven geleid, en nu dit… Th: je bent boos omdat je niet kan uitleggen waarom dit ongeluk je plotseling overviel. Je wil er op zijn minst een goede reden voor vinden waardoor het wat meer fair lijkt (N4) Cl: mijn ouders gaan scheiden, ik wou dat het niet zo was Th: de aankomende scheiding van je ouders brengt je van streek (N3) Cl: er is weer een jaar voorbij en we hebben nog geen kinderen. De jaren gaan voorbij zonder kinderen. Th: je bent ontmoedigd omdat je niet zwanger raakte dit jaar terwijl je heel graag een kind wil (N4)

F1: basis-vaardigheden: empathie Non-verbaal empathie communiceren: Oogcontact Naar voor leunen Naar cliënt kijken Open arm positie Vooral wanneer ze matchen met non-verbaal gedrag van cliënt

S2: Therapeutische relatie Werkrelatie naast informatie doorgeven Goede therapeutische relatie is noodzakelijk (werkbare component naast motivatie) Onvoorwaardelijke inleving in alle gezinsleden (uitgezonderd misbruik) Communicatiestijl therapeut: warmte, empathie, oprechtheid Samenwerkende vernootschap met gezinsleden als experten specifieke gezin en therapeut expert algemeenheden en proces

S2: Therapeutische relatie Houding therapeut: respectvolle nieuwsgierigheid, neutraliteit, circulariteit Gezin uitnodigen hun probleem vanuit verschillende perspectieven te zien Eerder uitnodigend dan directief Balans tussen sterkten en problemen Bereidheid om te veranderen bij cliënt bepaalt het tempo (soorten cliënten!)

S2: Therapeutische relatie Opbouw therapeutische relatie soms tegengewerkt door het ‘ik moet iets doen’ syndroom Specificiteit opbouw relatie met gezin: Complexer dan met individu Voldoende aandacht aan elk gezinslid Onvoorwaardelijk inleven, maar beschermen tegen teveel betrokkenheid = buiten systeem staan met voldoende emotionele betrokkenheid

S2: Therapeutische relatie Kunnen omgaan met driehoeksrelaties = basis voor een geslaagde therapie (!triades) 3 mogelijke posities van de therapeut: Invoelen met individuen afzonderlijk Werken met koppel/gezin als eenheid Therapeut als vertaler Invoelen met individuen afzonderlijk: Empathisch invoelen Belangrijk in eerste gesprek

S2: TR: invoelen met individuen vb. Therapeut vraagt wat koppel in therapie brengt. Vrouw: ik ben niet gelukkig in de relatie en dat is al hele tijd zo. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik heb alles geprobeerd, niets helpt. Therapeut: Je bent boos en gefrustreerd met de manier waarop relatie nu is, en je bent verward rond wat je nu moet gaan doen.

S2: TR: invoelen met individuen Belangrijke impact op driehoeksrelatie Partner die niet aan bod komt, voelt zich uitgesloten, niet begrepen, gefrustreerd en zal proberen tussenkomen Gevaar voor therapeut: verstrikt, heen en weer geslingerd Gevaar voor gezin: herhaling van thuis Zeer bruikbaar zonder tussenkomsten Vereist goede instructies en spelregels

S2: TR: invoelen met individuen Gezinsleden moeten op voorhand weten dat ze allemaal aan de beurt gaan komen Gezinsleden weten dat het voor therapeut belangrijk is elk van hen te begrijpen Kan resulteren in zich begrepen voelen Combineren met andere posities

S2: TR: gezin als geheel Vooral binnen benaderingen die op interacties focussen Doelstelling therapeut: nieuw gedrag en nieuwe ervaringen bij gezin installeren Oefeningen zowel in sessie als thuis Veel werk binnen therapie in deze positie Bruikbaar als therapeut onzeker is en wanneer interacties escaleren Kan spanning bij gezinsleden temperen

S2: TR: gezin als geheel Vb. Wat we hier proberen te doen is tussen jullie een soort nieuwe relatie creëren waarin de noden en wensen van elk van jullie aan bod kunnen komen. Daarvoor zouden jullie als een team kunnen samenwerkenVb. We weten allemaal dat samenleven vaak moeilijk is en er hard moet aan worden gewerkt.

S2: TR: th als vertaler Therapeut creëert nieuwe manieren om elkaar te begrijpen Therapeut begrijpt het gedrag, de perceptie en ervaringen van elk gezinslid en hoe dit het gezinsleven beïnvloedt Assumptie dat samenleven de erkenning veronderstelt dat iedereen op verschillende terreinen verschillen is

S2: TR: th als vertaler Verschillen monden uit in of gezond, gedifferentieerd systeem of machtsstrijd Th. kiest geen kant, wel relatie als geheel Vb. Koppel en ruzie besteden geld, partners maken ruzie over eigen juiste visie. Therapeut geeft mogelijkheden beide visies aan, beschrijft gevecht tussen partners als gezond, en vraagt of partners van elkaars expertise kunnen leren